8.4 Eenheden van snelheid: OM TE OEFENEN

8.4 EENHEDEN VAN SNELHEID
1 / 20
suivant
Slide 1: Diapositive
WiskundeMiddelbare schoolmavoLeerjaar 3

Cette leçon contient 20 diapositives, avec quiz interactifs et diapositives de texte.

time-iconLa durée de la leçon est: 45 min

Éléments de cette leçon

8.4 EENHEDEN VAN SNELHEID

Slide 1 - Diapositive

Een auto rijdt 32 m/s.
Je gaat de snelheid in km/uur berekenen.

Ga je dan vermenigvuldigen of delen?
A
vermenigvuldigen
B
delen

Slide 2 - Quiz

Met welk getal moet je vermenigvuldigen?

Slide 3 - Question ouverte

Hoeveel km/uur is 32 m/s?
Vul in: .... km/uur

Slide 4 - Question ouverte

Vul in:
35 m/s = ..... km/uur


Slide 5 - Question ouverte

Vul in:
62 km/uur = ..... m/s


Slide 6 - Question ouverte

Vul in:
4 m/s = ..... km/uur


Slide 7 - Question ouverte

Een racewagen rijdt op een circuit met een snelheid van 378 km/uur.
Bereken de snelheid in m/s.

Typ: getal-spatie-eenheid


Slide 8 - Question ouverte

Roland schaatst de 500 meter in 44,8 seconden.
Je gaat zijn snelheid in m/s berekenen.

Welke berekening hoort hierbij?
A
44,8 : 500
B
500 : 44,8

Slide 9 - Quiz

Roland schaatst de 500 meter in 44,8 seconden.

Bereken zijn snelheid in m/s. Rond af op één decimaal.
Vul in: ...... m/s

Slide 10 - Question ouverte

Roland schaatst de 500 meter in 44,8 seconden.

Bereken zijn snelheid in km/uur. Rond af op één decimaal.
Vul in: ...... km/uur

Slide 11 - Question ouverte

In de Giro d’Italia wint Tom Dumoulin de 14e etappe over 131 km in 3:02:34.

✍Bereken zijn gemiddelde snelheid in m/s.
Typ: getal-spatie-eenheid

Slide 12 - Question ouverte

131 km in 3:02:34

Slide 13 - Diapositive



Bereken de gemiddelde snelheid in km/uur.
Typ: getal-spatie-eenheid

Slide 14 - Question ouverte

Atletiekvereniging Quickrun organiseert een hardloopwedstrijd. Er zijn verschillende afstanden.
Saskia loopt een gemiddelde snelheid van 3,5 m/s.

Hoeveel kilometer per uur is dat? Typ: getal-spatie-eenheid




Slide 15 - Question ouverte

Saskia loopt 20 km met een snelheid van 12,6 km/uur.
✍Bij de start zet zij haar stopwatch op 00:00:00 (uur : minuten : seconden).
Welke tijd staat er op haar stopwatch als zij over de finish gaat?
(rond tussendoor af op 3 decimalen)
Typ zonder spaties: uren:minuten:seconden (bijv. 03:44:23,8)




Slide 16 - Question ouverte

Slide 17 - Diapositive

Maarten van der Weijden heeft op de Olympische Spelen van Peking een gouden medaille gewonnen. Hij zwom de 10 km in een tijd van 01:51:51.

✍Bereken zijn gemiddelde snelheid in m/s. Rond af op twee decimalen.
Typ: getal-spatie-eenheid

Slide 18 - Question ouverte

10 km in 01:51:51

Slide 19 - Diapositive



Bereken de gemiddelde snelheid in km/uur.
Typ: getal-spatie-eenheid

Slide 20 - Question ouverte