OZT6 Techniek Voet

• Verpleegkunde Technische stroom
• HBO
• Studiejaar 3

Wat zie je hier?

Wat is de naam van dit instrument?

Voor het uitvoeren van een meniscectomie gebruik je eerder een paktang ipv een duckbill.

1

2

1. Waar
2. Niet waar

De orthopeed begint met de inspectie van de knie in de .....

1. Intercondyllaire ruimte
2. Patellofemorale ruimte
3. Laterale zijde van de knie
4. Mediale zijde van de knie

Het sterretje op de afbeelding geeft ...... aan

1. Tibiaplateau
2. Femur
3. Meniscus
4. Kruisband

Leerdoelen:

• Benoemen welke algemene werkwijzen er zijn voor voetoperaties als het gaat om positionering, desinfectie, afdekken en verbinden
  
• Beschrijven welke verschillende afwijkingen van de tenen er zijn en wat de oorzaak hiervan is (hallux valgus, hallux rigidus, digitus malleus, digitus flexus en mortons neuroom)
  
• In relatie tot de hierboven beschreven teenaandoeningen beschrijven en tekenen van de specifieke bijbehorende operatietechnieken
  
• Beschrijven en tekenen van verschillende orthopedische basistechnieken: verwijderen osteofyten, bunionectomie, osteotomie, decapitatie, resectie-arthroplastiek, arthrodese
  
• Beredeneren welke apparatuur en instrumenten in de basis worden gebruikt voor voetoperaties
  
• Vertellen wat de verschillende voetoperaties inhouden
  
• Verwoorden wat de indicatie is en operatieverloop is van de verschillende voetoperaties
  
• Beschrijven welke technieken er gebruikt worden voor een arthrodese
  
• Wat de indicatie is voor een arthrodese
  
• Beschrijven wat de per- en postoperatieve complicaties zijn van de verschillende voetoperaties. 

Positionering, desinfectie, afdekken & verbinden

Welke 5 apparaten worden gebruikt bij teencorrecties?

Noteer specifiek instrumentarium voor teencorrecties.

Wat is wat?

Bunionectomie

Verwijderen osteofyten

Resectie-arthroplastiek

Arthrodese

Decapitatie

Osteotomie

Wat is een .....

Hallux valgus?

Digitus flexus?

Mortons neuroom?

Akin

MTP1 artrodese

Scarf

Chevron

Resectie artrodese

Hallux valgus

Hallux rigidus

Digitus malleus

Digitus flexus

Kirschnerdraad

Leerdoelen:

• Benoemen welke algemene werkwijzen er zijn voor voetoperaties als het gaat om positionering, desinfectie, afdekken en verbinden
  
• Beschrijven welke verschillende afwijkingen van de tenen er zijn en wat de oorzaak hiervan is (hallux valgus, hallux rigidus, digitus malleus, digitus flexus en mortons neuroom)
  
• In relatie tot de hierboven beschreven teenaandoeningen beschrijven en tekenen van de specifieke bijbehorende operatietechnieken
  
• Beschrijven en tekenen van verschillende orthopedische basistechnieken: verwijderen osteofyten, bunionectomie, osteotomie, decapitatie, resectie-arthroplastiek, arthrodese
  
• Beredeneren welke apparatuur en instrumenten in de basis worden gebruikt voor voetoperaties
  
• Vertellen wat de verschillende voetoperaties inhouden
  
• Verwoorden wat de indicatie is en operatieverloop is van de verschillende voetoperaties
  
• Beschrijven welke technieken er gebruikt worden voor een arthrodese
  
• Wat de indicatie is voor een arthrodese
  
• Beschrijven wat de per- en postoperatieve complicaties zijn van de verschillende voetoperaties.