blok 4 week 2 les 2

in welke tijd staat de zin
Iris blaast op
A
vt
B
tt
C
vd
1 / 20
suivant
Slide 1: Quiz
SpellingBasisschoolGroep 8

Cette leçon contient 20 diapositives, avec quiz interactifs.

time-iconLa durée de la leçon est: 15 min

Éléments de cette leçon

in welke tijd staat de zin
Iris blaast op
A
vt
B
tt
C
vd

Slide 1 - Quiz

opblazen
v.t. Iris...........

Slide 2 - Question ouverte

opblazen
v.d. Iris .............

Slide 3 - Question ouverte

In welke tijd staat de zin
Hij stort
A
vt
B
tt
C
vd

Slide 4 - Quiz

storten
v.t.

Slide 5 - Question ouverte

storten
v.d. hij........

Slide 6 - Question ouverte

in welke tijd staat de zin:
de vogel aasde
A
tt
B
vt
C
vd

Slide 7 - Quiz

azen
t.t. de vogel.......

Slide 8 - Question ouverte

azen
vd de vogel............

Slide 9 - Question ouverte

verbranden
t.t. ik..........

Slide 10 - Question ouverte

verbranden
vt ik...........

Slide 11 - Question ouverte

verbranden
v.d. ik....(met werkwoord zijn)

Slide 12 - Question ouverte

verslinden
t.t. Hij..........het mooie boek

Slide 13 - Question ouverte

worden
t.t. ...........het bericht verzonden?

Slide 14 - Question ouverte

versturen
v.t. Gisteren ...........de zendmast het geluid.

Slide 15 - Question ouverte

ontvangen
v.t. Afgelopen weekend.........mijn ouders de nieuwe laptop.

Slide 16 - Question ouverte

zweven
v.d. Zij hebben...........

Slide 17 - Question ouverte

krijgen
v.d. Het debat heeft veel media-aandacht..........

Slide 18 - Question ouverte

maken
b.n. Het........proefwerk

Slide 19 - Question ouverte

verbreden
b.n. De.......weg

Slide 20 - Question ouverte