Lezen

• Nederlands
• Middelbare school
• vmbo g
• Leerjaar 2

Lezen

Wat is een hoofdgedachte?

Hoe vind jij het onderwerp van een tekst?

Hoeveel leesstrategieën zijn er?

1. 3
2. 4
3. 5
4. 6

Je leest de tekst nog niet. Je let alleen de titel, tussenkopjes, plaatjes en opvallende tekst. Hoe noem je deze leesstrategie?

1. Globaal lezen
2. Verkennend lezen
3. Zoekend lezen
4. Studerend lezen

Je hebt morgen een proefwerk. Bij dit proefwerk is het nodig de theorie goed te kennen. Hoe ga jij de theorie lezen?

1. Studerend lezen
2. Zoekend lezen
3. Verkennend lezen
4. Globaal lezen

Hoeveel tekstdoelen zijn er?

1. 3
2. 4
3. 5
4. 6

Welke tekstdoelen zijn er?

-informeren

-amuseren

-activeren

-overtuigen

          -instructie geven

Een leesstrategie bij het opzoeken van een woord in het woordenboek is:

1. zoekend lezen
2. intensief lezen
3. verkennend lezen
4. globaal lezen

Een ander woord voor activeren is vermaken.

1. Waar
2. Niet waar

Tekstverbanden en signaalwoorden helpen jou een tekst beter te begrijpen.

1. Waar
2. Niet waar

Hoe noem je woorden die wijzen op een verband tussen zinnen of alinea's?

1. trefwoorden
2. synoniemen
3. signaalwoorden
4. uitdrukkingen

Op welk tekstverband wijzen de signaalwoorden maar, echter en toch?

1. opsomming
2. reden
3. conclusie
4. tegenstelling

Om welk tekstverband gaat het hier?
Ik kreeg een hapje en een drankje

1. Conclusie
2. Opsomming
3. Voorbeeld
4. Reden

Richard geeft veel om honden, want ze zijn trouwe viervoeters.
Welk tekstverband zie je hierin?

1. Conclusie
2. Tegenstelling
3. Mening en argument
4. Voorbeeld

Waar kan je een deelonderwerp van een alinea terugzien?

Objectieve teksten

Objectieve teksten zijn teksten waarin de schrijver feiten/ informatie geeft of waarin de schrijver uitlegt hoe de lezer iets moet doen.

Subjectieve teksten

Subjectieve teksten zijn teksten waarin de schrijver wel zijn mening laat merken. 

Welke zinnen zijn feiten?
1.Vanmiddag hebben wij een vrij uurtje.
2. Heb jij die spannende film gezien?
3. Moeder vindt dat ik elke avond vroeg naar bed moet.
4. De AH heeft deze week geen aanbiedingen.
4.

1. 1, 2, 3 en 4
2. 1 en 4
3. 2 en 3
4. 1, 2 en 4

Wat is het tekstdoel van een reclame?

Wat is een recensie?

Welke vaste onderdelen heeft een recensie?