Congruentie en losstaand zinsgedeelte

• Nederlands
• Middelbare school
• havo
• Leerjaar 3

Congruentie en losstaand zinsgedeelte

Leerdoelen 

Aan het eind van de les weet je (weer): 

- wat de regels voor congruentie zijn en kun je deze toepassen

- herken je een losstaand zinsgedeelte en zorg je ervoor dat je volledige zinnen schrijft.

Even de theorie ophalen

Wat betekende ook alweer congruentie in een zin?

Het onderwerp en de persoonsvorm moeten gelijk van getal zijn:

De fiets staat op slot

De fietsen staan op slot 

Verbeter de volgende zin:
Een aantal reizigers hebben een ticket gekocht.

Verbeter de volgende zin:
Een kopie van de notulen worden u zo spoedig mogelijk toegestuurd.

Auto's met een caravan worden geadviseerd om een andere route te nemen.

Minstens de helft van de ondervraagden bleken eenzelfde klacht te hebben.

Een paar leren dameslaarzen kosten al snel 50 euro.

De meerderheid van de kiezers waren erg boos over dit plan.

Wanneer zal de Verenigde Staten het verdrag ondertekenen?

Regel

Het kernwoord van het onderwerp bepaalt of je met enkelvoud of meervoud te maken hebt. 

Vaak is dat het eerste zelfstandig naamwoord.

Zinnen begrenzen

• Een mededelende zin begint met een hoofdletter en eindigt met een punt. 
• Een vragende zin eindigt op een vraagteken.

Het begrenzen gaat op twee (eigenlijk: drie) manieren fout:

1. Bijzinnen staan los in de tekst, terwijl ze zinsdeel in een zin (moeten) zijn.

Op het schoolkamp sneden de leerlingen de ham, de uien en de paprika's. Terwijl hun docent in de pannen de macaroni kookte.

1. Bijzinnen staan los in de tekst, terwijl ze zinsdeel in een zin (moeten) zijn.

Op het schoolkamp sneden de leerlingen de ham, de uien en de paprika's, terwijl hun docent in de pannen de macaroni kookte.

Op het schoolkamp sneden de leerlingen de ham, de uien en de paprika's. Op dat moment kookte hun docent in de pannen de macaroni. 

2. Twee zelfstandige zinnen worden aaneengeregen met komma's. 

kommamisbruik

Jaarlijks trekken veel Nederlandse vakantiegangers naar het buitenland, velen van hen gaan kamperen in Frankrijk, zij verblijven liever in een caravan of tent dan in een hotel.  

2. Twee zelfstandige zinnen worden aaneengeregen met komma's. 

Jaarlijks trekken veel Nederlandse vakantiegangers naar het buitenland. Velen van hen gaan kamperen in Frankrijk. Zij verblijven liever in een caravan of tent dan in een hotel.  

3. De hoofdzin start met een nevenschikkend voegwoord

Liever niet dus! 

Hij verraste haar voor haar verjaardag met een weekendje weg. Dus zij was weer helemaal hoteldebotel op hem. 

3. De hoofdzin start met een nevenschikkend voegwoord

Hij verraste haar voor haar verjaardag met een weekendje weg, dus zij was weer helemaal hoteldebotel op hem. 

Verbeter de zin:
Ik was moe. Dus ik ging slapen.

Verbeter de zin:
Ik heb de eendjes gevoerd. Toen ik in het park liep.

Verbeter de zin:
Ik kwam te laat op mijn werk. Omdat de brug dicht was.

Verbeter de zin:
Ik hoef niet na te blijven. Als ik op tijd kom.

Verbeter de zin:
Hij gaat niet naar buiten. Omdat het regent

Verbeter de zin:
Je moet je jas aan. Omdat je anders kou vat.

Verbeter de zin:
Ik heb een onvoldoende gehaald. Waardoor ik nu een vijf gemiddeld sta.

Dit kan ook

Ik heb een onvoldoende gehaald. Daardoor sta ik nu een vijf gemiddeld. 

Verbeter de zin: Ik heb deze periode hard gewerkt. Waardoor ik goed ben voorbereid op mijn toetsen.

Verbeter de zin:
Het geeft niet als het moeilijk is. Want ik kan er veel van leren.

Verbeter de zin: De bakker heeft zijn werk goed gedaan. Zoals het hoort.

Verbeter de zin: Dit soort fouten worden nogal eens door leerlingen gemaakt. Omdat ze te snel schrijven.