Les 5 leesstrategieën

Les 1 leesstrategieën
timer
5:00
Welkom!

Telefoon in de koffer. Jas aan de kapstok.
Neem rustig plaats. 
Op tafelJe leesboek
1 / 13
suivant
Slide 1: Diapositive
NederlandsMiddelbare schoolvmbo kLeerjaar 2

Cette leçon contient 13 diapositives, avec diapositives de texte.

time-iconLa durée de la leçon est: 50 min

Éléments de cette leçon

Les 1 leesstrategieën
timer
5:00
Welkom!

Telefoon in de koffer. Jas aan de kapstok.
Neem rustig plaats. 
Op tafelJe leesboek

Slide 1 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Vandaag:
  • stil lezen
  • praten over je boek
  • Instructie
  • zelfstandig werken
  • Evaluatie

Slide 2 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

timer
8:00

Slide 3 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Slide 4 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Lesdoel
Aan het eind van de les kan ik tekstverbanden herkennen aan de hand van signaalwoorden.

Slide 5 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Instructie
In teksten hebben zinnen en alinea’s met elkaar te maken. Ze houden verband met elkaar. Aan een signaalwoord zie je met welk verband je te maken hebt. Als je weet welk signaalwoord bij een verband hoort, helpt dit je om de tekst beter te begrijpen. Er zijn verschillende soorten tekstverbanden. Je leert er nu drie.

Slide 6 - Diapositive

De betekenis zelf achterhalen door goed naar de tekst te kijken.
Instructie
1. Opsomming
Bij het verband opsomming worden meerdere dingen die bij elkaar horen, achter elkaar genoemd. De volgorde waarin dit gebeurt, is niet belangrijk.
Een opsomming herken je bijvoorbeeld aan deze signaalwoorden: ten eerste, ten tweede, om te beginnen, ook, verder, ten slotte, en. Je kunt een opsomming ook herkennen aan streepjes (–), dots (•), getallen (1, 2, 3) of een dubbele punt (:).

Voor een cake heb je nodig: bloem, boter, suiker, een ei en bakpoeder.


Slide 7 - Diapositive

De betekenis zelf achterhalen door goed naar de tekst te kijken.
Instructie
2. Tijdsvolgorde (chronologie)
Het verband tijdsvolgorde geeft aan dat dingen in een bepaalde volgorde gebeuren. De volgorde waarin dit gebeurt, is nu dus wél belangrijk.
Dit verband herken je bijvoorbeeld aan jaartallen en aan deze signaalwoorden:
vroeger, later, nu, eerst, daarna, vervolgens, ten slotte, nadat, terwijl, dadelijk, intussen. Eerst tekenen we de figuren en maken we een kartonnen bordspel van de game. Daarna gaan de programmeurs aan de slag. Ten slotte wordt het spel getest.



Slide 8 - Diapositive

De betekenis zelf achterhalen door goed naar de tekst te kijken.
Instructie
3. Voorbeeld (toelichting) 
Bij dit verband wordt een uitleg of voorbeeld gegeven om iets duidelijker te maken. Je krijgt dus meer informatie.
Je herkent een voorbeeld onder andere aan deze signaalwoorden: bijvoorbeeld, zo, als, zoals, denk aan, neem nou.

Er zijn veel vakmensen betrokken bij het maken van een game, zoals tekenaars, programmeurs en geluidstechnici.


Slide 9 - Diapositive

De betekenis zelf achterhalen door goed naar de tekst te kijken.
Instructie
Wat voor soort tekst is dit? (precies lezen)
Wat is het doel van deze tekst?
Waaraan herken je de opsomming onder ‘Ingrediënten’?
Waaraan herken je de opsomming onder 'bereidingswijze'? 
Wat is het verschil tussen deze twee opsommingen?

Slide 10 - Diapositive

De betekenis zelf achterhalen door goed naar de tekst te kijken.
Zelfstandig werken
Jullie gaan aan het werk met paragraaf 4 - tekstverbanden en signaalwoorden.Deze les maken jullie de opdrachten 1 tot en met opdracht 3 helemaal af. 
Aan het werk.

Slide 11 - Diapositive

De betekenis zelf achterhalen door goed naar de tekst te kijken.
Evaluatie
Wat was het lesdoel? 



Welke signaalwoorden horen bij het verband 'opsomming'?
Aan het eind van de les kan ik tekstverbanden herkennen aan de hand van signaalwoorden.
Ten eerste, ook, verder, ten slotte, 
verder, en,  komma's, dots, getallen.

Slide 12 - Diapositive

De betekenis zelf achterhalen door goed naar de tekst te kijken.

Slide 13 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions