§4.1 De Pruikentijd

• Geschiedenis
• Middelbare school
• havo
• Leerjaar 1

Over welke eeuw gaat de tijd van Pruiken en Revoluties?

1. 17e eeuw
2. 18e eeuw
3. 19e eeuw
4. 16e eeuw

Wie droegen er pruiken in de tijd van pruiken en revoluties?

1. Mannen
2. Vrouwen
3. Mannen en vrouwen
4. Geen van beide

Tot welke stand behoort een rijke handelaar die in Parijs woont?

1. Eerste stand
2. Tweede stand
3. Derde stand
4. Vierde stand

Bekijk de afbeelding.
Wat wil de tekenaar ons duidelijk maken
en wat is de mening van de tekenaar
over de standensamenleving?
Leg je antwoord uit.

Wat is het tegenovergestelde van ratio?

Een atheist is iemand die...

1. God als klokkenmaker ziet
2. Niet in god gelooft
3. Streng gelovig is
4. Een verlicht denker die in meerdere goden gelooft

Juist of onjuist?
Verlichte denkers vonden dat armoede voortkomt uit onwetendheid

1. Juist
2. Onjuist

Juist of onjuist?
Verlichte denkers waren voorstander van godsdienstvrijheid

1. Juist
2. Onjuist

Een rechtstaat is een land waarin...

1. Niemand zich aan de wet dient te houden
2. Alleen de koning zich niet aan de wet hoeft te houden, dat is zijn privilege
3. Iedereen zich aan de wet dient te houden

Wie heeft anno 2024 de wetgevende macht in Nederland?

1. De Eerste en Tweede Kamer
2. Koning Willem-Alexander
3. Minister-President Mark Rutte
4. De Minister van justitie

Welke mensen zouden niet zo blij zijn geweest met Montesquieu?

1. Filosofen
2. Koningen
3. Rechters
4. Boeren