Week 37 - 2H

• Natuurkunde / Scheikunde
• Middelbare school
• havo
• Leerjaar 2

Week 36

Natuurkunde en Scheikunde

Paragraaf 1.3

plattegrond

LessonUp & Classroom

• pak je device
  
• zie huiswerk in magister voor inlogcode
• mailadres koppelen via https://lessonup.app
  
• koppelen aan Classroom

planning voor periode 1

Waar hebben we het vorige week
over gehad?

Leerdoelen week 36

• Je weet waarom meten beter is dan schatten
  
• Je weet het verschil tussen een eenheid en een grootheid
  
• Je weet wat nauwkeurigheid met eenheid te maken heeft
  
• Je weet hoe je eenheden omrekend
  
• Je weet hoe je meetinstrumenten afleest

Leerdoelen week 37

• Je weet hoe je meetgegevens kunt weergeven
  
• Je weet wat een grafiek is
  
• Je weet hoe je een grafiek kunt maken
  
• Je weet dat er verschillende soorten grafieken zijn
  
• Je weet hoe je een grafiek af kunt lezen

Planning

• Wie weet nog wat een standaardeenheid voor grootheid is en wanneer deze is bedacht. En hoe is dat gedaan?
  
• HW controleren en nabespreken
  
• Oefentoets
  
• Aan de slag met paragraaf 1.4

Wat is een grootheid?

Lengte:

- Eenheid: meter

- 1/10.000.000e deel van de helft van de lengte van de evenaar tot de noordpool

Huiswerk afgelopen week

• Antwoorden staan in Classroom 

Paragraaf 1.4

• Hoe geef je meetresultaten weer?
  
• Hoe teken je een grafiek van metingen
  
• Hoe meet je met de computer?
  
• Hoe maak je een grafiek met de computer?
  
• Hoe lees je een grafiek af?

Welke meetinstrumenten zitten er allemaal in een auto?
Wat meten deze? (zet dit achter het meetinstrument)

Aan de slag

• WIE - allemaal
  
• WAT - Lees het boek par1.4 , maak opgaven 2 en 10
  
• HOE - Werk in tweetallen, zacht overleggen
  
• TIJD - 15 minuten
  
• HULP - eerste 5 minten geen
  
• KLAAR - ga verder in het activiteitenboek
  
• AFRONDEN - klassikaal

Wat is een tabel?

Wat is een tabel?

• kan ik er een grafiek van maken?

Opgave 10: onderzoek elastiekje

Hoe maak ik van meetgegevens in een tabel een grafiek?

1. Sorteer de gegevens in de tabel
2. Bepaal het maximale bereik op de x-as en op de y-as. Zet deze waarden op een logische plek (waarbij het ruitjespapier in stukken is verdeeld)
3. Zet op de x-as wat je zelf hebt ingesteld. Dit is vaak de tijd.
   
4. Zet op de y-as wat je hebt gemeten (de afhankelijke variabele)
5. Trek door de veschillende meetpunten een lijn (vergeet 0,0 niet)
6. Zet op de x- en y-as de grootheid met tussen haakjes de eenheid erbij

Huiswerk

• Opgaven 2 t/m 16 van paragraaf 1.4 uit activiteitenboek A (pagina's 28 tot 32)
• Bedenk iets dat je zou willen meten en geef dit door in Classroom. Bedenk ook welk meetinstrument je daarvoor nodig hebt en noteer deze ook in je antwoord.
• En zoals altijd: neem de juiste spullen mee
  

Wat heb je
vandaag geleerd?

Leerdoelen week 37

• Je weet hoe je meetgegevens kunt weergeven
  
• Je weet wat een grafiek is
  
• Je weet hoe je een grafiek kunt maken
  
• Je weet dat er verschillende soorten grafieken zijn
  
• Je weet hoe je een grafiek af kunt lezen

Ik denk dat ik de leerdoelen beheers?

😒🙁😐🙂😃

Vragen die jullie hebben gesteld

Welke vragen zijn begonnen met een waarneming?

Of met voorkennis?

• wat gebeurd er als je een blaadje van het dak afgooid gaat het langzaam recht naar beneden landen?
• welk effect heeft het afnemen van alcoholcontroles op het aantal mensen die dronken achter het stuur gaan zitten?
• Waarom stijgt hitte op?
• Wat is het verschil tussen een hoge en lage frequentie?
• gaat vuur altijd uit als er water op wordt gegiet?
• kookt water sneller dan olie?
• Hoe lang duurt het, voordat een kleine kaars klaar is met branden?
• Vanaf welk punt kan je niet meer ademen in de ruimte, en hoe komt dat?
• Hoe heeft een vlam van een kaars geen schaduw?
• Wat is een vallende ster?

• hoe lang blijft brood goed?
  
• Waarom laat helium een ballon stijgen?
  
• Hoe lang duurt het voor een tsunami om de hele stad te bedekken
  
• Hoe kan het water in een ballon verdwijnen boven vuur.
  
• Wat maakt het dat water vuur dooft?
  
• Hoe snel smelt chocolade in de zon?
• Hoe werkt zwaartekracht