Opslag van producten LJ1 P4 basiskok week3

1 / 24
suivant
Slide 1: Diapositive
KokMiddelbare schoolmavoLeerjaar 1

Cette leçon contient 24 diapositives, avec quiz interactifs, diapositives de texte et 2 vidéos.

time-iconLa durée de la leçon est: 50 min

Éléments de cette leçon

Slide 1 - Diapositive

Slide 2 - Diapositive

Temp?
waar opslaan?

Slide 3 - Diapositive

Wat heb je nodig: Boek HRV2 Hoofdstuk 4 en 5


• Aan het einde van de les hebben de studenten inzicht in het controleren van de bestelling:

Hoe doe je dat?
Waarom doe je dat?
Wat is het nut van het controleren van een bestelling?

Slide 4 - Diapositive

Waar denk je aan bij
"Opslag van producten"

Slide 5 - Carte mentale

Slide 6 - Vidéo

Je weet nu wat je moet doen als er een bestelling binnenkomt.
Je hebt een bestelling gedaan voor snackbar "in den vette snack"  

Je hebt een bestelling gedaan voor restaurant "mokerlekker" in Ede.
De bestelling komt binnen en er zit een pakbon bij. Jij gaat samen met je collega de bestelling controleren. Klopt de pakbon met datgene wat je hebt besteld?

Slide 7 - Diapositive

Alle spullen moeten worden opgeslagen in het magazijn, vriezer of koeling.

Waar moet je op letten? 

Slide 8 - Diapositive

Waar moet je op letten als je het magazijn gaat controleren?

Slide 9 - Question ouverte

Slide 10 - Vidéo

Slide 11 - Question de remorquage

pot kerriepoeder
gedroogde pasta
emmer mayonaise
ijsbergsla
pot augurk
kookwijn
olie en azijn
boter
cherrytomaat
wortel
blikjes tonijn
druiven
Citroen
uien
vlees
rijst
chocolade

Slide 12 - Question de remorquage

Einde les 1: Zijn de lesdoelen bereikt?


• Aan het einde van de les hebben de studenten inzicht in het controleren van de bestelling:
Hoe doe je dat?
Waarom doe je dat?
Wat is het nut van het controleren van een bestelling?

Slide 13 - Diapositive

Les 2 opslag van producten

Lesdoelen les 2:
• Aan het einde van de dag hebben de studenten inzicht in de opslag van producten:
Waar?
Hoe?
Welke temperatuur?

Slide 14 - Diapositive

Slide 15 - Lien

De regels voor opslag in het levensmiddelenmagazijn:

Houd de vloer vrij van producten → beter schoon te maken.

Lage producten voor hoge producten → beter zichtbaar.

Zware producten niet te hoog en niet te laag → makkelijker tillen.

Slide 16 - Diapositive

Wat is er fout?

Slide 17 - Diapositive

wat is er fout aan de opslag

Slide 18 - Carte mentale

Vlees ligt bij de foute opslag bovenin de stelling

Slide 19 - Diapositive

Welk product moet je als eerste opslaan?
A
Gepelde tomaten in blik.
B
Vacuum verpakt gerookt spek.
C
Diepvries gamba’s.
D
Zak aardappels.

Slide 20 - Quiz

Ompakken is:
A
Het opnieuw inpakken van geleverde artikelen omdat de verpakking is beschadigd.
B
Het verwijderen van het ergste zand van geleverde artikelen.
C
Het in kleinere porties verpakken van geleverde artikelen.
D
Het anders inpakken van geleverde artikelen om de houdbaarheid te verlengen.

Slide 21 - Quiz

Je ziet dat de display van de diepvriescel een temperatuur aangeeft van -22,50C.
Wat moet je doen?

A
Een monteur bellen.
B
De producten overbrengen naar een andere diepvriesruimte.
C
De producten laten ontdooien en als werkvoorraad gebruiken.
D
Niets.

Slide 22 - Quiz

I Een pot augurken met de kortste THT datum moet je vooraan zetten, zodat deze als eerste gebruikt zal worden.
II Fifo is niet van toepassing op zelf bereide producten.

A
Stelling I is juist, stelling II is onjuist.
B
Stelling I is onjuist, stelling II is juist.
C
Beide stellingen zijn juist.
D
Beide stellingen zijn onjuist.

Slide 23 - Quiz

Waarom mag je gevaarlijke stoffen niet in een andere verpakking overgieten.
A
Omdat er dan ontploffingsgevaar bestaat.
B
Omdat je dan niet meer precies weet om wat voor soort stof het gaat.
C
Omdat dan de werking verloren gaat.
D
De originele verpakking is vaak veel mooier.

Slide 24 - Quiz