Cette leçon contient 13 diapositives, avec quiz interactifs et diapositives de texte.
Éléments de cette leçon
Tenses
Past simple / past continuous / present perfect
Slide 1 - Diapositive
Past Simple
Gebruik
Als je wilt vertellen dat iets in het verleden is gebeurd en nu is afgelopen.
Signaalwoorden
Yesterday, ago, when, in 2022, last week, last year
Slide 2 - Diapositive
Past simple
Bevestigend: ww +ed of 2e rijtje onr. ww (er zijn uitzonderingen qua spelling)
Ontkennend: didn't + ow + infinitief (hele ww)
Vragend: Did + ow + infinitief
Slide 3 - Diapositive
Past continuous
Gebruik
Als iets in het verleden aan de gang was, óf iets speelde zich een langere tijd af in het verleden en werd onderbroken (in combinatie met de past simple).
Signaalwoorden
When/while
Slide 4 - Diapositive
Past Continuous
Een korte gebeurtenis (past simple) onderbreekt een lange gebeurtenis (past continuous).
1.I was watching televisionwhenthe doorbell rang.
2. We were playing soccer when it started to rain.
3. I was making a sandwich whenI dropped my knife.
Slide 5 - Diapositive
Past continuous
Bevestigend: was/were + ww-ing
Ontkennend: wasn't/weren't + ww-ing
Vragend: Was/Were + ow + ww-ing
Slide 6 - Diapositive
Present perfect
Gebruik
In het verleden begonnen en nu nog bezig (TOEN t/m NU) Bij ervaringen tot nu toe Het resultaat is nu belangrijk
Een tijdsbepaling ontbreekt
Signaalwoorden
FYNE JAS (for, yet, never, ever, just, already, since)
Slide 7 - Diapositive
Present perfect
Bevestigend: have/has + volt. dw (3e rijtje bij onr. ww)
Ontkennend: haven't / hasn't + volt. dw (3e rijtje)
Vragend: Have/Has + ow + volt. dw (3e rijtje)
Je maakt een volt. dw door -ed achter de stam te zetten
Slide 8 - Diapositive
I .... (buy) this new phone last week.
A
buyed
B
have bought
C
was buying
D
bought
Slide 9 - Quiz
I think the home button ... (break). It's useless now.
A
broke
B
has broken
C
was breaking
D
has breaked
Slide 10 - Quiz
Well, I ... (jog), when Siri suddenly made a funny noise.
A
had jogged
B
was jogging
C
jogged
D
has jogged
Slide 11 - Quiz
You need a new one. I ordered some, but they ... (not arrive) yet.