Cette leçon contient 31 diapositives, avec quiz interactifs et diapositives de texte.
La durée de la leçon est: 60 min
Éléments de cette leçon
Slide 1 - Diapositive
Bezitsvorm, afkortingen en apostrof
Spelling - klas 1
Slide 2 - Diapositive
Zo ging het maken van mijn huiswerk:
😒🙁😐🙂😃
Slide 3 - Sondage
rug + prik
Slide 4 - Question ouverte
zon + bank
Slide 5 - Question ouverte
station + straat
Slide 6 - Question ouverte
Huiswerk bespreken
Opdracht 2 en 6 op Learnbeat bij onderdeel 9.2 J
Opdracht 2 op Learnbeat bij onderdeel 9.2 C
Slide 7 - Diapositive
Ik kan een bezitsvorm op de juiste manier schrijven.
😒🙁😐🙂😃
Slide 8 - Sondage
Bezitsvorm
De bezitsvorm van een zelfstandig naamwoord maak je meestal door er een -s achter te zetten.
Voorbeeld:
de mountainbike van mijn broer --> mijn broers mountainbike
de passer van Farah --> Farahs passer
het broodje van Corné --> Cornés broodje
Slide 9 - Diapositive
Bezitsvorm
Eindigt het zelfstandig naamwoord op een a, i, o, u of y die lang klinkt? Schrijf dan een apostrof voor de s.
Voorbeeld:
Mila's regels
Amy's roddels
Slide 10 - Diapositive
Bezitsvorm
Eindigt het zelfstandig naamwoord op een sisklank? Schrijf dan alleen een apostrof.
Voorbeeld:
Morris' kaartspel
Patrice' gereedschap
Slide 11 - Diapositive
de tante van Oscar -->
Slide 12 - Question ouverte
het boek van Eli -->
Slide 13 - Question ouverte
de telefoon van Max -->
Slide 14 - Question ouverte
het kabinet van Rutte -->
Slide 15 - Question ouverte
Afkortingen
Er zijn geen duidelijke regels voor de spelling van afkortingen. De meest voorkomende manieren om een afkorting te schrijven:
met kleine letters en punten (i.p.v., bijv.)
met kleine letters zonder punten (cm, vwo)
met hoofdletters en zonder punten (KLM, VN)
met hoofdletters en punten (Z.K.H.) ---> heel zeldzaam
Slide 16 - Diapositive
Apostrof
Een apostrof heb je soms nodig om uitspraakproblemen te voorkomen, bijvoorbeeld bij sommige meervoudsvormen, bezitsvormen en verkleinwoorden. Je kunt 'm ook gebruiken als je letters weglaat.
Slide 17 - Diapositive
Belangrijkste regels apostrof
bij het meervoud van zn op -a, -i, -o, -u of -y (met een medeklinker voor de y)
radio's, taxi's, baby's
bij het meervoud van letters en afkortingen
mp3's, cd's
bij het verkleinwoord van letters, cijfers, afkortingen en woorden die eindigen op een -y (met een medeklinker ervoor)
party'tje, p'tje, 4'tje, dvd'tje
bij de bezitsvorm van zelfstandige naamwoorden
oma's breiwerk, Lars' idee
bij achtervoegsels van afkortingen
zzp'er, sms'en
als je in een woord letters weglaat. Deze vervang je door een apostrof.
's avonds, jus d'orange, 't waait
Gebruik een apostrof:
Slide 18 - Diapositive
Welk woord is goed geschreven?
A
menuus
B
menu's
Slide 19 - Quiz
Welk woord is goed geschreven?
A
cdtje
B
cd'tje
Slide 20 - Quiz
Welk woord is goed geschreven?
A
Inez' huis
B
Inez's huis
Slide 21 - Quiz
Welk woord is goed geschreven?
A
s' avonds
B
's avonds
Slide 22 - Quiz
Welke afkorting is goed geschreven?
A
dmv.
B
d.mv.
C
dm.v.
D
d.m.v.
Slide 23 - Quiz
Ik kan de bezitsvorm op de juiste manier schrijven.
😒🙁😐🙂😃
Slide 24 - Sondage
Ik kan de apostrof op de juiste manier gebruiken.
😒🙁😐🙂😃
Slide 25 - Sondage
Huiswerk
Maken opdracht 4, 5, 6, 7 en 8 op Learnbeat 11.2C.
Slide 26 - Diapositive
Slide 27 - Diapositive
Slide 28 - Diapositive
Slide 29 - Diapositive
Slide 30 - Diapositive
Huiswerk
Maken opdracht 4, 5, 6, 7 en 8 op Learnbeat 11.2C.