3.2 Onderzoeksvraag: hoe rem je voedselbederf?

• Biologie
• Middelbare school
• havo
• Leerjaar 4

Hoofdstuk 3

Onderzoek doen

Hoofdstuk 3 Onderzoek doen

3.1 - Waarneming: je eten bederft

3.2 - Onderzoeksvraag: Hoe rem je voedselbederf

3.3 - Experimenteren: Transport door celmembranen

3.4 - Resultaten en conclusie: Meten is weten!

3.5 - Discussie: Mag biotechnologie?

Vandaag

• Bespreken belangrijke opdrachten
• Paragraaf 3.2 uitleg
   - Voedsel conserveren
   - Stappen in onderzoek
• Werken aan opdrachten
  

Belangrijke opdrachten

Belangrijke opdrachten:
1, 9, 11, 12 en 14

1) Beschrijf het verschil tussen voedselvergiftiging en voedselinfectie.

Tijdens de corona-epidemie waren er bepaalde basisregels, zoals ‘houd 1,5 m afstand’ en ‘was vaak en goed je handen’. 12) Leg uit dat deze regels het risico op besmetting met het coronavirus verkleinen

Welk van onderstaande organismen zijn micro-organismen?

1. Planten
2. Dieren
3. Schimmels
4. Bacteriën

Voedsel langer houdbaar

Luchtsamenstelling beïnvloeden: vacuum

Voedsel langer houdbaar

Luchtsamenstelling beïnvloeden: beschermende atmosfeer

Voedsel langer houdbaar

Vriesdrogen

Voedsel langer houdbaar

Veel suiker of zout toevoegen

Voedsel langer houdbaar

Conserveringsmiddelen gebruiken (zuur of E-nummer)

Voedsel langer houdbaar

Temperatuurbehandeling: pasteuriseren

Verhitten tot 70°C: bacteriën en schimmels gaan dood

Voedsel langer houdbaar

Temperatuurbehandeling: steriliseren

Verhitten tot 120°C: ook sporen gaan dood

Voedsel langer houdbaar

Temperatuurbehandeling: UHT technologie

Stoom van 140°C: ook sporen gaan dood

Voedsel langer houdbaar

Doorstralen: met gammastraling

Micro-organismen dood, gifstoffen stuk

Hoofdstuk 3 Onderzoek doen

3.1 - Waarneming: je eten bederft

3.2 - Onderzoeksvraag: Hoe rem je voedselbederf

3.3 - Experimenteren: Transport door celmembranen

3.4 - Resultaten en conclusie: Meten is weten!

3.5 - Discussie: Mag biotechnologie?

Natuurwetenschappelijk onderzoek

Fasen van natuurwetenschappelijk onderzoek: 

• waarneming
• onderzoeksvraag
• hypothesevorming
• experimentele fase (werkplan)
• resultaten
• conclusie  

Onderzoeksopzet

1. experimentele groep en een controle groep beschrijven
2. beschrijf welke factor verschilt. Overige factoren gelijk
3. Wat ga je meten? Hoe trek je je conclusie?

Methode / werkplan

Controle experiment/ meting

Een valide onderzoek

Er is sprake van 1 variabele: het resultaat van het onderzoek mag alleen veroorzaakt zijn door die ene variabele! 

Daarvoor is ook een controle nodig! 

Validiteit en betrouwbaarheid

• Valide: heb je onderzocht wat je wilde onderzoeken? Was de gebruikte methode correct?
• Betrouwbaar: als je het onderzoek met een willekeurige groep herhaalt, krijg je dan dezelfde uitkomsten? 

--> Waarborgen kwaliteit van je onderzoek!

Betrouwbaar & Valide

Betrouwbaar: je meetinstrument geeft steeds dezelfde resultaten onder dezelfde condities.

Validiteit: de juistheid of accuraatheid van metingen. Meet het meetinstrument hetgeen het moet meten? 

Zelfs als je meting betrouwbaar is (je meet steeds hetzelfde), dan hoeft de meting nog niet valide te zijn.

Betrouwbaar & Valide

Conclusie en discussie

• Conclusie: Antwoord op de onderzoeksvraag.
  Benoem daarbij de resultaten die hiertoe geleid hebben. 
• Discussie:
  - Kom terug op de hypothese, klopt die of niet?
  - Verklaar je resultaten, en vergelijk je resultaten met de literatuur.
  - Gingen er delen van de proef niet goed? Beschrijf deze.
  - Zijn de resultaten betrouwbaar? Zijn ze valide?
  - Geef ideeën voor vervolgonderzoek.

Natuurwetenschappelijk verslag

 Onderzoeksvraag
Hypothese
Materiaal
Methode

Resultaten
Conclusie
Discussie

Huiswerk

Maak alle opdrachten van 3.2
maken t/m 22

rest (vanaf de stappen van een natuurweten-
schappelijk onderzoek) alleen lezen

Belangrijke opdrachten:
17, 19, 20, 21, 22 (Volgende les bespreken we er 2 van)

Opdrachten