Basis 3 thema 4 BS 5 Houding en beweging

BS 5 Houding en beweging
1 / 12
suivant
Slide 1: Diapositive
BiologieMiddelbare schoolvmbo bLeerjaar 3

Cette leçon contient 12 diapositives, avec diapositives de texte.

time-iconLa durée de la leçon est: 15 min

Éléments de cette leçon

BS 5 Houding en beweging

Slide 1 - Diapositive

Leerdoelen
Je kunt aangeven wat een goede lichaamshouding is.

Je kunt uitleggen hoe rugklachten kunnen worden voorkomen.

Je kunt uitleggen dat lichaamsbeweging goed is voor je gezondheid.

Slide 2 - Diapositive

Lichaamshouding
De manier waarop je staat en zit, is je lichaamshouding.


Slide 3 - Diapositive

Slechte lichaamshouding
Goede lichaamshouding

Slide 4 - Diapositive

Wervelkolom
Je  wervelkolom bestaat uit een 'dubbele S-vorm'.
Opvangen schokken door inveren van de wervelkolom.

De rugspieren zorgen ervoor dat de wervelkolom de dubbele-S-vorm blijft houden. De rugspieren zitten aan de wervels vast.


Slide 5 - Diapositive

Houding
  • Bij een scheve houding moeten sommige spieren harder werken. 
  • Hierdoor kunnen spieren overbelast raken. 
  • Ook kunnen de tussenwervelschijven beschadigd raken.
  • Kans op rugklachten kun je verminderen met een goede lichaamshouding.

Slide 6 - Diapositive

Scheve houding

Slide 7 - Diapositive

Een hernia
e
Een slechte houding kan leiden tot het vastzitten van je zenuwen tussen je wervelschijven.

Slide 8 - Diapositive

Beweging
Je blijft fitter en gezonder.
Je hebt minder kans om ziekten zoals diabetes te krijgen.
 Je krijgt een goede conditie. Je lichaam wordt fit en je krijgt een goed uithoudingsvermogen. Je spieren worden sterker. Ongetrainde spieren raken eerder overbelast dan getrainde spieren. Met sterke rug- en buikspieren heb je minder snel last van rugpijn.
Je ontspant je meer door lichaamsbeweging. 

Slide 9 - Diapositive

Een blessures aan je rug kan komen door:

- veel zittend werk
- vaak dezelfde bewegingen maken
- zwaar of vaak tillen.
Blessure aan rug

Slide 10 - Diapositive

Tilregels
1 Buk en til niet onnodig. 
2 Gebruik hulpmiddelen. 
3 Til niet te veel ineens. 
4 Zorg dat er niets in de weg staat als je gaat lopen. 
5 Sta steeds recht voor de last. 
6 Til nooit met gedraaide rug. 
7 Til met twee handen en houd de last zo dicht mogelijk bij je lichaam. 
8 Buig niet verder voorover dan noodzakelijk en gebruik ook je beenspieren. 
9 Til niet met gestrekte armen en niet hoger dan schouderhoogte. 
10 Luister naar je lichaam: neem signalen serieus. Je voelt zelf het best wat je rug wel en niet kan hebben.

Slide 11 - Diapositive

Aan het werk:
Lezen BS 5 Houding en beweging

Maken opdrachten: 1 tot en met 6

Slide 12 - Diapositive