Cette leçon contient 18 diapositives, avec quiz interactifs, diapositives de texte et 1 vidéo.
Éléments de cette leçon
Kijk en luisteren H. 18 en 19
Slide 1 - Diapositive
Moeilijke woorden in een filmpje
Moeilijke woorden komen in allerlei teksten voor. Ook in teksten gesproken in een filmpje. De betekenis van die woorden kun je vinden door woordraadstrategieën te gebruiken.
Welke woordraadstrategieën ken je al?
Slide 2 - Diapositive
Woordraadstrategieën:
1. Begrijp je wat er gezegd wordt zonder dat je de betekenis van het moeilijke woord kent?
2. Kijk (als je terug kunt spoelen) of de betekenis eerder of later wordt uitgelegd.
3. Is het woord een samenstelling en ken je één woord van die samenstelling wel?
Slide 3 - Diapositive
Woordraadstrategieën:
4. Kijk goed naar de beelden die worden getoond. Helpen de beelden je de tekst te snappen?
5. Worden er voorbeelden of omschrijvingen in het programma gegeven.
Slide 4 - Diapositive
Waar let je op?
1. Luister en kijk goed en precies.
2. Kijk of beelden passen bij wat de presentator vertelt.
3. Let op of er een voorbeeld, een omschrijving of een uitkeg wordt gegeven waaruit de betekenis van het woord, de zin of uitspraak duidelijk wordt.
Slide 5 - Diapositive
Opdracht
Je luistert eerst naar een filmpje van ongeveer 3:00 minuten. Je leest de tekst mee. Onderstreep de woorden die je moeilijk vindt en waar jij de betekenis niet van weet.
Slide 6 - Diapositive
player.ntr.nl
Slide 7 - Lien
Noteer de woorden die jij hebt onderstreept.
Slide 8 - Carte mentale
Opdracht
We kijken nu naar het filmpje. Let goed op de woorden die jij hebt onderstreept. Worden de woorden nu duidelijker?
Slide 9 - Diapositive
player.ntr.nl
Slide 10 - Lien
Welk woord had jij en wat is de betekenis van dit woord?
Slide 11 - Question ouverte
Geluid bij een programma of film
In de vorige opdracht heb je gezien dat beeld bij geluid handig is. Je kunt er informatie uithalen.
We draaien het nu om. Hoe zou het zijn als je een filmpje bekijkt zonder geluid? Wat is het effect van geluid?
Slide 12 - Diapositive
Geluid
Geluid kan bestaan uit:
- gesproken tekst van een presentator, een vertelstem of een andere persoon.
- achtergrondgeluiden
- muziek.
Slide 13 - Diapositive
Waar let je op
Past de stem en het stemgebruik bij de beelden die je ziet?
Passen de achtergrondgeluiden bij de beelden die je ziet?
Op welke momenten hoor je muziek en waarom juist op dat moment?
Slide 14 - Diapositive
Filmfragment
We gaan twee keer naar hetzelfde fragment kijken. De eerste keer zonder geluid, de tweede keer met geluid.
Na de eerste keer kijken: wat vind jij van dit fragement zonder muziek.
Na de tweede keer kijken: wat doet de tekst, muziek, film?
Slide 15 - Diapositive
Slide 16 - Vidéo
Welke geluiden worden gebruikt? Welke effecten hebben de geluiden op het fragment?