Arbeiders

• Geschiedenis
• Middelbare school
• vmbo k
• Leerjaar 2

Op stoom

3.3 De strijd van de arbeiders.

Geschiedenis

Basis 2 - periode 2

Titeldia, met onderin het niveau en welke periode. Achtergrond heeft altijd te maken met het hoofdstuk waarmee we bezig zijn. 

Voor BK2 is dat nu 'op stoom' (hst 3)

Wat heb je nodig vandaag?

Lees en werkboek, map, pen, telefoon voor LessonUp.

Leerdoelen

Aan het eind van deze les weet je hoe arbeiders voor een beter leven gingen strijden.

Leerdoelen dia. Wat gaan de leerlingen deze les leren? 

Maak hierin ook een onderscheid tussen RTTI.

Herhaling

Hoe leefden arbeiders in de negentiende eeuw?

Hoe leefden arbeiders in de negentiende eeuw?

1. Arbeiders kregen een goed loon en hoefden niet veel te werken.
2. Arbeiders leefden in kleine huizen.
3. Arbeiders moesten hard werken voor weinig loon
4. Arbeiders hadden grote ruime en schone huizen.

Slechte woonomstandigheden

Slechte werkomstandigheden

Samen sta je sterk!

Arbeiders gingen samen werken.

Iedereen geeft geld vooruitkeringen bij afwezigheid door ziekte of staking.

Het ontstaan van vakbonden.

Vakbond

Een vakbond is een vereniging van werknemers die zich inzet voor het verbeteren van de werkomstandigheden van arbeiders.

Arbeiders willen:

• meer loon
• minder werkuren
• meer veiligheid in de fabrieken.

Waar streden de arbeiders samen voor?

1. Meer werk
2. Minder lange werkdagen
3. Dat kinderen meer moesten werken
4. Meer loon

Sociale wetten

Samen lezen sociale wetten blz 48

Sociale wetten

1. Kinderwetje van Van Houten. Kinderen onder de 12 jaar mochten geen fabriekswerk doen. (1874)
2. Leerplicht. Alle kinderen tot 12 jaar moesten verplicht naar school. (1900)
3. 8-urige werkdag. (1919)

Leerplicht

Kinderwetje

achturige werkdag

Huiswerk

Oorzaken van de slechte leefomstandigheden 

Gevolgen van de slechte leefomstandigheden

Besmettelijke ziekten 

Te weinig woningen

Alcoholproblemen

Uitlaatgassen van fabrieken

Slechte sanitaire voorzieningen 

Welk begrip past bij de afbeelding

1. Industrialisatie
2. fabriek
3. huisnijverheid
4. massaproduktie

Leerplicht

Kinderwetje

achturige werkdag

Waar streden de arbeiders samen voor?

1. Meer werk
2. Minder lange werkdagen
3. Dat kinderen meer moesten werken
4. Meer loon

Hoe leefden arbeiders in de negentiende eeuw?

1. Arbeiders kregen een goed loon en hoefden niet veel te werken.
2. Arbeiders leefden in kleine huizen.
3. Arbeiders moesten hard werken voor weinig loon
4. Arbeiders hadden grote ruime en schone huizen.