Klinisch redeneren

Klinisch redeneren
les 1

22 VP A



1 / 30
suivant
Slide 1: Diapositive
Verpleging en verzorgingMBOStudiejaar 3

Cette leçon contient 30 diapositives, avec quiz interactifs et diapositives de texte.

Éléments de cette leçon

Klinisch redeneren
les 1

22 VP A



Slide 1 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Deze reeks
Wat is klinisch redeneren
Redeneerhulpen
Handvatten orgaansystemen
Oefenen casuïstiek

Slide 2 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Deze les
6 stappen van klinisch redeneren
MEWS
SIRS
EBP

Slide 3 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Slide 4 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Waar denk je aan bij klinisch redeneren?

Slide 5 - Carte mentale

Cet élément n'a pas d'instructions

Klinisch redeneren:
Observaties en interpretaties structureren 
Medische kennis koppelen aan observaties
Juiste vervolg stappen beredeneren

Slide 6 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Klinisch redeneren:
Nadenken over je professioneel handelen in de praktijk.

Slide 7 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

6 stappen
1: Orientatie situatie
2: Klinische probleemstelling
3: Aanvullend klinisch onderzoek
4: klinisch beleid
5: Klinisch verloop
6: nabeschouwing

Slide 8 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Niet-pluisgevoel ?

Slide 9 - Carte mentale

Cet élément n'a pas d'instructions

2. Klinische probleemstelling
Somatisch: orgaansysteem
(rangschikken indien meerdere orgaansystemen)
Psychosociale status

Slide 10 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

3. Aanvullend onderzoek
Wat weet ik nog niet?
Aanvullende onderzoeken
Korte termijn en lange termijn

Slide 11 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

4. Klinisch beleid
Welke handelingen ga je uitvoeren?
Welke volgorde van handelen?
Welke bewaking is er nodig?
Welke diciplines kunnen/moeten worden ingezet?

Slide 12 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

5. klinisch verloop
Prognose op de korte termijn en lange termijn 
Complicaties op korte en lange termijn
Risico van de behandeling

Slide 13 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

6. Nabeschouwing
Afstand nemen van de casus
Evalueren
Reflecteren

(patiënt veiligheid, beroepshouding, ethisch dilemma, etc.) 

Slide 14 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

6 stappen
1: Orientatie situatie
2: Klinische probleemstelling
3: Aanvullend klinisch onderzoek
4: klinisch beleid
5: Klinisch verloop
6: nabeschouwing

Slide 15 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Opdracht redeneerhulpen
Er zijn veel redeneerhulpen
1) Zoek bij iedere stap van het verpleegkundig redeneren minimaal 1 redeneerhulp.
2) Beschrijf het doel van dit hulpmiddel
3) Geef een kort voorbeeld van hoe je dit hulpmiddel kunt inzetten

Slide 16 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Slide 17 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Slide 18 - Diapositive

Letter Betekenis Uitleg: Het slachtoffer:

A    Alert is bewust van omgeving en tijd.
V    Verbal reageert op aanspreken maar niet op de omgeving.
  Pain reageert alleen op pijnprikkels.
U    Unresponsive reageert nergens meer op en is bewusteloos.

Slide 19 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

SCEGS
Somatisch: speciele anamnese
Cognintief: wat denkt u over oorzaak en effect op dg leven
Emotioneel: welk gevoel roept de klacht op?
Gedrag: wat doet u er tegen?
Sociaal: reactie uit omgeving?

Slide 20 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

SIRS 
Systemic Inflammatory Response Syndrome (SIRS)-criteria worden gebruikt om een ontstekingssyndroom vast te stellen. 
Bij infectie en een positieve score op minimaal twee van de volgende parameters is er sprake van sepsis: 

  1. temperatuur onder 36,0 °C of boven 38,0 °C
  2. hartfrequentie boven 90 slagen per minuut
  3. tachypneu van meer dan 20 ademhalingen per minuut
  4. leukocytenaantal onder 4 × 10^9 of boven 12 × 10^9
  5. Kenmerkend hierbij is dat het om een systemisch probleem gaat.

Slide 21 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

1
2
4
5
3
6
Aanvullend klinisch onderzoek
Orientatie situatie
Klinisch probleem-stelling
klinisch beleid
klinisch verloop
Nabeschouwing

Slide 22 - Question de remorquage

Cet élément n'a pas d'instructions

Evidence-based practice als onderdeel van klinisch redeneren


Een deel van de verpleegkundige zorg is vastgelegd in protocollen, die via evidence-based practice (EBP) tot stand zijn gekomen. 
Om je keuze objectief te onderbouwen, kun je landelijke richtlijnen gebruiken.

Deze protocollen zijn 
 beschikbaar via het intranet van het betreffende ziekenhuis.

Slide 23 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Slide 24 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Schrijf in 3 tallen een casus
met een aantal korte zinnen.
Voeg een EWS score toe

Slide 25 - Question ouverte

Cet élément n'a pas d'instructions

Wat heb je geleerd

Slide 26 - Carte mentale

Cet élément n'a pas d'instructions

Volgende week

Slide 27 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Slide 28 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

evaluatie van vandaag

Slide 29 - Carte mentale

Cet élément n'a pas d'instructions

Wat heb ik ?
Lesopdracht voor 3 studenten:
  1. Bedenk een ziektebeeld voor dit spel.
  2. Zoek uit wat de symptomen en parameters kunnen zijn.
  3. Ga in 3 tallen tegenover elkaar zitten en probeer het ziektebeeld te raden   

Slide 30 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions