3.1 Leenheren, leenmannen en horigen (A)

Tijd van Monniken en Ridders
3.1 Leenheren, leenmannen en horigen (A)
1 / 15
suivant
Slide 1: Diapositive
GeschiedenisMiddelbare schoolhavoLeerjaar 4

Cette leçon contient 15 diapositives, avec diapositives de texte et 2 vidéos.

time-iconLa durée de la leçon est: 60 min

Éléments de cette leçon

Tijd van Monniken en Ridders
3.1 Leenheren, leenmannen en horigen (A)

Slide 1 - Diapositive

Wat gaan we doen?
1. Voorkennis activeren
2. Leerdoelen
3. Theorie
4. Beeldmateriaal
5. Aan de slag
6. Leerdoelen nabespreken

Slide 2 - Diapositive

Leerdoelen
1. Je kunt beschrijven hoe West-Europa zich na de val van het Romeinse Rijk bestuurlijk ontwikkelde. 

2. Je weet wat feodale verhoudingen zijn en hoe ze ontstonden. 

3. Je kunt de oorzaken beschrijven van de verbrokkeling van de macht in de late negende en tiende eeuw.  

Kenmerkende aspecten:

10. De vrijwel volledige vervanging in West-Europa van de agrarisch-urbane cultuur door een zelfvoorzienende agrarische cultuur, georganiseerd via hofstelsel en horigheid.

11. Het ontstaan van feodale verhoudingen in het bestuur. 

Slide 3 - Diapositive

Slide 4 - Diapositive

Theorie
Tijd van monniken en ridders (500-1000)

Slide 5 - Diapositive

Theorie
De Germaanse volkeren die de Romeinse gebieden binnendrongen, werden aangevoerd door krijgsheren. Deze krijgsheren werden vaak koningen en stichtten eigen staten. Na de val van het Romeinse Rijk (?) was Europa verdeeld in een aantal van deze staten. 

Karel de Grote werd op een gegeven moment koning van de Franken en werd door de paus in 800 tot keizer gekroond.

Slide 6 - Diapositive

Theorie
Germaanse koningen omringden zich met krijgers die hen trouw hadden gezworden. Dit noemen we vazallen.

Opschrijven:
Vazallen beschermen de koning en vechten voor hem. De koning beloonde hen door buit te delen: wapens, sieraden of paarden. 

Later werden vazallen ook beloond met grond. De vazal had deze grond slechts in leen.

Slide 7 - Diapositive

Theorie
Karel de Grote beloonde soms ook graven, hertogen en andere bestuurders met lenen. Zo ontstonden er in het bestuur feodale verhoudingen.

Opschrijven:
Feodaal: betrekking hebbend op de band die ontstaat wanneer iemand een persoonlijke eed van trouw aflegt aan een ander in ruil voor een leen. 

Dit zorgde op lange termijn voor verbrokkeling van de macht.
leenmannen zegden de trouw zo maar op als ze meenden dat ze niet goed werden behandeld door hun leenheer

Slide 8 - Diapositive

Theorie
In de loop van de negende en tiende eeuw brokkelde de macht van het Frankische Rijk steeds verder af. In 843 werd het rijk van Karel de Grote verdeeld onder zijn drie kleinkinderen. Deze hielden niet stand en de macht versplinterde.

Opschrijven:
De macht van het Frankische rijk brokkelde intern af want leenmannen zegden de trouw zo maar op als ze meenden dat ze niet goed werden behandeld door hun leenheer. en Europa werd geteisterd door Noormannen, Hongaren en moslimpiraten. 

Koningen hadden afgedaan en rond het jaar 1000 nog lagere heren als kleine koninkjes over hun dorpen en landgoederen. 

Slide 9 - Diapositive

Slide 10 - Diapositive

Beeldmateriaal

Slide 11 - Diapositive

Slide 12 - Vidéo

Slide 13 - Vidéo

Aan de slag
Maak de opdrachten 1 t/m 4 op pagina 51.

Slide 14 - Diapositive

Leerdoelen nabespreken
1. Je kunt beschrijven hoe West-Europa zich na de val van het Romeinse Rijk bestuurlijk ontwikkelde. 

2. Je weet feodale verhoudingen zijn en hoe ze ontstonden. 

3. Je kunt de oorzaken beschrijven van de verbrokkeling van de macht in de late negende en tiende eeuw.  

Slide 15 - Diapositive