les 6: H4

• Aardrijkskunde
• Middelbare school
• vwo
• Leerjaar 1

Na 3 minuten...

• Telefoon in je tas

• Controleer belangrijke data staat in  de agenda:

• Woensdag 10/04

       Leren 4.1 t/m 4.4

• Woensdag 17/04 Repetitie H4 (4.1 t/m 4.6)
• Woensdag 8/05 Portfolio via Google Classroom inleveren + in de les schoolexamen oefenen. (Zorg dat je in de meivakantie H3 + H4 hebt geleerd)

Even opfrissen..

Benoem drie onderdelen van het rivierstelsel

Wat is de juiste volgorde?

Einde van de rivier komen we tegen...

Delta:

• stroomsnelheid rivier stopt (door zee)
  
• Al het sediment zakt naar de bodem
  
• door ophoping ontstaat nieuw land
  

Estuarium:

• Hoge stroomsnelheid langs kust, sediment wordt meegenomen
  

of

• bij vloed dringt zeewater de rivier in
  

Debiet en Regiem

• Debiet is de hoeveelheid water die op een bepaald punt door de rivier stroomt

• De schommelingen in de waterafvoer noem je het regiem.

Volgens het KNMI zal het neerslagregiem door de klimaatsverandering op twee manieren veranderen:

1 Er valt meer neerslag

2 De neerslag valt onregelmatiger

Wat is het gevolg van voor het debiet van Nederlandse rivieren?

• Het debiet wordt groter

Wat is het gevolg van voor het regiem van Nederlandse rivieren?

• Het regiem wordt onregelmatiger

Hoe kan men wonen in een rivierengebied met overstromingsgevaar? 

Dijken

De maatregelen op een rijtje

Krib

• Houdt rivier in midden van stroomgeul
  
• houdt de rivier bevaarbaar
  

• Meanderen wordt voorkomen
  

Uiterwaard

Bebouwing in uiterwaarde

-> verhoging zomerdijk

-> geen overstromings-mogelijkheid voor de rivier

Dijken

aanleg of verhoging van dijken

-> sedimentatie in winterbed

-> ophoging rivier

-> verhoging dijken 

Kanaliseren

• Stuwen en sluizen: regelen waterstand
  

• Bochten afsnijden: hogere stroomsnelheid
  

Uiterwaard

rivier

Zomerdijk

Winterdijk

Neem de letters A t/m D over en zet er het juiste begrip achter. Kies uit: Binnendijks gebied-uiterwaarde-winterdijk-zomerdijk

Twee soorten dijken

▪️ winterdijk —> ligt op de oeverwal, hoog

▪️ zomerdijk —> ligt dichtbij de rivier, lager

uiterwaarden

Noodoverloopgebied

Toegewezen gebied waar de rivier in noodsituaties kan overstromen. 
Er zit dan in de winterdijk een verlaging, waardoor het water hier kan wegstromen. 

Hoogwatergeul

H4: Wateroverlast

Vandaag

• Herhalen en bespreken opdrachten 4.4
• Werken 4.5
• Toets bespreken

4.4 Ruimte voor de rivier

Ruimte voor de rivier

Wat was de aanleiding om een 'bypass' te maken?

Aanleg van geul zou gevolgen hebben voor natuur, waarom denk je?

Ruimte voor de rivier

Deltaprogramma

Zorgen voor waterveiligheid en watervoorziening

RWS, provincies, gemeenten waterschappen werken samen integraal waterbeleid

Waterschap zorgt voor veiligheid, voldoende water en schoon water in een bepaald gebied

Deltaprogramma

Aaptief deltamanagement = vooruit kijken en flexibel blijven.

5 Beslissingen

1. Waterveilighied; bescherming overstromingen

2. Zoet water: voorkomen tekorten

3. Ruimtelijk adaptatie: rekening houden met klimaat en water

4. Rijn-Maasdelta: veiligstellen Rijnmond-Drechtsteden en Zuidwestelijke delta

5. Ijsselmeergebied: veilig stellen van zoetwatervoorraad en voorkomen overstromingen.

Watertoets

Binnen toets voeren drietrapsstrategie: 

1. Vasthouden (retentie)

2. Bergen

3. Afvoeren

Drietrapsstrategie

In stedelijk gebied kun je de drietrapsstrategie ook toepassen.

Vooor welke van de drie trappen is dit groene dak nuttig?

De mythe van droge voeten

De overheid kan in de strijd tegen water geen 100 procent veiligheid bieden

Toch lijken veel mensen dat wel te denken.

Veel mensen denken dat wel. OVerheid wil overstromingsrisicobewustzijn vergroten.

Hoe overstromingsgevoelig is jouw woonomgeving?

Ruimte voor de rivier

Maken en bespreken opdrachten 4.4

Lezen en oefenen: werkboek 4.5 opdr. 1 - 6

• Hoe? Zelfstandig in stilte (Zs)bb > oortjes mag!
• Tijd? 15 minuten
• Hulpmiddel? Atlas uit de kast halen
• Klaar? Leren in stilte 4.1 t/m 4.4

Toets bespreken

Toets bespreken; regels

• Ik bespreek de toets, jullie luisteren. Daarna luister ik naar jullie
• Vragen pas na afloop van de uitleg. Niet onderbreken tijdens uitleg.
• Tel je punten op. 

Wat was het doel van deze les?