OPS leerjaar 2 thema 6 week 37

• Welzijn
• MBO
• Studiejaar 2

OPS leerjaar 2 Thema 6 Ontwikkeling van het schoolkind

Benodigdheden student: 

• Boek Ontwikkeling en activiteiten PW:
  
• Theorie pag. 160 - 171 (ontwikkeling van het schoolkind)
• Telefoon

Lesinhoud:

• Theorie en opdrachten thema 6 Ontwikkeling van het schoolkind

• Evaluatie lesdoelen

Doel van de les

• De student weet hoe de sociale ontwikkeling,  persoonlijkheidsontwikkeling, emotionele, seksuele van het schoolkind verloopt.

Inleiding

Schoolkinderen staan steeds meer in de wereld. De vriendenkring wordt steeds belangrijker en de mening van ouders telt steeds minder. Een kind van 12 jaar gaat meestal makkelijk een week zonder ouders op kamp en heeft geen hulp meer nodig bij zijn zelfzorg. Als pedagogische medewerker wordt van je verwacht dat je hier rekening mee houdt.

11.4 Sociale ontwikkeling en persoonlijkheidsontwikkeling

Waar zijn de 3 belangrijkste sociale milieus van een kind?

De 3 belangrijkste sociale milieus van een kind zijn:

1. Thuis

2. School

3. Eigen vriendjes en vriendinnetjes

Wat is conformisme?

Pesten is het met opzet lichamelijk en geestelijk kwetsen van een ander die in een gelijkwaardige positie verkeert

1. Juist
2. Onjuist

Pesten gebeurt vanwege:

1. Afkeer slachtoffer
2. Onzekerheid pester

Pesten leidt tot:

• Onzekerheid
• Negatief zelfbeeld
• Soms tot zelfdoding

Pesten is een groepsprobleem . Zodra meelopers en zwijgers hun gedrag veranderen, zie je dat het slachtoffer minder of niet meer gepest wordt.

Omgang met volwassenen

In het leven van een schoolkind spelen meerdere volwassenen een belangrijke rol.

• Een kind van 6 kijkt op tegen alle aardige volwassenen
  
• Een kind van 8 gehoorzaamt naar een volwassenen omdat deze een bepaalde positie heeft
  
• Een kind van 10 luistert pas naar een volwassenen als die zich eerst persoonlijk heeft bewezen.
  

Noem een voorbeeld van een identificatiefiguur

Identificatiefiguur

Een schoolkind kiest een identificatiefiguur buiten de eigen sociale situatie.

Dit kan een popster, sporter of een niet bestaand figuur zijn.

Ook identificeert een schoolkind zich niet meer met zijn ouders, toch blijft de thuissituatie de belangrijkste basis van het schoolkind.

Thuis

Een harmonische thuissituatie is een rustige thuissituatie, zonder ruzies.

Gedragsproblemen hangen meestal samen met ruzies thuis of een slechte band tussen ouders en kind.

Normbesef

Het besef van goed en kwaad. De ontwikkeling van het geweten.

De lesstof 11.4 Sociale ontwikkeling en persoonlijkheidsontwikkeling is duidelijk voor mij

😒🙁😐🙂😃

Geef (zo nodig) aan waar je nog extra uitleg over nodig hebt.

11.5 Emotionele ontwikkeling

Een kind van 6 jaar gaat ervan uit dat er een lijnrechte relatie bestaat tussen bepaalde ervaringen en bepaalde emoties.

Geef hiervan een voorbeeld bij de volgende dia.

Geef een voorbeeld: er bestaat volgens een jong schoolkind een lijnrechte relatie tussen bepaalde ervaringen en bepaalde emoties

Denken oudere schoolkinderen dit ook?

1. Ja
2. Nee

Een ouder schoolkind gaat inzien dat mensen verschillen. Ze beseffen dat die lijnrechte relatie niet bestaat.

 Er is ook sprake van een groeiend inlevingsvermogen.

Ze zijn steeds beter in staat om mee te leven met dingen die zij zelf niet hebben meegemaakt.

Een schoolkind is vaak terughoudend in het uiten van zijn gevoelens, het verbergt ze.

1. Juist
2. Onjuist

Het is meestal beter om geen informatie voor het schoolkind achter te houden. Wat een kind niet weet, gaat het bedenken. Dit roept gevoelens van angst en onveiligheid op. 

Geef twee voorbeelden waarin een schoolkind anders reageert dan hij zich voelt.
Maak eventueel gebruik van eigen ervaringen.

De lesstof 11.5 Emotionele ontwikkeling is duidelijk voor mij

😒🙁😐🙂😃

Geef (zo nodig) aan waar je nog extra uitleg over nodig hebt.

11.6 Seksuele ontwikkeling

Kinderen tussen de 6 en 9 jaar hebben nog geen duidelijke voorkeur maar zijn zich wel al bewust van verschillen tussen jongens en meisjes.

1. Juist
2. Onjuist

Vanaf ongeveer 9 jaar maakt het voor kinderen wel uit of de ander een jongen meisjes is. Jongens en meisjes spelen minder vaak met elkaar.

Rond het elfde jaar gaan jongens en meisjes weer opnieuw met elkaar spelen. Hun spel heeft dan vaak een licht seksuele ondertoon (meiden/ jongens vang of stiekeme zoen)

Noem een voorbeeld van genderspecifiek gedrag

De lesstof 11.6 Seksuele ontwikkeling is duidelijk voor mij

😒🙁😐🙂😃

Geef (zo nodig) aan waar je nog extra uitleg over nodig hebt.

Lesdoel behaald?

• De student weet hoe de sociale ontwikkeling, persoonlijkheidsontwikkeling, emotionele, seksuele van het schoolkind verloopt.

Ruimte voor tips / tops over les

Vooruitblik

Kennisoverdracht & opdrachten :

• Activiteiten en spel bij het schoolkind

Huiswerk

• Lezen en samenvatting/ mindmap maken van :

Boek Ontwikkeling en activiteiten: H12. Ontwikkeling en activiteiten van het schoolkind