3Hf - stijlfiguren I - herhaling en door (Kern paragraaf 5)

3Hf 
Stijlfiguren I 
1 / 28
suivant
Slide 1: Diapositive
NederlandsMiddelbare schoolhavoLeerjaar 3

Cette leçon contient 28 diapositives, avec quiz interactifs, diapositives de texte et 4 vidéos.

time-iconLa durée de la leçon est: 60 min

Éléments de cette leçon

3Hf 
Stijlfiguren I 

Slide 1 - Diapositive

Slide 2 - Diapositive

Vandaag - to do 
lezen + uitleg opdracht van boek 2 (15 min) 
nakijken opdracht 1-2-4, pagina 23 (15 min) 
aantekening groep 2 - Overdrijvingen en nuanceringen (20 min)
maken opdracht 5-6-7, pagina 24-25 (15 min) 
aantekening groep 3 - Tegenstellingen en ontkenningen (10 min) 
HUISWERK maken opdracht 1-2-3-5, pagina 27 (10 min) 


Slide 3 - Diapositive

Slide 4 - Diapositive

Slide 5 - Vidéo

Aantekening groep 2 
Overdrijvingen en nuanceringen 
- reorganisatie 
- Hij zit tussen twee banen. 
- Piet is interieurverzorger.
- Op het traject Tilburg-Rotterdam is sprake van extra reistijd. 
- heengaan, de grote reis aanvaarden 



Slide 6 - Diapositive

vervolg aantekening 
Eufemisme 
Een eufemisme is een verzachtende, verbloemende of verhullende uitdrukking die gebruikt wordt in de plaats van iets wat als ruw of kwetsend gevoeld wordt, voor iets wat als een taboe gezien wordt of voor iets wat met een negatieve gevoelswaarde verbonden is.

Slide 7 - Diapositive

vervolg aantekening 
- Ze weende een zee van tranen.
- De regen viel met bakken uit de lucht.
- Ik heb een eeuw staan wachten.
- Ik ben in een seconde terug.
- Ik heb me doodgelachen.
- Ik sterf van de honger.

Slide 8 - Diapositive

vervolg aantekening 
Hyperbool 
Iets wordt opzettelijk in grote mate overdreven. Het beoogde effect is versterkend en vaak ironisch of komisch. Door veelvuldig gebruik kan een hyperbool uitgroeien tot een vaste combinatie, of zelfs afslijten tot een cliché.

Slide 9 - Diapositive

Slide 10 - Vidéo

vervolg aantekening 
- Leuk stulpje hebt u hier, hoogheid.
- Einstein wist wel het een en ander van natuurkunde.
- Bill Gates heeft een aardig zakcentje verdiend met zijn computers.

Understatement: iets wordt op een spottende manier verkleind of verzwakt. Het verschil met het eufemisme zit hem in de spot.


Slide 11 - Diapositive

Slide 12 - Diapositive

lezen pagina 26 - 5 min 
Antithese / tegenstelling 
Paradox
Litotes 
Retorische vraag
chiasme / kruisstelling 
Zoek bij iedere stijlfiguur 2 voorbeelden en noteer die als aantekening in je schrift. 

Slide 13 - Diapositive

Noteer een voorbeeld van een paradox

Slide 14 - Carte mentale

Noteer een voorbeeld van een chiasme

Slide 15 - Carte mentale

Huiswerk voor woensdag 
maken opdracht 5-6-7 van pagina 24-25 + 1-2-3-5 van pagina 27

Slide 16 - Diapositive

Dictee 
Noteer de woorden achter elkaar in je schrift. 

Slide 17 - Diapositive

3Hf - woensdag 1 februari 2023

Slide 18 - Diapositive

Vandaag 
- fragment bekijken - 10 min
- lezen in leesboek - 15 min
- leerdoelen behorend bij wat we doen - 10 min
- huiswerk-check - 20 min 
- zelfstandig aan de slag - 20 min
- dictee - 5 min 
- fragment - 10 min


Slide 19 - Diapositive

Slide 20 - Vidéo

Slide 21 - Lien

Welke leerdoelen horen bij Taalverzorging / stijlfiguren?

Slide 22 - Question ouverte

Wat zijn stijlfiguren?

Slide 23 - Question ouverte

Welk effect heeft het gebruik van stijlfiguren in een tekst?

Slide 24 - Question ouverte

Leerdoelen
- Ik weet wat stijlfiguren zijn; R
- Ik kan stijlfiguren in een tekst herkennen en benoemen; T1
- Ik kan uitleggen welk effect het gebruik van stijlfiguren heeft in een tekst; T2 
- Ik kan zelf passende stijlfiguren in een tekst gebruiken. I

Slide 25 - Diapositive

huiswerk-check
opdrachten 5-6-7 van pagina 24+25
opdrachten 1 en 2 van pagina 27

Slide 26 - Diapositive

zelfstandig aan de slag - 20 min.
3 en 5 pagina 27
6, 7, 9 en 10 van pagina 28-29
lezen theorie van tegenstellingen en ontkenningen en spot
-----------------------------------------------------------------------
https://youtu.be/H9y1uWpCspg - extra uitleg 
https://www.cambiumned.nl/theorie/stijl/stijlfiguren/tegenstelling-paradox-ironie-en-retorische-vraag/ - extra uitleg 

Slide 27 - Diapositive

Slide 28 - Vidéo