V3 Paragraaf 6.3 Zouten

6.3 Zouten
Eigenschappen van zouten
Vormen van ionen
Hoe zouten oplossen in water
1 / 21
suivant
Slide 1: Diapositive
ScheikundeMiddelbare schoolvwoLeerjaar 3

Cette leçon contient 21 diapositives, avec quiz interactifs et diapositives de texte.

time-iconLa durée de la leçon est: 45 min

Éléments de cette leçon

6.3 Zouten
Eigenschappen van zouten
Vormen van ionen
Hoe zouten oplossen in water

Slide 1 - Diapositive

Zouten

Slide 2 - Diapositive

Eigenschappen van zouten
  • Hoog smelt- en kookpunt: Er is dus een sterke binding? Wat voor binding?
  • In vaste toestand geleidt een zout niet, maar in vloeibare toestand wel. Blijkbaar zijn er in vaste toestand geen geladen deeltjes die vrij kunnen bewegen, maar in vloeibare fase wel? 

Slide 3 - Diapositive

Formules van zouten
  • Bestaan uit een metaalatomen en niet-metaalatomen
  • NaCl
  • Na = natrium (metaal)
  • Cl = chloor (niet-metaal) 

Slide 4 - Diapositive

Vormen van ionen
  • Voor geleiding zijn geladen deeltjes nodig: de ionen.
  • Een zout is opgebouwd uit positieve metaalionen en negatieve niet-metaalionen
  • Hoe worden die ionen gevormd?

Slide 5 - Diapositive

Vormen van ionen
  • Atoommodel van Bohr voor natrium en chloor -->
  • Natrium geeft zijn ene valentie-elektron aan chloor.
  • Natrium wordt dan zelf Na+
  • Chloor wordt dan zelf Cl-
  • Na+ en Cl- trekken elkaar aan en gaan in een rooster zitten

Slide 6 - Diapositive

Het zoutrooster
  • Elke Na+ is omringd door Cl- en andersom
  • In vaste fase is dit rooster intact: geen vrij bewegende deeltjes voor geleiding
  • In vloeibare fase is dit rooster niet intact: wel vrij bewegende deeltjes voor geleiding

Slide 7 - Diapositive

Zouten in water
  • Binding tussen Na+ en Cl- heet een ionbinding
  • Sterke aantrekkingskracht zorgt voor sterke binding
  • Bij oplossen van een zout in water worden de ionbindingen verbroken

Slide 8 - Diapositive

Zouten in water
  • Elk ion wordt omringd door watermoleculen
  • Weergegeven in een vergelijking:
    NaCl (s) -> Na+ (aq) + Cl- (aq)
  • NaCl (aq) bestaat niet: Het lost direct op in water!

Slide 9 - Diapositive

                                  Indampen van een zout

Ca2+ (aq) + 2 Cl-(aq) --> CaCl2 (s)

De ionen komen weer samen 
in het ionrooster

Slide 10 - Diapositive

Samengestelde ionen
samengestelde ionen zijn 
gebonden atomen die 
samen een lading hebben.

Deze samengestelde ionen 
kunnen opgenomen
worden in een ionrooster. 

Slide 11 - Diapositive

Formules van zouten
  • Opgebouwd uit ionen, geladen deeltjes
  • Zout als geheel heeft geen lading
  • Na+ + Cl- --> NaCl
  • Fe2+ + 2 Br- --> FeBr2

Slide 12 - Diapositive

Formules van zouten
In het zout K2CO3 zitten 2  K-ionen en een CO3 ion. 
Het CO3 ion heeft een lading van 2-
Wat is de lading van een K-ion?

Slide 13 - Diapositive

Formules van zouten
In het zout K2CO3 zitten 2  K-ionen en een CO3 ion. 
Het CO3 ion heeft een lading van 2-
Wat is de lading van een K-ion? PbS2

K2CO3 heeft lading 0
Het K2 gedeelte moet lading 2+ hebben
Per K-ion is dan de lading 2+ / 2 = 1+

Slide 14 - Diapositive

Een zout is opgebouwd uit?
A
ionen
B
moleculen
C
atomen

Slide 15 - Quiz

De lading van het Pb ion in
Het S-ion heeft een lading van 2-
PbS2
A
1+
B
2+
C
1-
D
4+

Slide 16 - Quiz

Dit is een ...... vergelijking
Na3PO4(s)3Na2(aq)+PO43(aq)
A
Indamp
B
Oplos

Slide 17 - Quiz

Wat is de beste omschrijving van een ion?
A
een ion is een atoom met een positieve lading
B
een ion is een atoom met een negatieve lading
C
een ion is een atoom met een lading

Slide 18 - Quiz

Welke bewering(en) is of zijn juist?
A
een ion is altijd van een metaalatoom gemaakt.
B
een metaalion heeft altijd een elektron teveel
C
niet-metaalionen zijn negatief geladen
D
een niet-metaalion heeft een proton afgestaan

Slide 19 - Quiz

Eigenschappen van zouten
  • Hoog smelt- en kookpunt: Er is dus een sterke binding? Wat voor binding?
  • In vaste toestand geleidt een zout niet, maar in vloeibare toestand wel. Blijkbaar zijn er in vaste toestand geen geladen deeltjes die vrij kunnen bewegen, maar in vloeibare fase wel? 

Slide 20 - Diapositive

Samengevat
  • Zouten hebben een hoog smelt- en kookpunt
  • In formules van zouten komen metaal en niet metaalatomen voor
  • Zouten zijn opgebouwd uit ionen
  • Positieve metaalionen en negatieve niet-metaalionen vormen een ionrooster
  • Ionbinding is een sterke binding

Slide 21 - Diapositive