FA trede 2.5: Bijvoeglijk naamwoord uitzonderingen




Mercredi, 17 novembre
1 / 24
suivant
Slide 1: Diapositive
FransMiddelbare schoolvmbo tLeerjaar 1

Cette leçon contient 24 diapositives, avec quiz interactifs et diapositives de texte.

time-iconLa durée de la leçon est: 45 min

Éléments de cette leçon




Mercredi, 17 novembre

Slide 1 - Diapositive

Lesplan
  • Inchecken
  • Lesdoelen + werkdoelen 
  • Herhalen bijvoeglijk naamwoord
  • Uitbreiden bijvoeglijk naamwoord
  • Toepassen bijvoeglijk naamwoord
  • Zelfstandig werken (bij voldoende lestijd)
  • Uitchecken

Slide 2 - Diapositive

Inchecken: Met welk gevoel ben je vanochtend opgestaan?
😒🙁😐🙂😃

Slide 3 - Sondage

Lesdoelen deze week:
  • Behandelde lesdoelen
  • Ik begrijp wat een bijvoeglijk naamwoord (l'adjectif) is
  • Ik kan het bijvoeglijk naamwoord (l'adjectif) in het Frans toepassen
  • Vandaag
  • Ik ken de uitzonderingen bij het Franse bijvoeglijk naamwoord (l'adjectif)
  • Ik kan het bijvoeglijk naamwoord (l'adjectif) in het Frans toepassen, regelmatig en onregelmatig

Slide 4 - Diapositive

Werkdoelen deze week:

  • Des personnes intéressantes
  • Les couleurs
  • L'adjectif
  • Bavarder
  • Werken aan de presentatie (streefdatum: 26-11)
  • SO trede 2

Slide 5 - Diapositive

Ik begrijp de uitleg van het bijvoeglijk naamwoord.
Geef jezelf een cijfer:

Slide 6 - Carte mentale

Kies het juiste bijvoeglijk naamwoord:
Les filles sont ...
A
petit
B
petits
C
petite
D
petites

Slide 7 - Quiz

Kies het juiste bijvoeglijk naamwoord:
Hugo est ...
A
grand
B
grands
C
grande
D
grandes

Slide 8 - Quiz

Het bijvoeglijk naamwoord
In een schema: Een bijvoeglijk naamwoord zegt iets over een zelfstandig naamwoord of een persoon.


Zelfstandig naamwoord
Bijvoeglijk naamwoord
Mannelijk enkelvoud
Standaard
Mannelijk meervoud
+ s
Vrouwelijk enkelvoud
+ e
Vrouwelijk meervoud
+ es

Slide 9 - Diapositive

Het bijv. nw. uitbreiding (1)
Uitzonderingen: -if wordt -ive



m. ev.
m. mv.
vr. ev.
vr. mv.
sportief
sportif
sportifs
sportive
sportives

Slide 10 - Diapositive

Het bijv. nw. uitbreiding (2)
Uitzonderingen: -eux wordt -euse



m. ev.
m. mv.
vr. ev.
vr. mv.
verliefd
amoureux
amoureux
amoureuse
amoureuses

Slide 11 - Diapositive

Het bijv. nw. uitbreiding (3)
Uitzonderingen:

De volgende bijvoeglijk naamwoorden zijn onregelmatig, ze houden zich niet aan de regel:

m. ev.
m. mv.
vr. ev.
vr. mv.
mooi
beau
beaux
belle
belles
nieuw
nouveau
nouveaux
nouvelle
nouvelles
oud
vieux
vieux
vieille
vieilles

Slide 12 - Diapositive

Het bijv. nw. uitbreiding (4)
Uitzonderingen:

De volgende bijvoeglijk naamwoorden zijn onregelmatig, ze houden zich niet aan de regel:

m. ev.
m. mv.
vr. ev.
vr. mv.
dik
gros
gros
grosse
grosses
aardig
gentil
gentils
gentille
gentilles
goed/lekker
bon
bons
bonne
bonnes
duur/beste
cher
chers
chère
chères

Slide 13 - Diapositive

Kies het juiste bijvoeglijk naamwoord:
La fille est ...
A
actif
B
actifs
C
active
D
actives

Slide 14 - Quiz

Kies het juiste bijvoeglijk naamwoord:
Les cheveux sont ...
A
blond
B
blonds
C
blonde
D
blondes

Slide 15 - Quiz

Kies het juiste bijvoeglijk naamwoord:
La soeur est ...
A
heureux (m.ev.)
B
heureux (m.mv.)
C
heureuse
D
heureuses

Slide 16 - Quiz

Geef de juiste vorm van het bijvoeglijk naamwoord:
Jules est (timide)

Slide 17 - Carte mentale

Geef de juiste vorm van het bijvoeglijk naamwoord:
Les filles sont (allemand)

Slide 18 - Carte mentale

Ik begrijp de uitleg van het bijvoeglijk naamwoord.
Geef jezelf een cijfer:

Slide 19 - Carte mentale

Werkdoelen deze week:

  • Des personnes intéressantes
  • Les couleurs
  • L'adjectif
  • Bavarder
  • Werken aan de presentatie (streefdatum: 26-11)

Slide 20 - Diapositive

Beschrijf deze mevrouw.

Maak hele zinnen.

Gebruik de juiste vorm van être.

Gebruik de juiste vorm van het bijvoeglijk naamwoord.

Slide 21 - Diapositive

Beschrijf deze meneer.

Maak hele zinnen.

Gebruik de juiste vorm van être.

Gebruik de juiste vorm van het bijvoeglijk naamwoord.

Slide 22 - Diapositive

Werkdoelen deze week:

  • Des personnes intéressantes
  • Les couleurs
  • L'adjectif
  • Bavarder
  • Werken aan de presentatie

Slide 23 - Diapositive

Ik begrijp het bijvoeglijk naamwoord en kan het toepassen.
Nee: extra uitleg + extra oefenen
Ongeveer: extra oefenen + werken aan presentatie
Ja! Werken aan de presentatie

Slide 24 - Sondage