Start by reading your reading book , no reading book, please report it and start copying the pages of irregular verbs (120,121). Start getting chromebooks.
timer
10:00
1 / 36
suivant
Slide 1: Diapositive
EngelsMiddelbare schoolmavoLeerjaar 2
Cette leçon contient 36 diapositives, avec quiz interactifs et diapositives de texte.
La durée de la leçon est: 80 min
Éléments de cette leçon
2M
Start by reading your reading book , no reading book, please report it and start copying the pages of irregular verbs (120,121). Start getting chromebooks.
timer
10:00
Slide 1 - Diapositive
booktest
Al ingeleverd? En voldoende?
Slide 2 - Diapositive
Start Unit 2
Fill in the form of the selftest. Then go to your online books lesson 1 unit 2
Slide 3 - Diapositive
Lesson 1
We are going to do excercise 1 to 6 together to practice reading and vocab.
Slide 4 - Diapositive
Now some grammar
aan het einde van de les snap je meer van de trappen van vergelijking!
aan het einde van de les weet je wanneer je much and many moet gebruiken!
Slide 5 - Diapositive
Trappen van vergelijking
Aan het einde van de les kun je een vergelijking maken.
Je kent het verschil tussen -er/-est en more/most.
Slide 6 - Diapositive
Korte woorden
- één lettergreep
-er / -est
Slide 7 - Diapositive
Slide 8 - Diapositive
Small - smaller - smallest
Nice - nicer - nicest
Slide 9 - Diapositive
Lange woorden
twee lettergrepen of meer
more / most
Slide 10 - Diapositive
She is more beautiful than her sister.
Slide 11 - Diapositive
woorden met twee lettergrepen
en toch -er / -est
Woorden die eindigen op -le / -er / -ow / -y : -er / -est
Slide 12 - Diapositive
DUS:
simple - simpler - simplest
clever - cleverer - cleverest
narrow - narrower - narrowest
happy - happier - happiest
alle andere woorden krijgen more / most
Slide 13 - Diapositive
De uitzonderingen:
good - better - best
bad - worse - worst
Slide 14 - Diapositive
Trappen van vergelijking
Slide 15 - Diapositive
https:
Slide 16 - Lien
Lesson 1
You are going to do excercise 7
Slide 17 - Diapositive
Much and many
Slide 18 - Diapositive
Much of many?
Much en many betekenen allebei ‘veel’.
Bij dingen die je kunt tellen, gebruik je many.
-> I haven't got many shoes.
Bij dingen die je niet kunt tellen, zoals vloeistoffen, geld etc. gebruik je much.