12 oktober stijlfiguren les 6

12 oktober 3 havo
lezen
journaal
even herhalen: stijlfiguren
de drie laatste stijlfiguren 'spot' : ironie - cynisme - sarcasme
opdrachten maken blz. 27 t/m blz. 29

1 / 38
suivant
Slide 1: Diapositive
NederlandsMiddelbare schoolhavoLeerjaar 3

Cette leçon contient 38 diapositives, avec quiz interactifs, diapositives de texte et 4 vidéos.

time-iconLa durée de la leçon est: 40 min

Éléments de cette leçon

12 oktober 3 havo
lezen
journaal
even herhalen: stijlfiguren
de drie laatste stijlfiguren 'spot' : ironie - cynisme - sarcasme
opdrachten maken blz. 27 t/m blz. 29

Slide 1 - Diapositive

Slide 2 - Diapositive

Slide 3 - Diapositive

Slide 4 - Diapositive

Slide 5 - Diapositive

Slide 6 - Diapositive

Slide 7 - Diapositive

Slide 8 - Diapositive

Slide 9 - Diapositive

Slide 10 - Diapositive

Slide 11 - Diapositive

Slide 12 - Diapositive

tegenstellingen en ontkenningen
chiasme:
Een chiasme is een stijlvorm waarbij twee woorden in een omgekeerde volgorde worden herhaald. 
Die twee woorden kunnen zowel identieke als verwante woorden zijn. 
Een ander woord voor chiasme is ook wel een kruisstelling of chiasma. Het woord komt van de Griekse letter CHI, die wij kennen als de hoofdletter X. Zet een X of een kruis tussen twee regels en je ziet dat de omkeringen met elkaar zijn verbonden.

Slide 13 - Diapositive

Slide 14 - Diapositive

ABBA

Slide 15 - Diapositive

Voorbeelden
  • De eersten zullen de laatsten zijn, en de laatsten zullen de eersten zijn.
  • Leef je om te werken, of werk je om te leven?
  • Dames en heren, jongens en meisjes
  • “Doe meer samen. Samen bereik je meer”.

Slide 16 - Diapositive

Slide 17 - Diapositive

Slide 18 - Vidéo

Slide 19 - Diapositive

Slide 20 - Diapositive

Slide 21 - Diapositive

Slide 22 - Diapositive

Slide 23 - Diapositive

Slide 24 - Vidéo

Slide 25 - Vidéo

Slide 26 - Vidéo

Slide 27 - Diapositive

Slide 28 - Diapositive

Slide 29 - Diapositive

"Voetballen is simpel, maar het moeilijkste wat er is, is simpel voetballen" 

citaat Johan Cruijff

Slide 30 - Diapositive

Het lijkt me geen slecht idee om die stijlfiguren goed te oefenen.
A
understatement
B
eufemisme
C
litotes
D
woordspeling

Slide 31 - Quiz

Welke van de onderstaande stijlfiguren is een hyperbool?
A
'nat water'
B
'brullende motor'
C
'vlug sjokken'
D
'eeuwen op iemand wachten'

Slide 32 - Quiz

"Ik kwam, ik zag, ik overwon." - Julius Caesar. Dit is een:
A
anafoor
B
metafoor
C
herbivoor
D
polyfoor

Slide 33 - Quiz

Wat ben jij een miezerig, vervelend, irritant, misselijk ventje
A
tricolon
B
anticlimax
C
climax
D
repetitio

Slide 34 - Quiz

Het was een groots cadeau, nou ja, een groot cadeau, nou ja, een aardig cadeautje
A
tricolon
B
climax
C
anticlimax
D
repetitio

Slide 35 - Quiz


helemaal gehad
A
overdrijving (hyperbool)
B
understatement
C
eufemisme

Slide 36 - Quiz


wat kost
A
overdrijving (hyperbool)
B
understatement
C
eufemisme

Slide 37 - Quiz


bekenden
A
overdrijving (hyperbool)
B
understatement
C
eufemisme

Slide 38 - Quiz