11.3 11.4 11.5 de ogen -

BS 3 De ogen
Practica: 
 3  BS 1 reactie test     blz. 230
 4  BS 2 tastknopjes   blz. 231
 8  BS 3 en 4 blinde vlek  blz. 234
10 BS 6  richting van het geluid
                      blz. 237


1 / 26
suivant
Slide 1: Diapositive
BiologieMiddelbare schoolvmbo g, t, mavoLeerjaar 4

Cette leçon contient 26 diapositives, avec diapositives de texte et 3 vidéos.

time-iconLa durée de la leçon est: 30 min

Éléments de cette leçon

BS 3 De ogen
Practica: 
 3  BS 1 reactie test     blz. 230
 4  BS 2 tastknopjes   blz. 231
 8  BS 3 en 4 blinde vlek  blz. 234
10 BS 6  richting van het geluid
                      blz. 237


Slide 1 - Diapositive

Geef deze les vanuit de context van eten. Welk eten vinden de leerlingen lekker en wat is allemaal van planten gemaakt.
'
doel is vooral dat leerlingen snappen dat planten: vetten, koolhydraten, en eiwitten maken d.m.v. glucose.
Wat weet je al?
  • Je knippert elke dag ongeveer 10.000x
  • Mensen met lichte ogen knipperen vaker dan mensen met bruine ogen
  • Wimpers houden stof en vuil tegen
  • Niezen met ogen open is onmogelijk (reflex!)
  • Met het linkeroog gesloten kan je niet over je linkerschouder kijken
  • Tranen bezitten bacteriedodende enzymen

Slide 2 - Diapositive

Vul voor jezelf aan
Substraat: is wat wordt omgezet/verwerkt in een enzym
Active centrum: waar substraat bind met enzym
reactieproduct: wat uit de reactie komt
0

Slide 3 - Vidéo

Cet élément n'a pas d'instructions

Ligging
Je ogen liggen goed beschermd in de oogkassen. 
Aan het oog zitten verschillende oogspieren, zodat je het oog in allerlei richtingen kunt draaien.

Slide 4 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Wimpers:
haren aan de oogleden, die je ogen tegen stof en zweet beschermen.
Wenkbrauw:
haren boven je ogen, die je ogen tegen stof en zweet beschermen.
Traanklier:
een klier boven je oog, maakt traanvocht dat je ogen tegen uitdrogen beschermt en het stof wegspoelt.
Oogspier:
je oogbollen zitten met spieren vast aan de oogkassen, dankzij de oogspieren kunnen je ogen alle kanten op draaien/bewegen.
Pupil:
opening in de iris, wordt bij weinig licht groter en bij veel licht kleiner.
Iris:
gekleurde deel van het vaatvlies.
Harde oogvlies & oogwit:
ligt om de iris heen, is het deel van het harde oogvlies wat je kunt zien.
Oogleden:
verspreiden traanvocht over je ogen en beschermen je ogen tegen stof en zweet.
Traanbuis:
hierdoor stroomt traanvocht met vuil vanuit je ogen naar je neus.
Tip: kijk in je boek op blz. 118

Slide 5 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Buitenkant oog

Slide 6 - Diapositive

Vul voor jezelf aan
Substraat: is wat wordt omgezet/verwerkt in een enzym
Active centrum: waar substraat bind met enzym
reactieproduct: wat uit de reactie komt
Onderdelen van het oog
Harry Potter Leeft Gelukkig Nog

Slide 7 - Diapositive

Vul voor jezelf aan
Substraat: is wat wordt omgezet/verwerkt in een enzym
Active centrum: waar substraat bind met enzym
reactieproduct: wat uit de reactie komt
Binnen in het oog

Slide 8 - Diapositive

Vul voor jezelf aan
Substraat: is wat wordt omgezet/verwerkt in een enzym
Active centrum: waar substraat bind met enzym
reactieproduct: wat uit de reactie komt
Basisstof 3, blz. 196: Doorsnede van het oog
Het glasachtig lichaam houdt het oog in vorm.

Slide 9 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Aan de slag!
Maak van basisstof 3 opdracht 1, 2,3,5,7 (blz. 197)


Slide 10 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Kleuren zien  BS 5

Slide 11 - Diapositive

Vul voor jezelf aan
Substraat: is wat wordt omgezet/verwerkt in een enzym
Active centrum: waar substraat bind met enzym
reactieproduct: wat uit de reactie komt
Kleuren zien   BS 5

Slide 12 - Diapositive

Vul voor jezelf aan
Substraat: is wat wordt omgezet/verwerkt in een enzym
Active centrum: waar substraat bind met enzym
reactieproduct: wat uit de reactie komt
Kleurenblindheid

Slide 13 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Kleurenblind

Slide 14 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Blinde vlek  (practica 8)

Slide 15 - Diapositive

Vul voor jezelf aan
Substraat: is wat wordt omgezet/verwerkt in een enzym
Active centrum: waar substraat bind met enzym
reactieproduct: wat uit de reactie komt
 Pupilreflex / accomoderen   BS 4

Slide 16 - Diapositive

Vul voor jezelf aan
Substraat: is wat wordt omgezet/verwerkt in een enzym
Active centrum: waar substraat bind met enzym
reactieproduct: wat uit de reactie komt

Slide 17 - Vidéo

Cet élément n'a pas d'instructions

Pupil reflex

Slide 18 - Diapositive

Vul voor jezelf aan
Substraat: is wat wordt omgezet/verwerkt in een enzym
Active centrum: waar substraat bind met enzym
reactieproduct: wat uit de reactie komt
Pupil reflex

Slide 19 - Diapositive

Vul voor jezelf aan
Substraat: is wat wordt omgezet/verwerkt in een enzym
Active centrum: waar substraat bind met enzym
reactieproduct: wat uit de reactie komt
Accomoderen

Slide 20 - Diapositive

Vul voor jezelf aan
Substraat: is wat wordt omgezet/verwerkt in een enzym
Active centrum: waar substraat bind met enzym
reactieproduct: wat uit de reactie komt
Accomoderen

Slide 21 - Diapositive

Vul voor jezelf aan
Substraat: is wat wordt omgezet/verwerkt in een enzym
Active centrum: waar substraat bind met enzym
reactieproduct: wat uit de reactie komt
Accomoderen

Slide 22 - Diapositive

Vul voor jezelf aan
Substraat: is wat wordt omgezet/verwerkt in een enzym
Active centrum: waar substraat bind met enzym
reactieproduct: wat uit de reactie komt
Verziend, bijziend en staar

Slide 23 - Diapositive

Vul voor jezelf aan
Substraat: is wat wordt omgezet/verwerkt in een enzym
Active centrum: waar substraat bind met enzym
reactieproduct: wat uit de reactie komt
Verziend, bijziend en staar

Slide 24 - Diapositive

Vul voor jezelf aan
Substraat: is wat wordt omgezet/verwerkt in een enzym
Active centrum: waar substraat bind met enzym
reactieproduct: wat uit de reactie komt

Slide 25 - Vidéo

Cet élément n'a pas d'instructions

Aan de slag!
Maak van basisstof 5 opdracht 1 t/m 7 (blz. 210)


Slide 26 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions