Laatste les 5V

Laatste oefening 5 vwo
1 / 28
suivant
Slide 1: Diapositive
MaatschappijwetenschappenMiddelbare schoolvwoLeerjaar 6

Cette leçon contient 28 diapositives, avec quiz interactifs et diapositives de texte.

time-iconLa durée de la leçon est: 90 min

Éléments de cette leçon

Laatste oefening 5 vwo

Slide 1 - Diapositive

Doelen laatste les
  1. Je kunt de ICE-regel goed toepassen
  2. Je herkent signalen (sleutels) in teksten
  3. Je weet hoe je de definities van de hoofd- en kernconcepten moet inzetten (zie signalen).
  4. Paradigma's zijn wat duidelijker

Slide 2 - Diapositive

Toetsstof
- Hoofd- en kernconcepten
- Hoofdstuk 1 t/m 9
  •  Alle dikgedrukte begrippen
  • Alle rijtjes (bv. de 4 machtsbronnen)

Slide 3 - Diapositive

Noem de 4 machtsbronnen

Slide 4 - Question ouverte

Waar kan je uit leren?
Werkboek:
Stappenplan vragen beantwoorden: ICE !! blz. 5 en 6

Tekstboek H1 - H9
Boekje kernconcepten
Lesson Up (inloggen via klas -> Lesson-ups H1 - H9)

Slide 5 - Diapositive

ICE
  • Introduce (I)
  • Context (C)
  • Explain (E)

Slide 6 - Diapositive

Aandachtspunten
  • Start met een deel van de vraag herhalen (niet hele vraag, alleen dat deel wat belangrijk is voor start antwoord)
  • Voorbeeld
  • Leg uit op welke manier je gezag terugziet in tekst 4.
  • Antwoord: Gezag is macht die als legitiem wordt beschouwd. (I) Je ziet dit gezag terug in tekst 4 bij...

Slide 7 - Diapositive

Aandachtspunten
  • Let op de Introductie van een begrip (wat betekent het), dus niet alleen het begrip zelf.
  • Bij hoofd- of kernconcept: gebruik (deel) definitie. Bij ander belangrijk begrip: definitie/duidelijke omschrijving.
  • Gebruik de bron: Context (citaat/concrete verwijzing)
  • Explain: Puntje inkoppen:koppel (deel) introductie-> context

Slide 8 - Diapositive

Slide 9 - Diapositive

Slide 10 - Diapositive

Slide 11 - Diapositive

Aandachtspunten: concreet
- Vaktaal gebruiken
--> i.p.v. dingen -> actoren/bindingen/machtsbronnen,
- Specifieke woorden:
--> i.p.v mensen/zij ->  politici/de Oekraïners/mensen met minder macht .
--> i.p.v. dat/die -> de materiële aspecten/de voorstellingen/het verband


Slide 12 - Diapositive

Aandachtspunten: citaat
- Gebruik een citaat als bewijsstuk in de rechtszaal. Dat bewijsstuk zegt alleen wat als de officier/advocaat een goede uitleg daarbij geeft. Voorbeeld:
Een kenmerk van een falende staat is wanneer een overheid de interne rechtsorde niet meer kan handhaven.
In bron 2 staat "De overheid heeft ... totaal uitgevallen is." (r. 4-7). In dit citaat zie je dat de Indiase overheid geen grip meer heeft op het geweld tegen de Dalits. Ze heeft het geweldsmonopolie niet meer, en kan dus de interne rechtsorde niet meer handhaven. Daaruit  kan je afleiden dat dit een falende staat is

Slide 13 - Diapositive

Gebruik van kernconcepten
Zoek de sleutel in de definitie

Een cultuur is “het geheel van voorstellingen, uitdrukkingsvormen, opvattingen, waarden en normen die
mensen als lid van een groep of samenleving hebben verworven”.

Slide 14 - Diapositive

Sleutel? -> Zoek voorbeeld (of 2)
  • voorstelling: beeld/idee/verhaal over een gebeurtenis/land
  • uitdrukkingsvorm: symbolen
  • opvatting:  idee/mening, wat je vindt over iets (goed/slecht)
  • waarde:  ideaal/uitgangspunt (bv. vrijheid)
  • norm: gedragsregel (hoort bij waarden)
  • lid van een groep of samenleving: subcultuur (bv. rockers)
  • verworven: aangeleerd

Slide 15 - Diapositive

Lees alinea VIII: Op welke manier herken je cultuur in deze alinea?

Slide 16 - Question ouverte

Een nieuw kernconcept
Zoek de sleutel in de definitie

Sociale ongelijkheid is “een situatie waarin verschillen tussen mensen, in al dan niet aangeboren kenmerken, consequenties hebben voor hun maatschappelijke positie en leiden tot een ongelijke verdeling van schaarse en hooggewaardeerde zaken, van waardering en behandeling."

Slide 17 - Diapositive

Sleutel: Slim voorbeeld (of 2)
  • Verschillen tussen mensen
  • al dan niet aangeboren kenmerk
  • consequenties voor maatschappelijke positie
  • ongelijke verdeling schaarse/hooggewaardeerde goederen
  • waardering
  • behandeling
    Denk juist aan MAW-typische voorbeelden

Slide 18 - Diapositive

Lees alinea XVI: Op welke manier herken je sociale ongelijkheid in deze alinea?

Slide 19 - Question ouverte

Lees alinea II/III: Hoe herken je groepsvorming in deze alinea?

Slide 20 - Question ouverte

Paradigma's
  • Rationele actor paradigma:
Actoren stellen eigenbelang voorop (welbegrepen?)
Nutsmaximalisatie -> voordelen vergroten / nadelen verkleinen
afweging baten vs. voordelen -> kiezen gunstigste uitkomst
Rationeel (homo economicus)

Slide 21 - Diapositive

Paradigma's
  • Sociaal constructivisme paradigma (MEDIA)
Gedrag mensen bepaald door hoe ze de werkelijkheid zien (Thomas-theorema)
Socialisatie (interactie) zorgt voor deze blik op de werkelijkheid
Mensen kijken allen anders naar concepten -> constructen in eigen sociale werkelijkheid. Ze construeren de werkelijkheid (Nederlanders zijn spaarzaam/ gierig/arrogant/brutaal/goede boeren) en passen gedrag aan aan

Slide 22 - Diapositive

Paradigma's
  • Functionalisme
Samenleving is een geheel. Alle actoren (subsystemen) hebben hun eigen functie. Deze functies zijn verschillend en noodzakelijk.
Rijk en arm -> eigen functie. Dus sociale verschillen zijn nuttig.
Verandering (democratisering bv) zorgt voor verstoring -> instabiliteit.
Dat is niet wenselijk, stabiliteit is doelstelling.

Slide 23 - Diapositive

Paradigma's
Conflict paradigma
Ongelijkheid (in macht en bezit) is de motor van de samenleving (noodzaak)
Want: conflicten leiden tot noodzakelijke veranderingen (democratisering)
Dominante cultuur = elitecultuur -> moet worden veranderd


Slide 24 - Diapositive

Gebruik concepten bij lezen
Check bij het lezen of je al hoofd- of kernconcepten tegenkomt.
Als je ze goed kent, kan je ook al de sleutel vinden (het juiste deel van een kernconcept om een vraag te beantwoorden).

Zo lees je gericht (je kunt voorbeelden van concepten of gevonden sleutels alvast markeren)

Slide 25 - Diapositive

Doelen laatste les
  1. Je kunt de ICE-regel goed toepassen
  2. Je herkent signalen (sleutels) in teksten
  3. Je weet hoe je de definities van de hoofd- en kernconcepten moet inzetten (zie signalen).
  4. Paradigma's zijn wat duidelijker

Slide 26 - Diapositive

 Boa’s niet bevoegd geweld te gebruiken
Vorige week woensdag stuurde de inspectie voor de tweede keer een kritische brief naar de staatssecretaris van justitie en veiligheid Eric van der Burg. Eerder concludeerde ze dat veilige leefomstandigheden op de COA-locatie voor asielzoekers onder druk staan. Een klacht indienen is lastig voor de bewoners, omdat een onafhankelijke klachtencommissie ontbreekt. De buitengewoon opsporingsambtenaren (boa’s) die op de locatie werken zijn ook niet bevoegd geweld te gebruiken bij het handhaven van de huisregels.

Slide 27 - Diapositive

Zoek bij elk gekleurd begrip passend kernconcept. Leg bij 3 begrippen uit waarom dit bij elkaar past m.b.v de ICE regel.
Boa’s niet bevoegd geweld te gebruiken
Vorige week woensdag stuurde de inspectie voor de tweede keer een kritische brief naar de staatssecretaris van justitie en veiligheid Eric van der Burg. Eerder concludeerde ze dat veilige leefomstandigheden op de COA-locatie voor asielzoekers onder druk staan. Een klacht indienen is lastig voor de bewoners, omdat een onafhankelijke klachtencommissie ontbreekt. De buitengewoon opsporingsambtenaren (boa’s) die op de locatie werken zijn ook niet bevoegd geweld te gebruiken bij het handhaven van de huisregels.

Slide 28 - Diapositive