Beschrijf je Huis: Een Gids voor Nauwkeurige Beschrijvingen

Beschrijf je Huis: Een Gids voor Nauwkeurige Beschrijvingen

Leerdoel

Aan het einde van de les kun je je huis nauwkeurig beschrijven in het Nederlands.

Wat weet je al over het beschrijven van je huis?

Vocabulaire

Woonkamer, slaapkamer, keuken, badkamer, tuin

Structuur van het Huis

Begane grond, eerste verdieping, zolder, kelder

Kenmerken van Kamers

Grootte, inrichting, kleuren, meubels

Beschrijvende Adjectieven

Ruim, gezellig, licht, modern

Oefening: Beschrijf je Woonkamer

Beschrijf je woonkamer in twee zinnen.

Oefening: Vind de Meubels

Beschrijf waar elk meubelstuk zich in de kamer bevindt.

Oefening: Stel Vragen

Stel drie vragen aan je klasgenoot over zijn/haar kamer.

Gebruik van Voorzetsels

Achter, naast, tussen, voor

Oefening: Beschrijf de Indeling

Beschrijf de indeling van je huis met behulp van voorzetsels.

Oefening: Huisbeschrijving

Schrijf een volledige beschrijving van je huis.

Gezamenlijke Bespreking

Beschrijf een klasgenoots huis aan de hand van zijn/haar beschrijving.

Spreekvaardigheid

Presenteer mondeling je huis aan de klas.

Quiz

Beantwoord vragen over huisbeschrijvingen.

Reflectie

Wat vond je het moeilijkst aan het beschrijven van je huis?

Creatieve Opdracht

Ontwerp een plattegrond van je ideale huis met beschrijvingen.

Samenvatting

Belangrijkste punten van de les

Huiswerk

Beschrijf de keuken van je huis in een korte alinea.

Einde van de Les

Bedankt voor jullie inzet!

Schrijf 3 dingen op die je deze les hebt geleerd.

De leerlingen voeren hier drie dingen in die ze in deze les hebben geleerd. Hiermee geven ze aan wat hun eigen leerrendement van deze les is.

Schrijf 2 dingen op waarover je meer wilt weten.

De leerlingen voeren hier twee dingen in waarover ze meer zouden willen weten. Hiermee vergroot je niet alleen betrokkenheid, maar geef je hen ook meer eigenaarschap.

Stel 1 vraag over iets dat je nog niet zo goed hebt begrepen.

De leerlingen geven hier (in vraagvorm) aan met welk onderdeel van de stof ze nog moeite. Voor de docent biedt dit niet alleen inzicht in de mate waarin de stof de leerlingen begrijpen/beheersen, maar ook een goed startpunt voor een volgende les.