les 6 H7 Formuleren paragraaf 4 foutieve samentrekking

Formuleren H5
 
Foutieve samentrekking

                      Wat is eigenlijk een samentrekking?
1 / 18
suivant
Slide 1: Diapositive
NederlandsMiddelbare schoolhavoLeerjaar 3

Cette leçon contient 18 diapositives, avec diapositives de texte et 1 vidéo.

Éléments de cette leçon

Formuleren H5
 
Foutieve samentrekking

                      Wat is eigenlijk een samentrekking?

Slide 1 - Diapositive

Formuleren H4 
In een samentrekking zijn herhaalde woorden weggelaten.
Bijvoorbeeld woorddelen of woorden:

  • De blokker verkoopt huis-, tuin- en keukenartikelen.
  • huisartikelen, tuinartikelen en keukenartikelen.
  • De leerlingen haalden hoge en lage cijfers.
  • De leerlingen haalden hoge (cijfers) en lage cijfers.



Slide 2 - Diapositive

Formuleren H4 
Of in een zin met 'en' of 'maar'.

  • Hij pakte zijn jas en liep naar de deur.
  • Hij pakte zijn jas en (hij) liep naar de deur.
  • Ik heb mijn scooter gekregen en uitgeprobeerd op mijn verjaardag.
  • Ik heb mijn scooter gekregen en (ik heb mijn scooter) uitgeprobeerd op mijn verjaardag.



Slide 3 - Diapositive

Formuleren H4 
Wanneer gaat het mis?
Doe de volgende checks:
1. betekenis hetzelfde?
2. vorm hetzelfde?
3. rol hetzelfde?
4. plaats hetzelfde?




Slide 4 - Diapositive

Betekenis niet hetzelfde
Wanneer gaat het mis?
Doe de volgende checks:
1. betekenis hetzelfde?
2. vorm hetzelfde?
3. rol hetzelfde?
4. plaats hetzelfde?




  • 1. Ik ben moe en (ben) daarom vroeg naar bed gegaan.
    (Ben is eerst een kww (iets zijn), daarna een hww bij 'gegaan' = niet dezelfde betekenis.)
     
  • 1. Hij heeft een diploma en (heeft) daar hard voor gewerkt.
    (Heeft betekent eerst: iets bezitten, daarna een hww bij gewerkt = niet dezelfde betekenis.)  

Slide 5 - Diapositive

Vorm niet hetzelfde (mv en ev)
Wanneer gaat het mis?
Doe de volgende checks:
1. betekenis hetzelfde?
2. vorm hetzelfde?
3. rol hetzelfde?
4. plaats hetzelfde?




  • 2. De vier leerlingen gaan naar het schoolfeest en de docent naar huis. 

    De vier leerlingen (mv) gaan naar het schoolfeest en de docent (ev) GAAT naar huis. 

  • 2. De zaklamp schijnt, maar de straatlantarens ook.  Hoe zit het hier?

Slide 6 - Diapositive

Rol niet hetzelfde (zinsdelen)
Wanneer gaat het mis?
Doe de volgende checks:
1. betekenis hetzelfde?
2. vorm hetzelfde?
3. rol hetzelfde?
4. plaats hetzelfde?




  • 3. De touwen zaten in de knoop, maar heeft men toch losgekregen.
  • De touwen zaten in de knoop, maar (de touwen) heeft men toch losgekregen.

Slide 7 - Diapositive

Rol niet hetzelfde (zinsdelen)
Wanneer gaat het mis?
Doe de volgende checks:
1. betekenis hetzelfde?
2. vorm hetzelfde?
3. rol hetzelfde?
4. plaats hetzelfde?




  • 3. De touwen zaten in de knoop, maar heeft men toch losgekregen.
  • De touwen zaten in de knoop, maar (de touwen) heeft men toch losgekregen.
ow
lv

Slide 8 - Diapositive

Plaats niet hetzelfde? (t.o.v. de pv)
Wanneer gaat het mis?
Doe de volgende checks:
1. betekenis hetzelfde?
2. vorm hetzelfde?
3. rol hetzelfde?
4. plaats hetzelfde?




4. Vanmiddag loop ik een rondje en hoop op mooi weer.
    Vanmiddag loop ik een rondje en (ik) hoop op mooi weer.

Slide 9 - Diapositive

Plaats niet hetzelfde? (t.o.v. de pv)
Wanneer gaat het mis?
Doe de volgende checks:
1. betekenis hetzelfde?
2. vorm hetzelfde?
3. rol hetzelfde?
4. plaats hetzelfde?




Graag nodigen wij u uit voor het feest en hopen dat u komt.
Graag nodigen wij u uit voor het feest en (wij) hopen dat u komt. 

Slide 10 - Diapositive

Argh hoe pak ik dit nou aan?
Stappenplan
  1. Maak de samentrekking ongedaan 
  2. Stel vast wat er is samengetrokken
  3. Doe de vier checks (betekenis, vorm, rol, plaats)
  4. Verbeter de fout (dus: zet er iets bij!)  



Slide 11 - Diapositive

Nu oefenen
  • Verbeter de foutieve samentrekkingen (blz. 14 en 15 in je reader.)
  • Je mag overleggen met je buurman/buurvrouw. We bespreken het zo.
  • Klaar? Kijk je huiswerk na met het nakijkblad.
  • Huiswerk verder maken: Formuleren H5, opdr. 4 (blz. 242)
    (kan ook in de online planning)


Slide 12 - Diapositive

Nakijken
  • 1: betekenis  +  en ik houd meer van konijnen dan van…
  • 2: vorm (getal)  + en wordt ‘s nachts…
  • 3: betekenis  + en legde daarna de stof…
  • 4: rol  + en die koop ik regelmatig
  • 5: vorm (getal)  + en is een fietspad…
  • 6: betekenis + en ze komt daarom zelden…
  • 7: betekenis  + en is daarom…


Slide 13 - Diapositive

Nakijken


  • 8: rol  + en die vind ik best mooi…
  • 9: betekenis  + en hij is dan ook…
  • 10: betekenis  + en trok zich niets aan van…


Slide 14 - Diapositive

Mis je cruciale kennis over grammatica?
(Zinsdelen of woordsoorten?)
Neem zelf verantwoordelijkheid om je kennis op te halen!
Zoek uitleg in je boek of bij Arnoud kuijpers of andere youtube filmpjes. 
Vraag je klasgenoten, of maak een afspraak voor een hulples.

Slide 15 - Diapositive

Slide 16 - Vidéo

Hij heeft ook per formuleerfout een filmpje

Slide 17 - Diapositive

Nu oefenen
Verbeter de foutieve samentrekkingen (blz. 14 en 15 in je reader.)
Je mag overleggen met je buurman/buurvrouw. We bespreken het zo.
Klaar? Kijk je gemaakte huiswerk na
Huiswerk verder maken: Formuleren H5, opdr. 4 (blz. 242)
(of de planning online 'opdracht 4, foutieve samentrekking')




Slide 18 - Diapositive