Waarnemen, interpreteren en observeren

• Verpleging en verzorging
• MBO
• Studiejaar 1

WAARNEMEN

INTERPRETEREN

OBSERVEREN

werkbegeleiderscursus deel 4

WAT IS WAARNEMEN?

WAARNEMEN

je ziet, je hoort, je proeft, je ruikt, je voelt

Je kan niet alles tegelijk waarnemen

Niet iedereen ziet hetzelfde

Bewust zijn

INTERPRETEREN

INTERPRETEREN

=TOEKENNEN VAN EEN BETEKENIS AAN VERBALE EN NON-VERBALE SIGNALEN

HOE?

- factoren zoals: situatie, plaats, anderen, tijd, ontvanger

REFERENTIEKADER

= de manier waarop we de wereld om ons heen waarnemen en interpreteren

waardoor wordt ons referentiekader bepaald?

Waardoor wordt ons referentiekader bepaald?

OBSERVEREN

-nauwkeurig en objectief beschrijven wat je waarneemt

- alleen feiten

- feit is controleerbaar

- geen mening geven

volgens plan is handig!

OEFENINGEN

FILMPJES

gebruik de kijkwijzer, bladzijde 5 in je map

BEGELEIDINGSGESPREK

3 gesprekken

A = de stagiair​

B= de praktijkbegeleider​

C= de observator en tijdbewaker​

​

A gaat in gesprek met B, max 8 minuten​

C geeft feedback aan B , max 5 minuten​

Ruilen van rol – allemaal een keer B

INTERVISIE

DOEL:

DESKUNDIGHEID BEVORDEREN​

WERKKWALITEIT VERBETEREN

INTERVISIE

EFFECTEN:

REFLECTIE​

UITBREIDEN GEDRAGSREPERTOIRE​

CREATIVITEIT BIJ PROBLEEMOPLOSSING​

COMMUNICATIEVE VAARDIGHEDEN

UITVOERING

Introductie: De inbrenger beschrijft kort en feitelijk de situatie en zijn vraag. 3 min.​

Probleemverkenning:  De groepsleden nemen even – in stilte – tijd om hun vragen te noteren. 5 min​

Feiten verzamelen:  door open vragen te stellen (geen advies geven). 15 min​

Analyse:  Groepsleden analyseren met elkaar de kern van het probleem. 10 min​

Adviesronde:  Ieder groepslid formuleert wat een advies voor de inbrenger. 10 min​

Afronding:  De inbrenger geeft aan welke adviezen hem aanspreken en waarom.

AFSLUITING

TIPS TOPS

huiswerk

prove2move ?