H 6.2

Lesdoel:
- Je moet kunnen uitleggen hoe steden stadsrechten kregen.
- Je moet kunnen uitleggen hoe godsdienstig christenen waren en hoe machtig de kerk daardoor was.
- Je moet kunnen uitleggen hoe christenen optraden tegen mensen die zich anders gedroegen dan veel mensen normaal vonden.

1 / 13
suivant
Slide 1: Diapositive
GeschiedenisMiddelbare schoolmavo, havoLeerjaar 1

Cette leçon contient 13 diapositives, avec quiz interactifs, diapositives de texte et 2 vidéos.

time-iconLa durée de la leçon est: 30 min

Éléments de cette leçon

Lesdoel:
- Je moet kunnen uitleggen hoe steden stadsrechten kregen.
- Je moet kunnen uitleggen hoe godsdienstig christenen waren en hoe machtig de kerk daardoor was.
- Je moet kunnen uitleggen hoe christenen optraden tegen mensen die zich anders gedroegen dan veel mensen normaal vonden.

Slide 1 - Diapositive

Floris V
Stadsrechten
  • Graaf Floris V was een belangrijke man in het gewest (de provincie) Holland 

Floris V gaf marktplaatsen de vrijheid (het privelege) om dingen zelf te gaan regelen;

  • Stadsbestuur-
  • met eigen stadswetten




Slide 2 - Diapositive

Slide 3 - Vidéo

Was de moord op Floris V een politieke moord?
Leg jouw antwoord uit.

Slide 4 - Question ouverte

Blij met de stad!
Alle inwoners van een graafschap moesten gehoorzaam zijn aan de heer. Ook de inwoners van steden, maar die wilden liever eigen baas zijn

De heer vond een machtige en rijke stad helemaal niet erg: al die rijkdom! De inwoners van de stad en heer maken afspraken, vastgelegd in stadsrechten
De stad Dordrecht kreeg in 1220 stadsrechten van graaf Willem I van Holland. Daarmee is het één van de oudste steden van Nederland. 
In 1230 kreeg Zwolle van zijn landheer de Utrechtse bisschop Wilbrand van Oldenburg stadsrechten als dank voor hulp bij het bouwen van een burcht in Hardenberg. 

Slide 5 - Diapositive

Stadsrechten
  • Een stad met stadsrechten mag een stadsmuur bouwen
  • De stad mag zelf rechtspreken, maar een ambtenaar (de schout) van de heer moet wel aanwezig zijn en een deel van de boetes is voor de heer

  • De inwoners van een stad waren vrije poorters (geen bezit van de heer)
  • In ruil voor deze rechten moet de stad belasting betalen

Slide 6 - Diapositive

Slide 7 - Vidéo

Stadspoort Amersfoort

Slide 8 - Diapositive

Leg uit waaraan je op deze afbeelding kunt zien dat dit een stad is met stadsrechten.

Slide 9 - Question ouverte

Het stadsbestuur:
  • Een man kon burger van een stad worden als hij een jaar en één dag in de stad woonde, een beroep had en een geldbedrag betaalde.
  • Horigen die van hun heer naar een stad mochten verhuizen verloren zo de rechten en plichten van een horige, er werd dan ook vaak gezegd: "stadslucht maakt vrij"
  • burgers hadden de rechten van de stad en vormden samen de burgerij.

Slide 10 - Diapositive

Wat wordt er bedoeld met de uitspraak : "stadslucht maakt vrij" ?

Slide 11 - Question ouverte

 Het stadsbestuur
Heren gaven meer rechten aan boeren om ze daar te houden, dus de horigheid verdween op veel plaatsen in Europa

Iemand kon na een jaar en een dag burger worden in een stad. Daarnaast moesten ze werken en een geldbedrag betalen-> burgerij (= de gezamenlijke burgers)

De schepenen zorgden voor het bestuur en de rechtspraak en ze maakten keuren (wetten). De heer had ook een vertegenwoordiger, namelijk de schout. De burgemeester was de hoogste stadsbestuurder. Burgemeesters werden gecontroleerd door een vroedschap.
Misdadigers werden vooral gestraft met boetes, de schandpaal of met de doodstaf. Een bekentenis werd gezien als schuldig (vaak werd een bekentenis gedaan na marteling).

Slide 12 - Diapositive

Steden en edelen
Steden betaalden geld voor stadsrechten aan (hoge) edelen en vorsten.
Daarnaast kregen hoge edelen en vorsten (militaire) steun van steden in hun strijd tegen de lage edelen.

Maar steden werden wel steeds zelfstandiger en zelfs machtiger dan de heer.

Bijvoorbeeld de Guldensporenslag in 1302.

Slide 13 - Diapositive