4.5+4.6 schaal en schaallijn

4.5+4.6 schaal en schaallijn

1 / 16
suivant
Slide 1: Diapositive
WiskundeMiddelbare schoolvmbo bLeerjaar 3

Cette leçon contient 16 diapositives, avec diapositives de texte.

time-iconLa durée de la leçon est: 50 min

Éléments de cette leçon

4.5+4.6 schaal en schaallijn

Slide 1 - Diapositive

WELKOM

- Ga rustig zitten

- Spullen op tafel leggen
- 5 minuten tijd om te socialiseren
timer
5:00

Slide 2 - Diapositive

Planning
  • Startopdracht
  • nakijken
  • Uitleg
  • Zelfstandig werken
  • Afsluiting

Slide 3 - Diapositive

Doel van deze les

Slide 4 - Diapositive

Paragraaf 1: Schaal en schaallijn

Slide 5 - Diapositive

Slide 6 - Diapositive

Voorbeeld

1 : 25000
1 cm op de kaart is in het echt 25000 cm
25000 : 10 : 10 : 10 : 10 : 10 = 0,25 km
Dus 1 cm op de kaart is 0,25 km in het echt

Slide 7 - Diapositive

Toepassen

Wat is de afstand van Amersfoort naar Apeldoorn.


De schaal is 1 : 800000
1 cm op de kaart is 800000 cm in het echt
800000 : 10 : 10 : 10 : 10 :10 = 8 km

Slide 8 - Diapositive

Toepassen

1 cm op de kaart is 8 km in het echt

opmeten wat de afstand is:
5 cm
5 x 8 km = 40 km

over de weg: 1,2 x 40 = 48 km
.                                .

Slide 9 - Diapositive

Toepassen

opmeten wat de afstand is:
5 cm
5 x 8 km = 40 km

over de weg: 1,2 x 40 = 48 km
op de fiets 15 km/uur
48 : 15 = 3,2 uur
.                                .

Slide 10 - Diapositive

Stappen:

1. Schaal omrekenen naar km
2. Afstand opmeten
3. Afstand hemelsbreed uitrekenen
4. Afstand over de weg uitrekenen
5. Reisduur berekenen.

Slide 11 - Diapositive

Slide 12 - Diapositive

Slide 13 - Diapositive

Schaallijn
1 cm is 5 km in het echt
Venlo naar Roermond is 4,7 cm
in het echt: 4,7 x 5km = 23,5km

Schaal bij de schaallijn is.
km terugrekenen naar cm
5 x 10 x 10 x 10 x 10 x 10 = 500000
1 : 500000
.                                .    

Slide 14 - Diapositive

Slide 15 - Diapositive

Zelfstandigwerktijd 
hoofdstuk 4.5:
45, 46, 47, 49, 55, 56
hoofdstuk 4.6:
62, 63, 64, 69, 70, 71  
Leerdoelencheck:
Ik kan rekenen met een schaal.
Ik kan rekenen met een schaallijn.

Slide 16 - Diapositive