congruentie

1 / 22
suivant
Slide 1: Lien
LatijnMiddelbare schoolvwoLeerjaar 5

Cette leçon contient 22 diapositives, avec quiz interactifs et diapositives de texte.

Éléments de cette leçon

Slide 1 - Lien

Slide 2 - Diapositive

Slide 3 - Diapositive

eerst even erin komen...

Slide 4 - Diapositive

volgens welke groep gaat aurum?
A
1
B
2
C
3
D
4

Slide 5 - Quiz

volgens welk groep gaat centurio, centurionis?
A
1
B
2
C
3
D
4

Slide 6 - Quiz

volgens welke groep gaat exitus, exitus?
A
1
B
2
C
3
D
4

Slide 7 - Quiz

Nu niet meer in de nominativus: volgens welke groep gaat het vormpje animalis?
A
1
B
2
C
3
D
4

Slide 8 - Quiz

Sommige vormen kunnen van meerdere woorden, uit verschillende groepen komen. Van welke twee woorden kan het vormpje moris komen?

Slide 9 - Question ouverte

Het zelfde geldt voor het vormpje ora. Van welke twee woorden kan dat vormpje komen?

Slide 10 - Question ouverte

en de laatste: van welke woorden kan soli komen?

Slide 11 - Question ouverte

dezelfde uitgang betekent niet per se dezelfde naamval, weten we nu. Welke combinatie klopt?
A
iuvenis fortis
B
iuvenis magnis
C
domini forti
D
domini magni

Slide 12 - Quiz

lucibus (ignotus)
A
ignotibus
B
ignotis
C
ignotus

Slide 13 - Quiz

sidus (pulcher)
A
pulcher
B
pulchrum
C
pulchrus

Slide 14 - Quiz

formarum (parvus)
A
parvum
B
parvarum
C
parvis
D
parvae

Slide 15 - Quiz

sceleris (magnus)
A
magnis
B
magni
C
magnae

Slide 16 - Quiz

Vaak kun je snel een goede woordgroep maken door alleen op de betekenis van de woorden te letten. Doe dat hier ook en maak de juiste combinaties.
magnum
carae
iratum
ignotae
pulchris
clarae
puellis
gentes
patrem
munus
matris
sidera

Slide 17 - Question de remorquage

Welke combinatie(s) van bijv. nw. en zelfst. nw. congrueert / congrueren?
A
feminae humili
B
servum fidelium
C
tempus breve

Slide 18 - Quiz

groep 1/2
groep 3
ceterus
humilis
ferox
brevis
ingens
extremus

Slide 19 - Question de remorquage

Welke woorden congrueren met elkaar?
Daedalus interea Creten longumque perosus
exilium tactusque loci natalis amore
clausus erat pelago.

Slide 20 - Question ouverte

welke woorden congrueren met elkaar?
Sed ut secundus numinum abscondat favor
coitus nefandos utque contingat stupro 160
negata magnis sceleribus semper fides:

Slide 21 - Question ouverte

wat congrueert?
quid poena praesens, conscius mentis pavor
animusque culpa plenus et semet timens?

Slide 22 - Question ouverte