Signaalwoorden van opsomming


Welkom bij Nederlands

- rustig gaan zitten volgens de plattegrond.
- leesboek, Nieuw Nederlands, schrift en pen op tafel.
- telefoon uit en uit het zicht.
- lekker lezen.
timer
10:00
1 / 17
suivant
Slide 1: Diapositive
NederlandsMiddelbare schoolvmbo kLeerjaar 3

Cette leçon contient 17 diapositives, avec quiz interactifs, diapositives de texte et 1 vidéo.

time-iconLa durée de la leçon est: 50 min

Éléments de cette leçon


Welkom bij Nederlands

- rustig gaan zitten volgens de plattegrond.
- leesboek, Nieuw Nederlands, schrift en pen op tafel.
- telefoon uit en uit het zicht.
- lekker lezen.
timer
10:00

Slide 1 - Diapositive

Huiswerk nakijken

1.  Huiswerkcontrole
3B: blz. 15-18, opdr. 3 en 4.
3K: blz. 13-17, opdr. 4 en 5.
Maken: opdracht 5, blz. 16-17.

2. Huiswerk nakijken


timer
10:00

Slide 2 - Diapositive

Signaalwoorden – je kunt ze beschouwen als de verkeersborden van je tekst

Slide 3 - Diapositive

Doel van deze les

  • je weet wat tekstverbanden zijn
  • je weet wat signaalwoorden zijn
  • je weet hoe belangrijk signaalwoorden zijn
  • je kent minimaal 5 signaalwoorden van OPSOMMING

Slide 4 - Diapositive

UITLEG
Wat zijn signaalwoorden en wat doen ze?
Signaalwoorden geven de lezer een seintje dat
een zin of een alinea 
een opsomming, een tegenstelling, een reden, een conclusie, enz. weergeeft. 
Door signaalwoorden kun je de tekst beter begrijpen en kun jij zelf betere teksten schrijven.

Slide 5 - Diapositive

Slide 6 - Vidéo

Voorbeelden van signaalwoorden die horen bij OPSOMMING
  • ten eerste, ten tweede, ten derde (enz.)
  • eerst, om te beginnen
  • bovendien, ook, en, verder
  • als laatste, ten slotte

Slide 7 - Diapositive

Slide 8 - Lien

Verschillen wel/ geen gebruik van signaalwoorden oefenen

Slide 9 - Diapositive

Oefenen

Slide 10 - Diapositive

Slide 11 - Lien

Oefenen

Slide 12 - Diapositive

'verder' is een signaalwoord van opsomming.
A
waar
B
niet waar

Slide 13 - Quiz

Wat is/ zijn een signaalwoord(en) van: opsommend verband?
A
Ten eerste
B
Bijvoorbeeld
C
Zo
D
tenslotte

Slide 14 - Quiz

Wat is een signaalwoord van: opsomming?
A
Ten eerste
B
Bijvoorbeeld
C
Zo
D
Echter

Slide 15 - Quiz

wat is een signaalwoord van: OPSOMMING
A
ook
B
maar
C
al met al
D
zoals

Slide 16 - Quiz

Nog vragen?

Slide 17 - Diapositive