1.5 - Rekenen aan mengsels

1.5 - Rekenen aan mengsels - 2 lessen
Benodigheden
- Schrift
- Pen, potlood
- Laptop
LessonUp: 
JA!
1 / 43
suivant
Slide 1: Diapositive
ScheikundeMiddelbare schoolhavoLeerjaar 3

Cette leçon contient 43 diapositives, avec quiz interactifs et diapositives de texte.

time-iconLa durée de la leçon est: 60 min

Éléments de cette leçon

1.5 - Rekenen aan mengsels - 2 lessen
Benodigheden
- Schrift
- Pen, potlood
- Laptop
LessonUp: 
JA!

Slide 1 - Diapositive

Deze les:
  • Herhaling (kom in deze Lesson Up)
  • HW-bespreken + Nakijken
  • Uitleg leerdoelen 1.5: Massapercentage, volumepercentage, concentratie en oplosbaarheid. 
  • Huiswerk maken + nakijken 1.5 opdr 51 t/m 57
Toets gaat over  1.1 t/m 1.5 met blz 92 over het stukje destilleren en blz 162 over het stukje adsorberen

Slide 2 - Diapositive

Huiswerk voor dinsdag
1.5 Opdracht 51 t/m 57

Slide 3 - Diapositive

Herhaling
Wat weet je nog??

Kom in deze Lesson Up

Slide 4 - Diapositive

Reproductie:
Wat is het scheidingsprincipe van destilleren?
A
Deeltjesgrootte
B
Dichtheid
C
Kookpunt
D
Oplosbaarheid

Slide 5 - Quiz

Reproductie:
Wat is het scheidingsprincipe van adsorberen?
A
Kookpunt
B
Aanhechtingsvermogen
C
Deeltjesgrootte
D
Dichtheid

Slide 6 - Quiz

verdampen
condenseren
stollen
smelten
rijpen
vervluchtigen
/ sublimeren

Slide 7 - Question de remorquage

Reproductie:
Wat is het scheidingsprincipe van bezinken en afschenken?
A
Kookpunt
B
Oplosbaarheid
C
Deeltjesgrote
D
Dichtheid

Slide 8 - Quiz

Vaste deeltjes die zweven in een vloeistof...
Hoe heet zo'n mengsel?
A
Oplossing
B
Suspensie
C
Samenvoeging
D
Mix

Slide 9 - Quiz

Er is nu een gele pauze vlam. Aan welke knop moet er nu gedraaid worden om een blauwe vlam te krijgen?
A
a
B
b
C
c
D
d

Slide 10 - Quiz

Reproductie:
Wat is het scheidingsprincipe van chromatografie?
A
oplosbaarheid en kookpunt
B
aanhechtingsvermogen en oplosbaarheid
C
kookpunt en aanhechtingsvermogen
D
deeltjesgrootte en oplosbaarheid

Slide 11 - Quiz

De blauwe kleurstof in brandspiritus kun je verwijderen met actieve kool. Vervolgens is nog een stap nodig om de verontreinigde actieve kool te verwijderen.
Welke scheidingsmethoden zijn gebruikt om kleurloze brandspiritus te verkrijgen?
A
alleen adsorberen
B
alleen filteren
C
eerst adsorberen , daarna filteren
D
eerst extraheren, daarna filteren.

Slide 12 - Quiz

Bespreken en Nakijken
Opdracht  t/m 46

Slide 13 - Diapositive

  • Ik kan het massapercentage van de samenstelling van een mengsel berekenen en gebruik je juiste eenheid.
  • Ik kan het volumepercentage van de samenstelling van een mengsel berekenen en gebruik je juiste eenheid.
  • Ik kan de concentratie van een oplossing berekenen.
  • Ik kan met de oplosbaarheid verklaren of je een verzadigde oplossing hebt en beschrijven wat de invloed van de temperatuur is. 
Leerdoelen §1.4

Slide 14 - Diapositive

100 koeien

Slide 15 - Diapositive

99 koeien
1 schaap

Slide 16 - Diapositive

54 koeien
2 schapen
24 kippen

Slide 17 - Diapositive

54 koeien
2 schapen
24 kippen
Hoeveel procent van de dieren is een kip?


Slide 18 - Diapositive

54 koeien
2 schapen
24 kippen
Totaal aantal dieren 
54 + 24 + 2 = 80

24 hiervan zijn kippen.



Hoeveel procent van de dieren is een kip?

Slide 19 - Diapositive

54 koeien
2 schapen
24 kippen
Totaal aantal dieren 
54 + 24 + 2 = 80
24 hiervan zijn kippen.



Hoeveel procent van de dieren is een kip?

Slide 20 - Diapositive

54 koeien
2 schapen
24 kippen
Totaal aantal dieren 
54 + 24 + 2 = 80
24 hiervan zijn kippen.


massa% = 30 %
Hoeveel procent van de dieren is een kip?
8024100

Slide 21 - Diapositive

Massapercentage
Massapercentage is de hoeveelheid stof in een mengsel uitgedrukt in procenten

Massa druk je uit in mg, g, kg, etc

Slide 22 - Diapositive


Bestek kan gemaakt zijn van RVS (roestvrij staal).
In 1250 kg RVS zit 137,5 kg chroom.
Bereken het massapercentage chroom in RVS.

Slide 23 - Question ouverte

Voorbeeldvraag 2
Pietje gaat een nasi maken. De ingrediëntenlijst is als volgt: 80 g kipkruiden, 510 g rijst, 350 g kipfilet en 1,06 kg groenten. 
Bereken het massapercentage kipfilet in de nasi. 

Slide 24 - Question ouverte

Volumepercentage
Volumepercentage is de hoeveelheid vloeistof of gas in een mengsel uitgedrukt in procenten

Volume druk je uit in mL, L, cm³, dm³, m³ etc 

Slide 25 - Diapositive


6 liter lucht bestaat uit 4,68 dm³ stikstof, 0,00126 m³ zuurstof en de rest zijn andere gassen.
Bereken het volumepercentage zuurstof in de lucht.

Slide 26 - Question ouverte

Huiswerk
Eerst volgende les
  • Maken opdracht 51 t/m 57

Slide 27 - Diapositive

1.5 - Rekenen aan mengsels - les 2
Pak je:

- Schrift
- Pen, potlood
- Boek
- rekenmachine

Slide 28 - Diapositive

Startopdracht
Voor het maken van pruimenlikeur mengt oma 150 mL alcohol met een volumepercentage van 60% met 400 mL water.


  Bereken het volumepercentage alcohol in het mengsel. Geef de stappen in de berekening duidelijk weer.

Tip: begin met het uitrekenen van het aantal ml alcohol in de 150ml

Slide 29 - Diapositive

Startopdracht
GV: volumepercentage alcohol in het mengsel
GG: Totaal volume = 150ml + 400ml= 550ml
         Volume alcohol = 60% van 150 ml = 150x0,6= 90 ml
F:

B: 90mL /550 mL x 100%= 16,4 %
Antw: Er zit 16,4 volume% alcohol in het mengsel

Slide 30 - Diapositive

Nakijken
Opdracht 44 t/m 51

Slide 31 - Diapositive

Concentratie 
De concentratie van een stof laat zien hoeveel vaste stof is opgelost in een bepaalde hoeveelheid vloeistof.

Concentratie druk je uit in g/L, kg/L, g/mL etc

Concentratie = Hoeveelheid opgeloste stof / hoeveelheid oplossing

Slide 32 - Diapositive

Welke oplossing heeft de hoogste concentratie?
Oplossing A.
Oplossing B.
A
Oplossing A.
B
Oplossing B.
C
Beiden even groot.
D
Dit is niet te bepalen.

Slide 33 - Quiz

Voorbeeldvraag 1.
Jantje gooit twee suikerklontjes in zijn thee. Eén suikerklontje weegt 4 gram. Hij heeft een theeglas met 250 mL thee.
Bereken de concentratie suiker in de thee. Druk je antwoord uit in g/L.

Slide 34 - Question ouverte

Oplosbaarheid
De oplosbaarheid laat zien hoeveel stof je maximaal kunt oplossen in een vloeistof. 


Oplosbaarheid druk je uit in g/L, kg/L, g/mL etc

Slide 35 - Diapositive

Hoeveel gram zout kun je bij KT oplossen in een liter water?
Zoek je antwoord op in je boek ;)
A
150 gram
B
359 gram
C
3015 gram
D
275 gram

Slide 36 - Quiz


Zout heeft een oplosbaarheid (bij 20 graden Celsius) van 359 g/L.

Bereken hoeveel zout er kan oplossen in een zwembad van 10 meter bij 25 meter en 2,50 meter diep. Geef je antwoord in kg.

Slide 37 - Question ouverte

Onverzadigd, verzadigd en oververzadigd

50 g/L
360 g/L
450 g/L

Slide 38 - Diapositive

Slide 39 - Diapositive


Geef antwoord op deze vraag.

Slide 40 - Question ouverte

Vissen hebben zuurstof nodig.
Waarom sterven er in de zomer meer vissen in de natuur dan in de winter?

Slide 41 - Question ouverte

Huiswerk
  • Maken opdracht 44 t/m 62

Slide 42 - Diapositive

Huiswerk
Oefenen
  • 1: Opdracht 51 t/m 58 maken van 1.5
  • 2: Oefenblad in LessonUp: 1.5 - Rekenen aan mengels (oefenblad)

Slide 43 - Diapositive