Je weet wat een cel, orgaan, orgaanstelsel is en kunt hier voorbeelden bij geven.
Je kunt aangeven hoe het verteringsstelsel, ademhalingsstelsel en bloedvatenstelsel samen werken.
Je kunt uitleggen hoe cellen aan energie komen ( verbranding)
Je moet kunnen uitleggen hoe je lichaam van de afvalstoffen af komt.
1 / 20
suivant
Slide 1: Diapositive
BiologieMiddelbare schoolvmbo tLeerjaar 2
Cette leçon contient 20 diapositives, avec quiz interactifs, diapositives de texte et 2 vidéos.
La durée de la leçon est: 45 min
Éléments de cette leçon
lesdoelen
Je weet wat een cel, orgaan, orgaanstelsel is en kunt hier voorbeelden bij geven.
Je kunt aangeven hoe het verteringsstelsel, ademhalingsstelsel en bloedvatenstelsel samen werken.
Je kunt uitleggen hoe cellen aan energie komen ( verbranding)
Je moet kunnen uitleggen hoe je lichaam van de afvalstoffen af komt.
Slide 1 - Diapositive
organen van de mens
Slide 2 - Diapositive
Dierlijke cel
Slide 3 - Diapositive
cellen van de mens
Organen en cellen
Slide 4 - Diapositive
Slide 5 - Vidéo
Veel energie
Weinig energie
Slide 6 - Diapositive
Orgaanstelsels werken samen
het verteringsstelsel zorgt ervoor dat er voedingsstoffen in je bloed terecht komen.
het ademhalingsstelsel zorgt ervoor dat er zuurstof in je bloed komt.
het bloedvatenstelsel vervoert de voedingsstoffen en zuurstof naar alle cellen van je lichaam.
Slide 7 - Diapositive
Verbranding bij organismen
Ieder levend organisme doet altijd aan verbranding!
Verbranding is niet altijd even hoog; als je beweegt verbrand je meer/sneller
Verbranding schematisch
Slide 8 - Diapositive
Verbranding
Verbranding
Slide 9 - Diapositive
Slide 10 - Vidéo
Uitwisseling van stoffen (bv. bij de spieren)
Uitwisseling vindt plaats in haarvaatjes tussen de spiercellen.
Zuurstof (z) zit op rode bloedcel, glucose in bloedplasma.
De afvalstoffen water en koolstofdioxide komen weer in bloedplasma.
Slide 11 - Diapositive
Afvoer van koolstofdioxide en water
Slide 12 - Diapositive
vragen over 8.1
Slide 13 - Diapositive
Ui welke onderdelen bestaat een dierlijke cel?
Slide 14 - Question ouverte
Noem een aantal organen.
Slide 15 - Question ouverte
Noem zoveel mogelijk orgaanstelsels.
Slide 16 - Question ouverte
Waar zorgen het verteringsstelsel, ademhalingsstelsel en bloedvatenstelsel samen voor? Leg je antwoord uit.
Slide 17 - Question ouverte
Welk orgaanstelsel regelt dat alle organen goed werken?
A
Ademhalingsstelsel
B
Verteringsstelsel
C
Zenuwstelsel
D
Beenderstelsel
Slide 18 - Quiz
Hierboven zie je een torso zoals in het biologielokaal. Een aantal organen zijn ernaast neergelegd.Sleep de namen van de organen naar het juiste orgaan.
Nier
Longen
Lever
Luchtpijp
Aorta
Slide 19 - Question de remorquage
Aan de slag
Maak 8.1 af en kijk na met nakijkboekje
Eerder klaar? Lees 8.2 en begin met de opdrachten van 8.2