28 mei: les 5

• Nederlands
• Middelbare school
• mavo, havo, vwo
• Leerjaar 1

Welkom klas!

Communiceren doe je samen 2

Welkom vwo 4B

Op tafel:

Map/schrift, pen, boek met harde kaft.

• Telefoon in het zakkie en rechtsboven op je tafel óf in je tas en daar blijft 'ie dan ook.
• Jas uit en over je stoel.
  
• Tas van tafel.

Communiceren doe je samen 2

Verder de slag met de tekst 'In alles zit structuur, ook in een tekst". 

Vandaag dinsdag 28 mei:

Leerdoelen

1. R
2. T1
3. T2
4. I

Titel + Inleiding
- Aandacht trekken door:  
   - anekdote
   - opvallende stelling of          mening
   - actuele gebeurtenis
   - het voordeel voor de            lezer

- kennismaking met het onderwerp
- richting geven aan de tekstopbouw
- idee geven van het genre (tekstsoort)

Tekst

Middenstuk
- uitwerking van het onderwerp in deelonderwerpen
- uitwerking in hoofdstukken, paragrafen of alinea's
- overzichtspunten: titels, kopjes, signaalwoorden

Slot
- de afronding
 - terugblik op inleiding en de kern
- krachtiger maken van strekking of boodschap (of een uitsmijter) 
- vaak de hoofdgedachte

Begrippen van les 4

Les 5:

• vaste structuren: 
• aspecten-, vraag-antwoord-, verleden-heden-toekomst-, voor- en nadelen-, argumentatie-, verklarings-, probleem-oplossings-
• tekststructuur voor de schrijver
• tekststructuur voor de lezer
• Gebruik pg. 63 van je theorieboek.

Communiceren doe je samen 2

Waar begint de inleiding, kern en slot? Geef de alinea's. 

• Inleiding: alinea 1-2
• Kern: alinea 3-9
• Slot: alinea 10

Communiceren doe je samen 2

Hoe weet je dat alinea 3 het begin van de kern is? 

• Er volgt meer uitleg over wat goede structuur is. 

Communiceren doe je samen 2

Bekijk de tekst, lees de inleiding en het slot. 
Wat is het onderwerp van de tekst? 

• Tekststructuur

Communiceren doe je samen 2

Lees alinea 1 en 10.

Wat valt op qua inhoud? 

• Rond schrijven 
• De tekst begint en eindigt met hetzelfde: architect of beeldhouwer. 
• Wat is het doel hiervan? 
• Terugkijken op de inleiding, verhaaltje. Dit fungeert als een soort uitsmijter. 
  

Communiceren doe je samen 2

Wat doet alinea 5 ten opzichte van de laatste regels uit alinea 4? 

• Er worden voorbeelden genoemd van teksten die kinderen minder vaak herkennen / die minder vanzelfsprekend zijn voor kinderen. 

Communiceren doe je samen 2

Wat voor soort tekst is dit? 

Betoog

Beschouwing

Uiteenzetting

Pleidooi

Communiceren doe je samen 2

Wat voor soort tekst is dit? 

Betoog

Beschouwing

Uiteenzetting

Pleidooi

Communiceren doe je samen 2

Welke tekststructuur gebruikt de schrijver in alinea 6?

• De schrijver gebruikt hier de vraag-antwoordstructuur.

Communiceren doe je samen 2

Wat is de kritiek van de schrijver op het werken met voorgedrukte schrijfschema's? 

• De kinderen leren zelf niet voldoende nadenken over een goede structuur van hun tekst.

Communiceren doe je samen 2

Wat is de hoofdgedachte van de tekst? 

• In de trant van: 
• Een tekst met structuur geeft kinderen houvast aan het zelf schrijven van teksten.

Communiceren doe je samen 2

Even herhalen...

Tekst "In alles zit structuur, ook in een tekst"

Onderwerp: tekststructuur

Hoofdgedachte: Een tekst met structuur geeft kinderen houvast bij het zelf schrijven van teksten.

Communiceren doe je samen 2

Welke tekstsoorten leren jonge kinderen vanuit de spreektaal structureren? 

In welke alinea vind je het antwoord? 

• Jonge kinderen leren vanuit de spreektaal de tekstsoorten vertelling en verhaal te structureren. 
• Alinea 4

Communiceren doe je samen 2

Welke manier van structuur in een tekst aanbrengen gebruiken kinderen eerst? 

In welke alinea vind je dit antwoord? 

• Jonge kinderen gebruiken een chronologische structuur (‘en toen, en toen’).
• Alinea 4

Communiceren doe je samen 2

Als jij tussenkopjes bedenkt vanaf alinea 3. Waar plaats je die dan en wat zijn de titels?

• Alinea 3, 4, 5: Wat is tekststructuur / tekststructuur
• Alinea 6, 7: Structuur voor kinderen / geschreven teksten door kinderen
• Eventueel: Alinea 8, 9: Bewustwording / patronen / 
• Eventueel: Alinea 10: tricky business / invulformulier

Communiceren doe je samen 2

Onder welke hoofdstructuur is deze manier van structureren onder te brengen? Gebruik pg 63 van je theorieboek.

• Deze hoofdstructuur is onder te brengen onder ordening.
• Het gaat namelijk over wat kinderen in hun kindertijd doen. Later doen ze iets anders. 

t/m hier

Communiceren doe je samen 2

In de tekst worden twee manieren genoemd waarop je kinderen kunt leren zich bewust te worden van patronen en structuur in een tekst. Welke twee manieren? In welke alinea's?

• Ten eerste kun je vooraf aan het schrijven een tekst bespreken en het patroon aan hen uitleggen. Alinea 8
  
• Ook kun je leerlingen spontaan een eerste versie laten schrijven en die vervolgens bespreken en laten herschrijven op structuur. Alinea 9

Communiceren doe je samen 2

Waarom is het belangrijk dat kinderen zich bewust worden van tekststructuur?

• Bijvoorbeeld: 
• Alles heeft een structuur. Als je kennis hebt van tekststructuren, heb je handvatten/houvast om je tekst op een logische manier te ordenen. 

Communiceren doe je samen 2

Waar begint de inleiding, kern en slot? Geef de alinea's. 

• Inleiding: alinea 1-2
• Kern: alinea 3-9
• Slot: alinea 10

Gister besproken

Les 6:

• microstructuur - alinea's
  
• alinea
  
• inhoud: kernzin
  
• lengte: ongeveer 10 regels
  
• verbanden: signaalwoorden > zie overzicht theorieboek pg 65
  
• functie: functiewoorden

Communiceren doe je samen 2

Huiswerk voor donderdag 30 mei:

Lees de tekst "Kun je Nederland samenvatten in één minuut?" op pagina 56 van je werkboek (zachte kaft).

 

Denk na over het onderwerp en de hoofdgedachte van de tekst.

Bedenk welke alinea's horen bij de inleiding, kern en slot.