Instructie leerdoel 5 & 6

• Wiskunde
• Middelbare school
• havo, vwo
• Leerjaar 2

Sem

Yke

Lela

Susan

Silke

Julia

Lindsey

Kyran

Tess

Koen

Britt

Sven

Leonie

Mahamed

Chris

Roos

Fieke

Tamara

Daniëlla

Marik

Joost

Thomas M

Thomas V

Luke

Sophie

Merle

Daan

Julian

Joëlle

Danique

Yarick

Rick

Jelle

Fleur

Thomas B

Jesse

Ruben

Indy

Floor

Tonke

Lotte

Yanniek

Kick

Sem

LDM

Welkom

Boeken open op tafel

 iPad op de kop op tafel

Planning

Terugblik

Instructie leerdoel 5 & 6

Aan de slag!

Afsluiting

Leerdoelen 5:

- Ik kan de hoogte van een piramide berekenen

Hoogte van een piramide berekenen met behulp van pythagoras

1. Zoek een rechthoekige driehoek en maak daar een schets van met gegevens.

Bijvoorbeeld:

2. Bereken eerst lijnstuk AC om lijnstuk AS te berekenen. Maak een schets van

            om lijnstuk AC te berekenen.

3. Lijnstuk AS is de helft van lijnstuk AC omdat punt S in het midden ligt van het grondvlak. Bereken lijnstuk AS en vul dit in de schets bij stap 1.

4. Bereken lijnstuk ST met behulp van de schets van stap 1.

1. Zoek een rechthoekige driehoek en maak daar een schets van, met de                    gegevens die erbij horen. Bijvoorbeeld:

2.Bereken eerst lijnstuk AC om lijnstuk AS te berekenen. Maak een schets van

                    om lijnstuk AC te berekenen.

3.Lijnstuk AS is de helft van lijnstuk AC omdat punt S in het midden ligt van          het grondvlak. Bereken lijnstuk AS en vul dit in de schets bij stap 1.

4.Bereken lijnstuk ST met behulp van de schets van stap 1.

ΔAST

ΔABC

Leerdoelen 6 (vwo):  

• Ik kan onderzoeken of een driehoek rechthoekig, scherphoekig of stomphoekig is.

Hoe onderzoek ik wat voor soort driehoek het is?

1. Maak een schets van de driehoek.

2. Zet de twee kortste zijden van de driehoek in een schema zoals we die         gebruiken bij Pythagoras.

3. Bereken of de lengte van de langste zijde klopt met de gegeven lengte.

4. Is de gegeven lengte korter? Dan is het een scherphoekige driehoek.

     Is de gegeven lengte langer? Dan is het een stomphoekige driehoek.

     Is de gegeven lengte gelijk? Dan is het een rechthoekige driehoek.

Neem                        AB= 7 cm      BC= 5 cm     AC= 6 cm

ΔABC

Vragen?

Zijn er vragen over de leerdoelen 1 t/m 4?

Aan de slag!

• Zorg ervoor dat je leerdoel 1 t/m 4 af is en nagekeken!
• Ga dan aan de slag met leerdoel 5.
• Heb je leerdoel 1 t/m 5 af en nagekeken? Ga dan met leerdoel 6 bezig.
• Vergeet niet het overzicht van de leerdoelen bij te houden.

Eerste 10 minuten in stilte werken, niet overleggen!

Heb je een vraag? Noteer het even. Na 10 minuten mag je vragen stellen.

Tot ziens!

Stoel aanschuiven

Laat je plekje netjes achter