LES 1 GESPREKKEN VOEREN - TAAK 1 GESPREKSVAARDIGHEID

Nederlands
TAAK 1
GESPREKKEN VOEREN

GESPREKSVAARDIGHEID
1 / 14
suivant
Slide 1: Diapositive
NederlandsMBOStudiejaar 1

Cette leçon contient 14 diapositives, avec quiz interactifs et diapositives de texte.

time-iconLa durée de la leçon est: 180 min

Éléments de cette leçon

Nederlands
TAAK 1
GESPREKKEN VOEREN

GESPREKSVAARDIGHEID

Slide 1 - Diapositive

Deze les:
  • maak je in week van 6 april t/m 10 april.
  • staat gelijk aan 4 lesuren Nederlands.
  • wordt gecontroleert door je docent. Deze kan in de app precies zien wanneer je wat hebt gemaakt.



Slide 2 - Diapositive

Lesdoelen:
We gaan starten met de voorbereiding op het examen Gesprekken Voeren

Na deze les:

  • weet je welk gespreksdoel er bij een bepaalde situatie hoort
  • weet je welke vaardigheden er bij een actieve gesprekshouding horen
  • ken je het verschil tussen een formeel en informeel gesprek

Slide 3 - Diapositive

Oriënteren

We gaan nu aan de slag met een aantal oriënterende opdrachten. Je hebt voor deze opdrachten nog geen uitleg nodig. Je gaat onderzoeken welke kennis je al hebt over het onderwerp gespreksvaardigheid.

Slide 4 - Diapositive

Soorten gesprekken
Er zijn heel veel verschillende soorten gesprekken. Denk maar eens aan de gesprekken die je op school, op je stage/werk en thuis voert. 

Bedenk voor jezelf welke verschillende soorten gesprekken je al kent.
1. Welke soorten gesprekken ken je al?

Slide 5 - Carte mentale

2. Wat voor soort gesprekken voer je zoal?

Slide 6 - Question ouverte

3. Welke van die gesprekken voer je graag en welke minder graag? Leg je antwoord uit.

Slide 7 - Question ouverte

5. Welke gespreksregels ken je? Schrijf er drie op.

Slide 8 - Question ouverte

Lees de situatie
Beantwoord daarna de vragen op de volgende slide






Op het station vraagt een oudere dame of je haar wilt uitleggen hoe ze het saldo op haar ov-kaart kan opwaarderen bij een automaat. 

Slide 9 - Diapositive

1. Wat is je gespreksdoel?
2. Wie is je gesprekspartner?

Slide 10 - Question ouverte

3. Is je taalgebruik formeel of informeel?
4. Welke voorkennis verwacht je bij je gesprekspartner?

Slide 11 - Question ouverte

Evalueren
Schrijf 2 dingen op die je van deze les hebt geleerd.

Slide 12 - Question ouverte

Heb je nog tips, vragen of verbeterpunten. Schrijf ze hier op!

Slide 13 - Question ouverte

Slide 14 - Diapositive