Hfst 1: Kant: zintuiglijke waarneming en verstand

Hfst 1: Kant: zintuiglijke waarneming en verstand
1 / 10
suivant
Slide 1: Diapositive
FilosofieSecundair onderwijs

Cette leçon contient 10 diapositives, avec quiz interactifs et diapositives de texte.

time-iconLa durée de la leçon est: 50 min

Éléments de cette leçon

Hfst 1: Kant: zintuiglijke waarneming en verstand

Slide 1 - Diapositive

synthetisch a priori oordelen
analytisch a priori oordelen
synthetisch a postiori oordelen
In een cirkel is de afstand van het middelpunt tot de omtrek overal gelijk
Een driehoek heeft drie hoeken
De lucht is blauw

Slide 2 - Question de remorquage

Wat is het verschil tussen zuivere en empirische kennis volgens Kant?

Slide 3 - Question ouverte

Lesdoelen

Slide 4 - Diapositive

Zintuiglijke waarneming
  • onderscheid tussen zuivere kennis en empirische kennis
  • alle kennis begint bij zintuiglijke waarneming
  • MAAR geen passief opnemen van kennis
  • wij verwerken prikkels tot waarnemingen van dingen
  • zintuigen zorgen voor opname van voorstellingen = receptiviteit 

Slide 5 - Diapositive

Zintuiglijke waarneming
  • zintuigen leveren voorstellingen van op zichzelf bestaande voorwerpen is GEEN zuivere kennis
  • bv roos
  • alles wegdenken behalve 'uitgebreidheid (= substantie)
  • uitgebreidheid in tijd en ruimte (= a priori structuren)

Slide 6 - Diapositive

Verstand
  • Op zoek naar zuivere kenniselementen
  • moment van gewaarwording wordt door het verstand aangevuld met begrippen om tot voorstelling te komen
  • zuivere en niet-zuivere oordelen 
  • zuiver = noodzakelijke en strikt universeel = a priori
  • bv. tijd en ruimte, substantie, veelheid, relatie en causaliteit,

Slide 7 - Diapositive

Verstand
  • categorieën van ons verstand = ordeningsprincipes die iedereen bezit = ordenen onze waarnemingen tot eenheid
  • kijken ALTIJD door bril van categorieën
  • ze zijn inherent (eigen) aan ons denken
  • 12 verstandcategorieën (afgeleid uit d logica)
  • Welke categorie? 'Wat kunnen we echt niet meer wegdenken?' bv. causaliteit

Slide 8 - Diapositive

Opdrachten
Opdracht 22, 23 en 24

Slide 9 - Diapositive

Welke vraag heb ik over deze les?

Slide 10 - Question ouverte