Bi-3H-13.3 en 13.4 Transport enKou en hitte

 13.3 Transport
1 / 44
suivant
Slide 1: Diapositive
BiologieMiddelbare schoolhavoLeerjaar 3

Cette leçon contient 44 diapositives, avec quiz interactifs, diapositives de texte et 4 vidéos.

time-iconLa durée de la leçon est: 60 min

Éléments de cette leçon

 13.3 Transport

Slide 1 - Diapositive

Leerdoelen 13.3 Transport:
-Hoe stoffen door lichaam van insecten stromen
-Hoe transport door het lichaam van de vis loopt
-Hoe transport door het lichaam van een zoogdier loopt
-Hoe stoffen door een plant stromen (hoe komt water omhoog)

Slide 2 - Diapositive

Begrippenlijst 13.3 Transport:
*insect-open bloedsomloop
*vissen-gesloten bloedsomloop-enkelvoudige bloedsomloop
*zoogdieren-dubbele bloedsomloop
*Planten-vaatbundels-houtvaten-bastvaten-zuigkracht 
  bladeren-worteldruk-capillaire werking

Slide 3 - Diapositive

13.3 Transport van voedingsstoffen en afvalstoffen
3 soorten bloedsomloop:

1: open
2: enkelvoudig gesloten
3: dubbel gesloten
Open bloedsomloop

Slide 4 - Diapositive

 gesloten  bloedsomloop
dubbel                           enkel
Hier is het bloed rood door hemoglobine.
Wat doet hemoglobine?

Slide 5 - Diapositive

vaatbundels met houtvaten en bastvaten
Houtvaten: water en mineralen van beneden naar boven (omHoog)
Bastvaten: water en glucose van boven naar Beneden.

Slide 6 - Diapositive

Hoe kan water omhoog stromen?
1: zuigktracht door de verdamping
     van water in de bladeren
2: worteldruk
3:capillaire werking
    in houtvaten

Slide 7 - Diapositive

Slide 8 - Vidéo

Op warme zomerse dag is er meer zuigkracht van de bladeren

Doordat de lucht warm is en de wind waait, verdampt het water vanuit het blad heel snel. (alsof je snel water uit een rietje zuigt) Hierdoor wordt het water vanuit de houtvaten ook sneller aangevuld.

De worteldruk en de capillaire werking veranderen niet

Slide 9 - Diapositive

Wat hoort er niet bij en waarom?
A
open bloedsomloop
B
Hemoglobine
C
Sprinkhaan
D
Tracheen

Slide 10 - Quiz

Wat hoort er niet bij en waarom?
open bloedsomloop
                         sprinkhaan
                                                hemoglobine
Bloed van insecten vervoert geen zuurstof en bevat daarom ook geen hemoglobine


Slide 11 - Diapositive

Wat hoort er niet bij en waarom?
A
dubbele bloedsomloop
B
kieuwen
C
gesloten bloedsomloop
D
vissen

Slide 12 - Quiz

Wat hoort er niet bij en waarom?
dubbele bloedsomloop
Vissen hebben een gesloten enkele bloedsomloop en kieuwen
                        gesloten bloedsomloop
                                                kieuwen
                                                       vissen

Slide 13 - Diapositive

Wat is nr 10?
A
houtvaten
B
vaatbundel
C
bastvaten

Slide 14 - Quiz

Waar zitten luizen op een blad
Tekst
Tekst
A
houtvaten
B
vaatbundel
C
bastvaten

Slide 15 - Quiz

Waar zitten luizen op?

Luizen hebben energierijk voedsel nodig, dus daarom zitten ze aan de onderkant. Hier lopen de bastvaten en die bevatte glucose en water. (houtvaten bevatten alleen mineralen en water en die leveren geen energie)

Slide 16 - Diapositive

13.4 Kou en hitte

Slide 17 - Diapositive

Leerdoelen Kou en hitte 13.4:
-Waardoor dieren tegen kou kunnen
-Waardoor dieren tegen warmte kunnen
-Waardoor een kleiner dier sneller afkoelt
-Hoe een koudbloedig dier leeft
-Hoe planten overleven bij droogte

Slide 18 - Diapositive

Begrippenlijst Kou en Hitte 13.4
-warmbloedig- en koudbloedige dieren
-winterrust en winterslaap
-lichaamsoppervlak en warmteverlies
-aanpassing bij planten(vetlaag,kleine oppervlakte, haren/stekels, aanpassing huidmondjes)

Slide 19 - Diapositive

warmbloedig 
Temperatuur redelijk constant
koudbloedig
Temperatuur zelfde als omgeving

Slide 20 - Diapositive

warmbloedig 
Temperatuur redelijk constant
koudbloedig
Temperatuur zelfde als omgeving

Slide 21 - Diapositive

Warmbloedig 
Manieren om af te koelen

* zomervacht/verenkleed/vetlaag
* warmte afgeven via bloed, huid
* lucht laten stromen
* hijgen

Slide 22 - Diapositive

Warmbloedig
Manieren om warm te blijven:

* isoleren: wintervacht/verenkleed/vetlaag
* klein oppervlak
* kou vermijden: winterslaap/winterrust, 
   

Slide 23 - Diapositive

Egel

Gaat in winterslaap
=
slaapt de hele winter door
Eekhoorn

Gaat in winterrust
=
wordt af en toe wakker, als het wat minder koud is in de winter

Slide 24 - Diapositive

Egels en eekhoorns verzamelen allebei een voorraad voedsel.
Waarom heeft de eekhoorn meer voedsel nodig?

Slide 25 - Question ouverte

Wat is niet waar over de winterslaap van de egel?
A
De lichaamstemperatuur stijgt.
B
De activiteit blijft hetzelfde
C
Het lichaamsgewicht neemt af.
D
De ademhaling en de hartslag dalen

Slide 26 - Quiz

Welk gevaar loopt een egel als de winter streng is en lang duurt?

Slide 27 - Question ouverte

0

Slide 28 - Vidéo

 koudbloedig dier
Koudbloedige dieren nemen de temperatuur van hun omgeving aan.

Lichaam opwarmen: in de zon liggen

Lichaam afkoelen: in de schaduw/in het water

Te koud: verbranding langzamer, bewegen trager

Slide 29 - Diapositive

0

Slide 30 - Vidéo

Hoe overleven planten droogte?
Woestijnplanten
Verdamping tegengaan
  • Vetlaagje rond de bladeren
  • klein oppervlakte
  • Kleine blaadjes met weinig huidmondjes (verzonken)
  • Behaarde bladeren of stekels
  • wortelrozet

Water opnemen en opslaan 
  • Lange wortels of breed vertakt en oppervlakkig
  • Water opslaan in de stengel

Slide 31 - Diapositive

0

Slide 32 - Vidéo

13.3 en 13.4 (huis)werk
Maken 13.3: opdr.3 t/m 8, 10, 12, 14, 20, 21

M 13.4: Opdr. 1, 2, 3, 4,  5c ,6, 7, 9, 10, 12,  14*, 15, 16 t/m 22

Slide 33 - Diapositive

Weet je het nog?

Slide 34 - Diapositive

Mensen zijn alleseters dus wij hebben?
A
Plooikiezen
B
Knipkiezen
C
Knobbelkiezen
D
Verstandskiezen

Slide 35 - Quiz

Wat verandert er in de energiebalans wanneer ik snel groei
A
U
B
B
C
T
D
P

Slide 36 - Quiz

Op een zomerse dag met veel wind neemt de plant meer water op dan normaal. Waardoor
A
Meer zuigkracht van de bladeren
B
Meer worteldruk
C
Meer capillaire werking
D
Geen van allen

Slide 37 - Quiz

Heeft een insect een open of een gesloten bloedsomloop?
A
open
B
gesloten

Slide 38 - Quiz

wat vervoert het bloed bij de vis
A
zuurstof
B
zuurstof en voedingsstoffen
C
voedingsstoffen en afvalstoffen
D
zuurstof, voedingsstoffen en afvalstoffen

Slide 39 - Quiz

Heeft een vis een open of een gesloten bloedsomloop
A
open
B
gesloten

Slide 40 - Quiz

Wat vervoeren de houtvaten?
A
water en mineralen
B
water en glucose
C
water en zuurstof
D
water

Slide 41 - Quiz

Hoe heet het onderdeel dat de voedingstoffen vervoerd in de plant?
A
vaatbuisjes
B
vaatbundels
C
haarvaten

Slide 42 - Quiz

Welke stelling is juist
A
kleine dieren koelen sneller af dan grote
B
grote dieren koelen sneller af dan kleine
C
klein of groot zegt niets over afkoelen

Slide 43 - Quiz

Bij de plant zit in de buitenring de
A
Houtvaten
B
Bastvaten

Slide 44 - Quiz