Samengestelde zinnen en meewerkend voorwerp

Talent 4.7 

Enkelvoudige en samengestelde zinnen
Meewerkend voorwerp

1 / 24
suivant
Slide 1: Diapositive
NederlandsMiddelbare schoolvwoLeerjaar 1,2

Cette leçon contient 24 diapositives, avec quiz interactifs et diapositives de texte.

time-iconLa durée de la leçon est: 50 min

Éléments de cette leçon

Talent 4.7 

Enkelvoudige en samengestelde zinnen
Meewerkend voorwerp

Slide 1 - Diapositive

Vandaag
  • Leerdoelen
  • herhaling ontleden in zinsdelen 
  • uitleg samengestelde zinnen
  • meewerkend voorwerp
  • huiswerk 

Slide 2 - Diapositive

Lesdoel
  • Je weet wat enkelvoudige en samengestelde zinnen zijn en hoe je ze herkent
  • Je weet hoe je het meewerkend voorwerp vindt.

Slide 3 - Diapositive

Waarom leren we de begrippen rondom grammatica en (werkwoord)spelling?

Slide 4 - Question ouverte

Wat is de persoonsvorm?
Door de najaarsstorm waaiden de pannen van het dak.

Slide 5 - Question ouverte

Wat is het onderwerp?
Door de najaarsstorm waaiden de pannen van het dak.

Slide 6 - Question ouverte

Wat is de persoonsvorm?
Wie van jullie is komen lopen?

Slide 7 - Question ouverte

Wat is het onderwerp?
Wie van jullie is komen lopen?

Slide 8 - Question ouverte

Wat is het gezegde?
De consumenten hebben Ikea uitgeroepen tot beste winkelketen van Nederland.

Slide 9 - Question ouverte

Werk samen: Benoem de persoonsvorm
Anja miste haar oude klasgenootjes een beetje, maar de nieuwe waren ook aardig.

Nu ik er langer over nadenk, vind ik het een geweldig idee!

Streven jullie ook naar een hoog cijfer of nemen jullie genoegen met een zesje?

Slide 10 - Diapositive

Samengestelde zin, dus ook meerdere persoonsvormen!
Anja miste haar oude klasgenootjes een beetje, maar de nieuwe waren ook aardig.

Nu ik er langer over nadenk, vind ik het een geweldig idee!

Streven jullie ook naar een hoog cijfer of nemen jullie genoegen met een zesje?

Slide 11 - Diapositive

Waaraan kun je nog meer zien dat er sprake is van een samengestelde zin?
Anja miste haar oude klasgenootjes een beetje, maar de nieuwe waren ook aardig.

Nu ik er langer over nadenk, vind ik het een geweldig idee!

Streven jullie ook naar een hoog cijfer of nemen jullie genoegen met een zesje?

Slide 12 - Diapositive

Aan de voegwoorden/signaalwoorden!
Anja miste haar oude klasgenootjes een beetje, maar de nieuwe waren ook aardig.

Nu ik er langer over nadenk, vind ik het een geweldig idee!

Streven jullie ook naar een hoog cijfer of nemen jullie genoegen met een zesje?

Slide 13 - Diapositive

 3 minuten adempauze...
Zodadelijk: meewerkend voorwerp

Slide 14 - Diapositive

Verdeel de volgende zin in zinsdelen en benoem de onderdelen:

Ik heb veel water gegeven aan mijn planten.

Slide 15 - Question ouverte

degene die / datgene dat iets ontvangt, is dus het meewerkend voorwerp!

Ik | heb | veel water | gegeven | aan mijn planten.


Slide 16 - Diapositive

Het meewerkend voorwerp

Slide 17 - Diapositive

Mijn broer timmert zijn eigen tafel
Ik zag jou.
De zorg biedt nu extra hulp aan ouderen
Heeft hij hun een brief geschreven?
Lijdend voorwerp
Meewerkend voorwerp
Lijdend voorwerp
Meewerkend voorwerp

Slide 18 - Question de remorquage

Ik help hem.
Ik zie haar.
Wij geven jullie iets.
Heb je hun geschreven?
Lijdend voorwerp
Meewerkend voorwerp
Lijdend voorwerp
Meewerkend voorwerp

Slide 19 - Question de remorquage

Moeder kookte een heerlijke maaltijd.
Ik zie haar.
Wij geven jullie een bos bloemen.
Heb je hun geschreven?
Lijdend voorwerp
Meewerkend voorwerp
Lijdend voorwerp
Meewerkend voorwerp

Slide 20 - Question de remorquage

meewerkend voorwerp

Slide 21 - Diapositive

Jan gaf de toets aan de leraar.

Wat is 'aan de leraar'?
A
gezegde
B
lijdend voorwerp
C
onderwerp
D
meewerkend voorwerp

Slide 22 - Quiz

Jan gaf de toets aan de leraar.

Wat is 'de toets'?
A
meewerkend voorwerp
B
lijdend voorwerp
C
onderwerp
D
meewerkend voorwerp

Slide 23 - Quiz

Huiswerk
4.7 
opdracht 1 t/m 11

Niet: opdracht 8

Slide 24 - Diapositive