Grammatica zinsdelen quizvragen

Neem onderstaande zin over en zet een schuine streep tussen de zinsdelen (zorg dat er voor en na de schuine streep een spatie staat):

Tijdens het bezoek van de koningin aan Marken gaf een schattig, klein meisje haar met een grote glimlach een bos prachtige Hollandse tulpen.
1 / 21
suivant
Slide 1: Question ouverte
NederlandsMiddelbare schoolvwoLeerjaar 2,3

Cette leçon contient 21 diapositives, avec quiz interactifs et diapositives de texte.

time-iconLa durée de la leçon est: 30 min

Éléments de cette leçon

Neem onderstaande zin over en zet een schuine streep tussen de zinsdelen (zorg dat er voor en na de schuine streep een spatie staat):

Tijdens het bezoek van de koningin aan Marken gaf een schattig, klein meisje haar met een grote glimlach een bos prachtige Hollandse tulpen.

Slide 1 - Question ouverte

Diagnostische toets - Grammatica zinsdelen, samengestelde zinnen en zinsdeelzinnen
Lees de vragen goed! Bij de open vragen moet je soms twee antwoorden geven! Er zijn in totaal 24 vragen.

Slide 2 - Diapositive

Ik was behoorlijk boos na die ruzie.

wg of ng?
A
wg
B
ng

Slide 3 - Quiz

Ik word vrolijk van jouw lach!
wg of ng?
A
werkwoordelijk gezegde
B
naamwoordelijk gezegde

Slide 4 - Quiz

Wat is het gezegde?
Jouw zelfgemaakte citroentaart met aardbeien is heel lekker geworden.
A
wg= is geworden
B
wg= is
C
ng= is heel lekker geworden
D
ng= is geworden

Slide 5 - Quiz

Die coach is ons zeer dierbaar.
Wat is 'zeer dierbaar'?
A
naamwoordelijk deel van het gezegde
B
lijdend voorwerp
C
bijwoordelijke bepaling

Slide 6 - Quiz

Wat is het gezegde:
Die gouden schaar heeft een mooi versierde rand
A
heeft
B
heeft versierde
C
heeft een rand
D
heeft een mooi versierde rand

Slide 7 - Quiz

Vanwege het hoge inkomen besloot Janiek een andere baan te nemen.

'een andere baan' is de zin hierboven:
A
onderwerp
B
lijdend voorwerp
C
meewerkend voorwerp
D
bijwoordelijke bepaling

Slide 8 - Quiz

Tijdens het bezoekje van het inbrekersgilde sloeg de hond helaas niet aan.

Het werkwoordelijk gezegde in de zin hierboven is:
A
sloeg
B
sloeg niet
C
sloeg aan
D
sloeg niet aan

Slide 9 - Quiz

Vanmorgen heb ik de buurman een brood en een pak melk gegeven.

'de buurman' is in bovenstaande zin:
A
onderwerp
B
lijdend voorwerp
C
meewerkend voorwerp
D
bijwoordelijke bepaling

Slide 10 - Quiz

Vanwege de enorme vraag naar mondkapjes kan het bedrijf deze niet meer op tijd leveren.

'vanwege de enorme vraag naar mondkapjes' is in bovenstaande zin:
A
onderwerp
B
lijdend voorwerp
C
meewerkend voorwerp
D
bijwoordelijke bepaling

Slide 11 - Quiz

Het bedrijf kan de bestelling helaas niet op tijd leveren.

'de bestelling' is in bovenstaande zin:

A
onderwerp
B
lijdend voorwerp
C
meewerkend voorwerp
D
bijwoordelijke bepaling

Slide 12 - Quiz

Ondanks de huidige crisis hebben we deze hele week toevallig niets besteld.

Wat zijn de bijwoordelijke bepalingen in bovenstaande zin?
A
ondanks de huidige crisis, deze hele week
B
deze hele week, toevallig, niets
C
ondanks de huidige crisis, deze hele week, toevallig, niets
D
ondanks de huidige crisis, deze hele week, toevallig

Slide 13 - Quiz

Wat is de structuur van deze samengestelde zin:

Jeroen wist niet of hij dit jaar wel bij de selectie zou komen.
A
hz + hz
B
hz + bz
C
bz + hz

Slide 14 - Quiz

Wat is de structuur van deze samengestelde zin:

Omdat we thuis werken, krijgen we een diagnostische toets!
A
hz + hz
B
hz + bz
C
bz + hz

Slide 15 - Quiz

Wat is de structuur van deze samengestelde zin:

Zij wil niet mee naar de Efteling, want ze geeft niets om pretparken
A
hz + hz
B
hz + bz
C
bz + hz

Slide 16 - Quiz

Wat is de structuur van deze samengestelde zin:

Wat je niet snapt, kun je vragen aan je docent.
A
hz + hz
B
hz + bz
C
bz + hz

Slide 17 - Quiz

Geef aan wat het voegwoord is in onderstaande zin EN of er sprake is van een neven- of onderschikking.

Wij zouden best naar de bioscoop willen gaan, maar nu huren we online een filmpje.

Slide 18 - Question ouverte

In onderstaande zin staat een bijzin. Neem de bijzin over.

Aan wie het horen wil, vertelt zij over haar overwinning met scrabble.

Slide 19 - Question ouverte

In onderstaande zin staat een bijzin. Neem de bijzin over.

Ik kan je niet vertellen of alle online lessen allemaal zijn gelukt.

Slide 20 - Question ouverte

Einde toets

Slide 21 - Diapositive