Basisstof 4 Celorganellen

B4 Celorganellen
Michael Vermeulen
1 / 14
suivant
Slide 1: Diapositive
BiologieMiddelbare schoolhavoLeerjaar 4

Cette leçon contient 14 diapositives, avec quiz interactifs et diapositives de texte.

time-iconLa durée de la leçon est: 50 min

Éléments de cette leçon

B4 Celorganellen
Michael Vermeulen

Slide 1 - Diapositive

Van eiwitsynthese naar secretie

Slide 2 - Diapositive

Celkern
De celkern bevat de erfelijk informatie (DNA; desoxyribonucleïnezuur).

Met de erfelijke informatie bestuurt de kern de celprocessen die moeten plaatsvinden om het geheel goed te laten functioneren.

Er zit ook DNA in het mitochondrium en de bladgroenkorrel.

Slide 3 - Diapositive

Endoplasmatisch reticulum
  • Netwerk van membranen; stuurt eiwitten naar het golgisysteem
  • verbonden met de celkern
  • 2 typen: ruw (bevat ribosomen) en glad (geen ribosomen) 

Slide 4 - Diapositive

Golgisysteem
  • bestaat uit membranen
  • bewerkt de eiwitmoleculen en zorgt dat de eiwitten een definitieve vorm krijgen 

Slide 5 - Diapositive

Eiwitsynthese
  • Ribosomen; organellen die eiwitten produceren. Zitten op het RER en in het cytoplasma. Ze lezen het RNA af. Dit komt uit de celkern.
  • Lysosoom; blaasje met enzymen voor het afbreken van stoffen (blijft in de cel)

Slide 6 - Diapositive

Exocytose
Endocytose

Slide 7 - Diapositive

Membranen
Bestaan uit dubbele laag fosfolipiden (=vet) met membraaneiwitten (deze zijn voor transport in en uit de cel)

Slide 8 - Diapositive

Mitochondriën
Levert energie aan de cel; 
molecuul ATP

Adenosinetrifosfaat; universele drager van chemische energie

Slide 9 - Diapositive

Chloroplast
Bestaat ook uit een dubbel membraan

Slide 10 - Diapositive

Zet de organellen in de juiste volgorde van eiwitsynthese
A
Ribosoom - Celkern - Golgi - RER
B
RER - Golgi - Vacuole - Celkern
C
Celkern- Golgi - RER - Ribosoom
D
Celkern - Ribosoom - RER - Golgi

Slide 11 - Quiz

Hoe heten deze kleine organellen?
A
lysosomen
B
mitochondriën
C
ribosomen
D
DNA

Slide 12 - Quiz

Welke organellen komen voor bij een dierlijke cel?
A
Celwand, celkern en celmembraan
B
Celmembraan, celkern en cytoplasma
C
Chloroplast, celwand en celmembraan
D
Vacuole, chloroplast en celmembraan

Slide 13 - Quiz

Wat hoort bij welke functie? 
Sleep de organellen naar de juiste functie.
Levert energie
Bevat de erfelijke informatie
Maakt eiwitten
vertering binnen de cel
Celkern
Ribosomen
Mitochondriën
Lysosoom

Slide 14 - Question de remorquage