4. Je vergelijkt de begrippen populatiegrootte en populatiedichtheid.
5. Je legt verband tussen de draagkracht van een gebied en de populatiegrootte.
6. Je verklaart de invloed van monoculturen en biologische landbouw op de biodiversiteit en populatiegrootte in een gebied.
7. Je beschrijft geslachtelijke en ongeslachtelijke voortplanting bij planten.
Huiswerk
Lezen (Lz) + samenvatten §7.2
Maken (Mk) §7.2
Lezen (Lz) + samenvatten §7.3
Maken (Mk) §7.3
1 / 15
suivant
Slide 1: Diapositive
BiologieMiddelbare schoolhavoLeerjaar 4
Cette leçon contient 15 diapositives, avec quiz interactifs, diapositives de texte et 2 vidéos.
La durée de la leçon est: 30 min
Éléments de cette leçon
Welkom
- Schrift, boek op tafel
- Les §7.2 - Populaties
- Vooruitblik.
Leerdoelen
4. Je vergelijkt de begrippen populatiegrootte en populatiedichtheid.
5. Je legt verband tussen de draagkracht van een gebied en de populatiegrootte.
6. Je verklaart de invloed van monoculturen en biologische landbouw op de biodiversiteit en populatiegrootte in een gebied.
7. Je beschrijft geslachtelijke en ongeslachtelijke voortplanting bij planten.
Huiswerk
Lezen (Lz) + samenvatten §7.2
Maken (Mk) §7.2
Lezen (Lz) + samenvatten §7.3
Maken (Mk) §7.3
Slide 1 - Diapositive
Populatie
Alle organismen van dezelfde soort in een bepaald gebied.
Populatiegrootte - het aantal individuen van dezelfde soort in een bepaald gebied.
Populatiedichtheid - populatiegrootte/oppervlak (aantal individuen per oppervlakte eenheid)
Draagkracht - maximale populatiegrootte waarvoor in een gebied voldoende voedsel-, schuil- en nestplaatsen zijn om de populatie op peil te houden.
Slide 2 - Diapositive
Slide 3 - Diapositive
3. Zet in volgorde van meer naar minder vatbaar voor plagen: moestuin, polder met graanakkers, natuurgebied in Nederland, tropisch regenwoud. Licht je antwoord toe.
Slide 4 - Question ouverte
6. Beheerders van het natuurpark de Oostvaardersplassen schieten in de winter zwakke herten, runderen en paarden af. Bijvoeren gebeurt alleen wanneer meer dan 40% van de kuddes dreigt te verhongeren. Verklaar dat bijvoeren hoogstwaarschijnlijk zal leiden tot overschrijding van de draagkracht van het gebied.
Slide 5 - Question ouverte
Slide 6 - Vidéo
Binas 93D2: In een gebied met bos- en weiland leven vogels, vossen, konijnen samen met allerlei insecten. Er leven bomen, grassen en andere planten. Wat gebeurt er met grootte en de draagkracht van de populatie vossen als in dit leefgebied onder konijnen de dodelijke ziekte myxomatose uitbreekt? (lynx = vos, haas = konijn)
Slide 7 - Question ouverte
Monocultuur: grote akker met 1 soort gewas
Voordeel
- gemakkelijk zaaien en oogsten.
- veel voedsel tegen een lage prijs.
Nadeel
- vatbaar voor plagen: chemische bestrijding noodzakelijk.
- bemesting vergroot hoeveelheid nitraat.
- afname biodiversiteit.
Slide 8 - Diapositive
Klonen en weefselkweek
Slide 9 - Diapositive
Alternatieven monocultuur
Ecologische of biologische landbouw
Slide 10 - Diapositive
11. Bron 7. Met stekpoeder kun je aan een afgesneden stengel van een plant wortels laten groeien. Licht toe met welk voorbeeld van ongeslachtelijke voortplanting (1, 2 of 3) dit overeenkomt.
Slide 11 - Question ouverte
Slide 12 - Diapositive
Aan welke voorwaarde moet voldaan zijn wil deze snuitkever in dit gebied niet zelf tot een plaag uitgroeien?