H4 - Paragraaf 2 (Duitsland Europese Reus)




     Hoofdstuk 4 Europa

       §2 Duitsland: Europese Reus
1 / 26
suivant
Slide 1: Diapositive
AardrijkskundeMiddelbare schoolvmbo, mavo, havo, vwoLeerjaar 1-6

Cette leçon contient 26 diapositives, avec quiz interactifs et diapositives de texte.

time-iconLa durée de la leçon est: 45 min

Éléments de cette leçon




     Hoofdstuk 4 Europa

       §2 Duitsland: Europese Reus

Slide 1 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Programma
  • Voorstellen
  • Leerdoelen
  • Uitleg paragraaf 4.2
  • Opdrachten
  • Klaar !

Slide 2 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

W

Slide 3 - Diapositive

Beschrijving van de openingsfoto

Frankfurt: het centrum van de Duitse en Europese financiële dienstverlening.
Leerdoelen
  1. Je kan de regionale verschillen in Duitsland beschrijven en verklaren

  2. Je kan uitleggen wat de invloed is van regionale ongelijkheid op de bevolkingsontwikkeling in Duitsland


Slide 4 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Voorkennis check
Waarom werd Duitsland na de tweede wereldoorlog in
tweeën verdeeld?

Slide 5 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Regionale ongelijkheid
Westen
(Amerikanen, Britten en Fransen)
Oosten
(Sovjet-Unie)
Werd rijker en ging zich steeds meer ontwikkelen
Bleef achter in de economische ontwikkeling

Slide 6 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Na WOII: snelle economische groei


Industrie: chemie en auto-industrie -> Hightech industrie
  • Gericht op de export
  • Toeleveringsbedrijven: agglomeratievoordelen


Hightech industrie = Hoogopgeleid werk


Slide 7 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Agglomeratievoordelen
  • Gelijksoortige bedrijven vestigen zich graag naast elkaar. 
    -> Bijvoorbeeld veel schoenenwinkels in dezelfde straat
    -> Gelijksoortige fabrieken bij elkaar
    -> Banken met een opleidingscentrum van bankpersoneel ernaast

  • Voorbeeld: Alle fabrieken van verschillende onderdelen voor het eindproduct (auto) zitten dicht bij elkaar
    = Agglomeratievoordeel door 
    minder tijd in transport en dus lagere kosten

Slide 8 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Nederlandse MNO's
(bedrijven met vestigingen over de hele wereld)

Slide 9 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Slide 10 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Beroepsbevolking

  1. Primaire sector
  2. Secundaire sector
  3. Tertiare sector
  4. Quartaire sector

Slide 11 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Primaire sector 
Primaire sector: Werk dat gericht is op het verbouwen van producten
Landbouw: Het houden van dieren of verbouwen van gewassen voor menselijk gebruik
  • Akkerbouw
  • Veeteelt
  • Tuinbouw

Slide 12 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Secundaire sector
Secundaire sector = industriesector
Grondstoffen worden verwerkt  tot een product
(of halffabricaat)

Slide 13 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Tertiaire sector
Bedrijven die zich bezighouden met het verlenen van diensten -> dienstensector

Bijvoorbeeld bedienen in de horeca


Slide 14 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Quartaire sector
  • Dienstverlenende bedrijven die geen winst maken
  • Scholen, ziekenhuizen, brandweer, defensie

Slide 15 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Beroepsbevolking
Rijk welvarend land (NL)    en      Arm ontwikkelingsland

Slide 16 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Onder welke sector valt deze varkensboer?
A
De primaire sector
B
De secundaire sector
C
De tertiare sector
D
Geen van alle sectoren

Slide 17 - Quiz

Cet élément n'a pas d'instructions

Wat is de hightech industrie?
A
Een plek van waaruit auto onderdelen worden verspreid
B
Een bedrijventerrein
C
Industrie waarvoor hoogopgeleide technische kennis nodig is
D
Industrie waar alleen maar robots in werken

Slide 18 - Quiz

Cet élément n'a pas d'instructions

Opleving Oost-Duitsland
Het oosten bloeit nu weer langzaam op;

- er komen weer meer mensen;
- er komen meer grote (buitenlandse) bedrijven.
   (de dienstensector wordt groter)


Regionale ongelijkheid blijft zichtbaar

Slide 19 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Regionale verschillen in West-Duitsland


  • Ruhrgebied en Saarland
    -> Zware industrie
         (mijnbouw en staalfabrieken)

  • In het zuiden
    -> Hightech industrie (Auto's)

Slide 20 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Bevolkings-ontwikkeling

  • 83 miljoen inwoners
    (2e plek na Rusland) 

  • Reden voor ongelijke bevolkingsspreiding?
    -> Werkeloosheid: mensen trokken naar gebieden met veel werk

Slide 21 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Wat zie je in de kaart?
Demografische krimp?
-> In het oosten
-> Vertrekoverschot 

Oorzaak? 
-> Meer werk in het westen

Slide 22 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Stadsmodel (Basisboek)

  • Na 1850: Arbeiderswijken
  • Naoorlogse wijken: Hoogbouw
  • Jaren 70: Eengezinswoningen
  • Nu: Nieuwbouwijken

  • Rijkere mensen wonen vaak verder van het centrum af met meer  ruimte en groen





Slide 23 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Stadsmodel (Basisboek)

  • Central business district (CBD)
    -> Het kantoren-, winkel- en uitgaansgebied heet ook wel het stadscentrum. 
  • Meestal is het stadscentrum uitgestrekter dan de historische binnenstad.




Slide 24 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Aan de slag!
  • Hoofdstuk 4, Paragraaf 2
  • Opdrachten 1  - 2 - 4 - 5a - 6 - 7 - 9  - 11




  • Niet af? Huiswerk voor de volgende les!




Slide 25 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Afsluiting
  • Vragen?
  • Opruimen




  • Huiswerk staat in SOM, tot de volgende les!



Slide 26 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions