1.3 Leerstrategieën

Leerstrategieën
1 / 10
suivant
Slide 1: Diapositive
MentorlesLeren-lerenMiddelbare schoolvmbo, mavo, havo, vwoLeerjaar 1-4

Cette leçon contient 10 diapositives, avec quiz interactifs et diapositives de texte.

time-iconLa durée de la leçon est: 50 min

Éléments de cette leçon

Leerstrategieën

Slide 1 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Leerdoelen
  • Bewust worden van je eigen leerstijl 
  • Leren welke andere stijlen er bestaan 
  • Leren hoe je andere leerstijlen kunt inzetten 

Slide 2 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Op welke manieren leer jij?

Slide 3 - Carte mentale

Cet élément n'a pas d'instructions

Leren op verschillende manieren

Slide 4 - Diapositive

Je kunt op verschillende manieren leren: door te doen, te horen, te lezen en/of erover na te denken. Vaak heeft iemand een voorkeur voor een bepaalde manier, maar je kunt de manieren ook door elkaar heen gebruiken. Als je niet goed weet welke manieren er zijn, blijf je vaak op dezelfde manier leren. Als dat betekent dat je steeds slechte cijfers haalt, dan denk je misschien dat je het niet kunt. Deze cijfers kunnen ook te maken hebben met de manier waarop je leert. Misschien leidt op een andere manier leren wel tot meer succes.
Leerstijlentest

Slide 5 - Diapositive

Voer de leerstijlentest op bladzijde 48 en 49 uit (Handboek - Lessenreeks VO). Bedenk zelf van tevoren 4x10 dictee woorden. 

Bespreek na de test met de leerlingen welke stijl volgens de test het beste bij hen past en welke leerstrategie ze normaal gesproken inzetten. Klopt de strategie met wat er uit de test komt?


Slide 6 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Leerpiramide

Slide 7 - Diapositive

Bespreek met leerlingen de leerpiramide. De leerpiramide laat zien waarom het zo belangrijk is om op verschillende manieren te leren. 
RITS
  • R = I x T x S
  • Resultaat = Inzet x Talent x Strategie
  • 3 x 8 x 4 = 96 
  • 8 x 6 x 7 = 336  

Slide 8 - Diapositive

R = I x T x S, Resultaat is de vermenigvuldiging van iemands inzet, talent en strategie. Stel dat iemands talent hoog is, maar degene laag scoort qua inzet en strategie. Dan is de kans aanwezig dat het resultaat toch laag uitvalt; I = 3, T = 8, S = 4, dan is R 96. Stel dat iemands talent lager is, maar iemand qua inzet goed bezig is en weet hoe hij moet leren, I = 8, T = 6, S = 7, dan is de R 336. Op je talent heb je geen invloed, maar op je inzet en strategie wel. Dit zijn twee van de drie factoren, dus inzet en strategie hebben samen meer invloed op het resultaat dan alleen je talent. 
RITS
  • Hoe waren je inzet, strategie en talent?
  • Wat heb je goed gedaan bij het hogere cijfer?
  • Wat had je anders kunnen doen bij het lage cijfer? 

Slide 9 - Diapositive

Laat de leerlingen twee toetsen voor zichzelf in gedachten nemen: één toets die goed ging en één toets die minder goed ging. Hoe waren de inzet, de strategie en het talent voor dat vak? Wat heeft de leerling goed gedaan bij het hogere cijfer en wat had de leerling anders kunnen doen bij een laag cijfer? 
Wat heb je geleerd deze les?
Welke leerstijl ga je inzetten?

Slide 10 - Carte mentale

Cet élément n'a pas d'instructions