week 19 (week 4 2025) klas 2 H8 Modalverben, Neuneinhalb en sprechen

Guten Tag
Wie geht es euch?
1 / 43
suivant
Slide 1: Diapositive
DuitsMiddelbare schoolvmbo tLeerjaar 1

Cette leçon contient 43 diapositives, avec diapositives de texte.

Éléments de cette leçon

Guten Tag
Wie geht es euch?

Slide 1 - Diapositive

Was machen wir heute?

Wiederholung: 
Grammatik - die Modalverben

Slide 2 - Diapositive

Lernziele:
Am Ende dieser Stunde: .....

  • ken ik de betekenissen van alle modale werkwoorden en het werkwoord 'wissen';
  • Kan ik  modale werkwoorden n het werkwoord 'wissen' op de juiste manier vervoegen; 
  • kan ik de Modalverben in een zin gebruiken.

Slide 3 - Diapositive



Aber zuerst.....ein Filmchen!



Slide 4 - Diapositive

Slide 5 - Lien

Wat zijn Modalverben?
 Dit zijn hulpwerkwoorden die in een zin een extra lading/betekenis aan een ander werkwoord geven.
Ik kan goed schaatsen, ik moet werken, mag ik iets vragen?
In het Duits zijn dit de werkwoorden dürfen, können, mögen, müssen, sollen, wollen en wissen. 

Slide 6 - Diapositive

Beispiele
Du musst jetzt Hausaufgaben machen.
Du kannst jetzt Hausaufgaben machen.
Du willst jetzt Hausaufgaben machen.
Du sollst jetzt Hausafgaben machen.
Du darfst jetzt Hausaufgaben machen.
Du magst jetzt Hausaufgaben machen.

Slide 7 - Diapositive

wissen
weten
dürfen
mogen, toestemming
können
kunnen
mögen
lusten, houden van
müssen
moeten, noodzakelijk 
sollen
moeten, bevel
wollen
willen

Slide 8 - Diapositive


  • jas in de kluis of op de kapstok
  • pet/muts/capuchon af
  • oortjes uit
  • laptop dicht op tafel
  • boek/schrift/pen op tafel

Slide 9 - Diapositive

Er zijn 2 kenmerken!
1: de klank (klinker) verandert in het enkelvoud (= ich, du en er/sie/es) (behalve bij sollen!)

2: de ich- en de er/sie/es- vorm zijn gelijk en krijgen GEEN uitgang!

Slide 10 - Diapositive

Konjugation von Modalverben im Präsens
müssen
können
wollen
sollen
dürfen
mögen
wissen
ich
muss
kann
will
soll
darf
mag
weiß
du
musst
kannst
willst
sollst
darfst
magst
weißt
er/sie/es
muss
kann
will
soll
darf
mag
weiß
wir
müssen
können
wollen
sollen
dürfen
mögen
wissen
ihr
müsst
könnt
wollt
sollt
dürft
mögt
wisst
sie
müssen
können
wollen
sollen
dürfen
mögen
wissen
Sie
müssen
können
wollen
sollen
dürfen
mögen

Slide 11 - Diapositive

An die Arbeit!
An die Arbeit:

Was?     Oefenstencil Modalverben 
Wie?      selbstständig
Hilfe?    Die Grammatik auf Seite 178, 179
Zeit?      25 Minuten
Fertig?  StudyGo: woorden hoofdstuk 8 leren





Slide 12 - Diapositive

Lernziele erreicht?

  • ken ik de betekenissen van alle modale werkwoorden en het werkwoord 'wissen?
  • Kan ik  modale werkwoorden n het werkwoord 'wissen' op de juiste manier vervoegen?
  • kan ik de Modalverben in een zin gebruiken?

Slide 13 - Diapositive

Huiswerk
HAUSAUFGABEN:

Online: Oefenstencil Modalverben maken

Lernen:
StudyGo Woorden H8

Slide 14 - Diapositive

Abschluss
Niet inpakken - luisteren - ik sluit de les af
  • na mijn startsignaal: inpakken
  • zitten blijven tot de bel gaat- stil

  • dan: klaar :)

Slide 15 - Diapositive

Tschüss!
Bis zum nächsten Mal!

Slide 16 - Diapositive

Guten Tag
Wie geht es euch?

Slide 17 - Diapositive


  • jas in de kluis of op de kapstok
  • pet/muts/capuchon af
  • oortjes uit
  • laptop dicht op tafel
  • boek/schrift/pen op tafel

Slide 18 - Diapositive

Was machen wir heute?



  • Neuneinhalb
  • Wörter lernen

Slide 19 - Diapositive

Lernziele dieser Stunde:

Am Ende dieser Stunde:.....

..... kan ik een kijk- en luisterfilmpje begrijpen;
..... kan ik relevante informatie uit een filmpje halen;
..... heb je woorden van hoofdstuk 7 of 8 geleerd.

Slide 20 - Diapositive



Luistertoets oefenen



Slide 21 - Diapositive

An die Arbeit!
Aan het werk:

Was?    leren woorden hoofdstuk 7 of 8
Wie?    via Studygo
Hilfe?    keine
Zeit       tot het einde van de les
Fertig? Dann ist es Zeit!
               




 

Slide 22 - Diapositive

Lernziele erreicht?

..... kan ik een kijk- en luisterfilmpje begrijpen?
..... kan ik relevante informatie uit een filmpje halen?
..... heb je woorden van hoofdstuk 8 geleerd?



Slide 23 - Diapositive

Abschluss
Niet inpakken - luisteren - ik sluit de les af
  • na mijn startsignaal: inpakken
  • zitten blijven tot de bel gaat- stil

  • dan: klaar :)

Slide 24 - Diapositive

Tschüss!
Bis zum nächsten Mal!

Slide 25 - Diapositive

Guten Tag
Wie geht es euch?

Slide 26 - Diapositive


  • jas in de kluis of op de kapstok
  • pet/muts/capuchon af
  • oortjes uit
  • laptop dicht op tafel
  • boek/schrift/pen op tafel

Slide 27 - Diapositive

Was machen wir heute?

Wiederholung: 
Grammatik - die Modalverben

Slide 28 - Diapositive

Lernziele:
Am Ende dieser Stunde: .....

  • ken ik de betekenissen van alle modale werkwoorden en het werkwoord 'wissen';
  • Kan ik  modale werkwoorden n het werkwoord 'wissen' op de juiste manier vervoegen; 
  • kan ik de Modalverben in een zin gebruiken.

Slide 29 - Diapositive



Aber zuerst.....ein Filmchen!



Slide 30 - Diapositive

Slide 31 - Lien

Wat zijn Modalverben?
 Dit zijn hulpwerkwoorden die in een zin een extra lading/betekenis aan een ander werkwoord geven.
Ik kan goed schaatsen, ik moet werken, mag ik iets vragen?
In het Duits zijn dit de werkwoorden dürfen, können, mögen, müssen, sollen, wollen en wissen. 

Slide 32 - Diapositive

Beispiele
Du musst jetzt Hausaufgaben machen.
Du kannst jetzt Hausaufgaben machen.
Du willst jetzt Hausaufgaben machen.
Du sollst jetzt Hausafgaben machen.
Du darfst jetzt Hausaufgaben machen.
Du magst jetzt Hausaufgaben machen.

Slide 33 - Diapositive

Er zijn 2 kenmerken!
1: de klank (klinker) verandert in het enkelvoud (= ich, du en er/sie/es) (behalve bij sollen!)

2: de ich- en de er/sie/es- vorm zijn gelijk en krijgen GEEN uitgang!

Slide 34 - Diapositive

wissen
weten
dürfen
mogen, toestemming
können
kunnen
mögen
lusten, houden van
müssen
moeten, noodzakelijk 
sollen
moeten, bevel
wollen
willen

Slide 35 - Diapositive

Konjugation von Modalverben im Präsens
müssen
können
wollen
sollen
dürfen
mögen
wissen
ich
muss
kann
will
soll
darf
mag
weiß
du
musst
kannst
willst
sollst
darfst
magst
weißt
er/sie/es
muss
kann
will
soll
darf
mag
weiß
wir
müssen
können
wollen
sollen
dürfen
mögen
wissen
ihr
müsst
könnt
wollt
sollt
dürft
mögt
wisst
sie
müssen
können
wollen
sollen
dürfen
mögen
wissen
Sie
müssen
können
wollen
sollen
dürfen
mögen

Slide 36 - Diapositive

An die Arbeit!
An die Arbeit: 

Was?  Online makenAufgaben 22, 23, 24, 25 `
           und 26: Kapitel 8 Aussehen; E-Grammatik
Wie?  selbstständig
Hilfe?  het stappenplan
Zeit?    30 Minuten
Fertig? StudyGo: Wörter Kapitel 7 of 8 lernen



Slide 37 - Diapositive

An die Arbeit!
An die Arbeit: 

Was?  Online makenAufgaben 22, 23, 24, 25 und 26:
           apitel 3; E-Grammatik
Wie?  selbstständig
Hilfe?  het stappenplan
Zeit?    30 Minuten
Fertig? StudyGo: Wörter Kapitel 7 of 8 lernen



Slide 38 - Diapositive

Abschluss
Niet inpakken - luisteren - ik sluit de les af
  • na mijn startsignaal: inpakken
  • zitten blijven tot de bel gaat- stil

  • dan: klaar :)

Slide 39 - Diapositive

Tschüss!
Bis zum nächsten Mal!

Slide 40 - Diapositive

Lernziele erreicht?

..... kan ik luisterfragmenten op het juiste niveau begrijpen en er vragen over beantwoorden?

Slide 41 - Diapositive

An die Arbeit!
An die Arbeit: 

Was?  Sprechen: Aufgabe 29: Gespräch hören
Wie?   selbstständig
Hilfe?  keine
Zeit?    5 Minuten
Fertig? weiter mit den Sprachmittel




Slide 42 - Diapositive

An die Arbeit!
An die Arbeit: 

Was?  Sprechen: Aufgabe 27 und 28 (vorlesen)
Wie?   zuzweit (in tweetallen)
Hilfe?  Die Ausspracheregeln auf Seite 84
Zeit?    5 Minuten
Fertig? StudyGo: die Wörterliste Kapitel 7 lernen




Slide 43 - Diapositive