PPO beautysalon

De Beautysalon
Deel 1 theorie
Maarten van Rossem
1 / 20
suivant
Slide 1: Diapositive
Zorg en WelzijnMiddelbare schoolvmbo b, kLeerjaar 2

Cette leçon contient 20 diapositives, avec quiz interactifs, diapositives de texte et 1 vidéo.

Éléments de cette leçon

De Beautysalon
Deel 1 theorie
Maarten van Rossem

Slide 1 - Diapositive

Programma deel 1 
  • Woordweb
  • Instructievideo 
  • Uitleg praktische-opdrachten
  • Voorbereiden handmassage
  • Voorbereiden klant ontvangen
  • Voorbereiden telefoongesprek



Slide 2 - Diapositive

De lesdoelen 
1.  Wat is een beautysalon
2. Handmassage
3. Klant ontvangen
4. Telefoon gesprek

Slide 3 - Diapositive

De Beautysalon

Slide 4 - Carte mentale

Kijkvraag: Welke massagegrepen worden er genoemd in het filmpje?

Slide 5 - Diapositive

Slide 6 - Vidéo

Massagetechnieken

Slide 7 - Carte mentale

INFORMATIE MASSAGE TECHNIEKEN
Er zijn drie massagetechnieken.
• Effleurage: strijkmassage. Omdat effleurage rustgevend werkt begin en eindig je hiermee altijd de massage.
• Rotatie: ronddraaiende beweging. Geeft een diepere werking op de bloedvaten en zorgt voor een betere doorbloeding.
• Petrissage: kneedmassage. Deze geeft een betere doorbloeding, stimuleert het spierweefsel en versterkt slappe spieren.

Slide 8 - Diapositive

Wat betekent Effleurage
A
Strijkmassage
B
Ronddraaiende bewegingen
C
Kneedmassage
D
Hakken met de zijkanten van de handen

Slide 9 - Quiz

Wat betekent Petrissage
A
Met de vuisten kloppen
B
Kneedmassage
C
Strijkmassage
D
Ronddraaiende bewegingen

Slide 10 - Quiz

Wat betekent Rotatie
A
Kneedmassage
B
Ronddraaiende bewegingen
C
Strijkmassage
D
Klopmassage

Slide 11 - Quiz

Wat is er belangrijk als je een klant gaat ontvangen? En afscheid nemen?

Slide 12 - Question ouverte

Wat is er belangrijk als een klant telefonisch een afspraak wil maken voor een handmassage?

Slide 13 - Question ouverte

Telefoongesprek
1. Laat de telefoon maximaal drie keer overgaan.
2. Begroet de klant met: Goedemorgen of goedemiddag, ‘bedrijfsnaam’ , u spreekt met: ‘voor en achternaam’. Luister goed naar wat de klant je vertelt of vraagt.
3. Maak notities van het gesprek. (Naam, adres, woonplaats, telefoonnummer van de klant, datum en tijd noteren) Stel vragen als je iets niet begrijpt.
4. Herhaal aan het einde van het gesprek de afspraken die je gemaakt hebt.
5. Sluit het gesprek af met: nog een prettige dag, goedendag of dag mevrouw/meneer.
6. Verbreek de verbinding pas nadat de klant dat heeft gedaan.
7. Noteer de afspraak in de agenda

Slide 14 - Diapositive

Hoe vaak mag de telefoon maximaal overgaan?
A
1
B
4
C
3
D
2

Slide 15 - Quiz

Wat zeg je NIET aan als je de telefoon opneemt?
A
Goedemorgen
B
Hoi, met Pauline
C
Beautysalon van Rossem
D
U spreekt met Pauline Pieters

Slide 16 - Quiz

Wat noteer je tijdens het telefoongesprek?
A
Naam, adres, woonplaats, telefoonnummer, datum en tijd
B
Datum en tijd
C
Naam en emailadres
D
Naam van de beautysalon

Slide 17 - Quiz

Wanneer verbreek je de verbinding?
A
Tegelijk met de klant
B
Dat gaat vanzelf
C
Voordat de klant ophangt
D
Nadat de klant heeft opgehangen

Slide 18 - Quiz

Einde LessonUp
Praktijkopdrachten:
Handmassage oefenen
Klant ontvangen en afscheid nemen
Telefoongesprek voeren

Slide 19 - Diapositive

Dit was het theorie gedeelte

Slide 20 - Diapositive