Verslaving roken

Programma
VANDAAG >
Presentaties x 2
Verslaving (roken en alcohol) 
opdracht 1 t/m 8 studieplanner

VOLGENDE WEEK > Drugverslaving 
werken aan eindopdracht 

30 maart > Eindopdracht (af)maken
1 / 24
suivant
Slide 1: Diapositive
BurgerschapMBOStudiejaar 1

Cette leçon contient 24 diapositives, avec quiz interactifs, diapositives de texte et 2 vidéos.

Éléments de cette leçon

Programma
VANDAAG >
Presentaties x 2
Verslaving (roken en alcohol) 
opdracht 1 t/m 8 studieplanner

VOLGENDE WEEK > Drugverslaving 
werken aan eindopdracht 

30 maart > Eindopdracht (af)maken

Slide 1 - Diapositive

Studieplanner
LET OP.

Soms zijn er opdrachten in groepjes zoals het maken van een poster over vitaliteit.
Dit mag je ook alleen doen!
Werk je in een groepje, zet dit erbij als je het werk inlevert.  

Slide 2 - Diapositive

Wat is een verslaving?

Slide 3 - Question ouverte

Wat voor verslavingen
zijn er?

Slide 4 - Carte mentale

Roken - wie rookt er?

Slide 5 - Diapositive

Slide 6 - Diapositive

Slide 7 - Vidéo

Gevolgen van roken

- Verschillende soorten kanker. Niet alleen longkanker
- Longbeschadiging. Longziekte krijgen, zoals COPD.
- Meer kans op hart- en vaatziektes
- Nagels en tanden worden bruin
- Huid wordt sneller oud
- Soms kun je moeilijk zwanger worden
- Ben je zwanger en rook je? Dan kun je een miskraam krijgen. Je kind kan ook te vroeg of zelfs dood geboren worden

Slide 8 - Diapositive

Slide 9 - Diapositive

Rokers moeten meer zorgpremie betalen dan NIET-rokers.
0100

Slide 10 - Sondage

Waar denk je aan bij alcohol?

Slide 11 - Carte mentale

De meeste jongeren komen pas op de middelbare school in aanraking met alcohol. Hoe zit dat met jou?
Heb jij wel eens alcohol gedronken?
Ja
Nee

Slide 12 - Sondage

Slide 13 - Vidéo

Wat weet jij van alcohol?

Slide 14 - Diapositive

Waarom kunnen de meeste mensen niet meer uit hun woorden komen als ze dronken zijn?
A
Van alcohol worden je lippen dikker.
B
Het is voor je hersenen niet meer mogelijk om normale woorden te vormen.
C
Alcohol zorgt ervoor dat de tong niet goed aangestuurd wordt.

Slide 15 - Quiz

Sinds wanneer drinkt men bier?
A
4500 v. Chr.
B
30 n.Chr.
C
200 n.Chr

Slide 16 - Quiz

Waarom moeten mensen zo vaak naar de wc als ze alcohol drinken?
A
Ze krijgen door het drinken veel meer vocht binnen dan normaal en daarom moeten ze vaker plassen.
B
Alcohol onderdrukt de productie van een hormoon dat er normaal voor zorgt dat je nieren water uit je plas terughalen voordat het je lichaam verlaat.
C
Alcohol bevat bacteriën die je blaas irriteren als je het hebt genuttigd.

Slide 17 - Quiz

Welk orgaan neemt het meeste alcohol op?
A
De slokdarm
B
De maag
C
De lever
D
De dunne darm

Slide 18 - Quiz

Waarmee kun je het afbraakproces van alcohol versnellen?
A
Door intensief te bewegen.
B
Door fruit te eten.
C
Door koffie te drinken.
D
Je kan het afbraakproces niet versnellen.

Slide 19 - Quiz

Waar of niet waar?
Vrouwen doen gemiddeld langer over de afbraak van alcohol dan mannen, omdat ze meer lichaamsvet hebben. Alcohol lost goed op in vet, waardoor de lever het moeilijker kan afbreken.
A
Waar
B
Niet waar

Slide 20 - Quiz

Mag je als je teveel gedronken hebt, nog fietsen?
A
Nee, je mag geen voertuig besturen onder invloed, dus ook geen fiets.
B
Ja, want je vormt niet echt een gevaar voor andere mensen.
C
In sommige gemeenten mag dat wel, in sommige niet.

Slide 21 - Quiz

Korte termijn gevolgen

Out gaan.
Ontremming.
Afname reactiesnelheid.
Verlaging testosteron.
Slechte nachtrust.
Kater.
Alcoholvergiftiging.

Slide 22 - Diapositive

Lange termijn gevolgen
Lichamelijk gevolgen op de lange termijn
Overgewicht.
Schade aan de lever.
Ontstoken maagslijmvlies.
Schade aan de hersenen.
Verhoogd risico op kanker.

Slide 23 - Diapositive

Studieplanner 


Maak opdracht 1 t/m 8 van LES 6

Slide 24 - Diapositive