leerstijlen

• Zorg en Welzijn
• Middelbare school
• vmbo t
• Leerjaar 3

Het achterhalen van leerstijlen en het aanleren van leerstrategieën 

Programma

• Doelen van de workshop
• Terug koppeling naar afgelopen workshop ( Plannen)
• Leerstijlentest
• Leerstijlen bespreken
• Leerstrategieën
• Studietechnieken 

Doelen 

• Aan het einde van deze workshop weet ik welke leerstijl ik heb en hoe ik deze kan verbeteren met verschillende studietechnieken.

• Aan het einde van deze workshop weet ik voor mijzelf welke studietechniek(en) ik op welke manier kan gebruiken.

Plannen

leerstijlen test

https://kijk-op-leerlingen-leren.wikispaces.com/Leerstijlentest

vier soorten leerstijlen

1.  Ongerichte leerstijl
   
2. Reproductiegerichte leerstijl
3. Toepassingsgerichte leerstijl
4. Betekenisgerichte leerstijl

1. Ongerichte leerstijl

• ze sturen zichzelf niet aan en laten zich ook niet sturen door de docent 
  
• voorkeur voor op hen toegesneden externe sturing 
  
• hebben weinig houvast aan instructie en aanwijzingen (stuurloos) 
  
• vinden het moeilijk om hun eigen leren te sturen 
  

• twijfelen aan hun capaciteiten 
  
• twijfelen over studiekeuze 
  
• leren omdat anderen dat van ze verwachten 
  

• hebben geen speciale leermethode 
• moeite om hun leerprocessen goed te reguleren 
• verwerken niet wat ze leren 

2. Reproductiegerichte leerstijl

•     kunnen slecht zelfstandig leren 
  
•     hebben veel sturing nodig 
  
•     laten zich makkelijk sturen 
  
•     richten zich sterk op de externe regulatie 
•     zien studeren als het opnemen van kennis 

•     zijn extrinsiek gemotiveerd, ze leren voor een diploma 
  
•     zijn erg diploma- en toetsgericht 
  
•     hechten belang aan goede cijfers 
  

•     leren het liefst dingen uit het hoofd (stampen) 
  
•     gericht op het onthouden van de studiestof 
  

3. Toepassingsgerichte leerstijl

•   sturen zichzelf aan 
  
•   laten zich ook aansturen door leerkracht 
  
•  gebruiken graag boeken en studiewijzers 

•  zien studeren als het leren gebruiken van de kennis 
  
•   vinden de studie degelijk, pittig, grondig, heel boeiend en uitdagend 
•  maken zich weinig zorgen over hun studie 

• zijn vooral gemotiveerd voor leerstof waar ze later iets mee kunnen 
• zijn beroepsgericht 
•  leren in de praktijk
  
•  willen de stof in de praktijk kunnen gebruiken
  

4. Betekenisgerichte leerstijl

• bepalen zelf wat ze belangrijk vinden (zelfsturing) 
• kunnen goed zelfstandig werken 

• leren vanuit persoonlijke interesse 
• bepalen zelf hoe ze leren 
• zijn kritisch over de te bestuderen stof (diepteverwerking). 

• kunnen doorgaans vlot leren
  
• onderzoeken standpunten, ideeën en conclusies
  
• zoeken zelf gericht in de leerboeken
  
• maken schema’s
  

Wat zijn leerstrategieën?

• Leerstrategieën zijn concrete manieren van leren 

• Uit vele onderzoeken (de Boer, 2012) blijkt dat leerlingen aanzienlijk beter presteren als ze leerstrategieën inzetten in hun leerproces. 
  

• Het aanleren van studievaardigheden leidt niet alleen tot betere schoolprestaties, maar helpt ze ook bij ‘een leven lang leren’.
  

• Wie leerstrategieën beheerst, kan automatisch zelfstandig leren.
  

Soorten leerstrategieën

• 14 soorten 

• 5 soorten

1. Jezelf kennen
2. Vooruit kijken
3. Jezelf vertrouwen
4. Het nut zien
5. Jezelf motiveren

Studietechnieken

Wat moet je vooral niet doen

• onderstrepen
• Samenvatting maken
• Stof herlezen

Studietechnieken

Wat moet je nou juist wel doen?

• Mindmappen
• Het voorspellen van toetsvragen
• Lezen in lagen

Mindmappen

Voorspellen van toetsvragen

Hoe:

• Schrijf de titel van de paragraaf op een A4 
  
• Bedenk een aantal vragen bij deze titel, gebruik daarbij de 6 W’s (wie, wat, waar, waarom, wanneer en hoe) 
  
• lees de paragraaf nu door en beantwoord je eigen vragen. Schrijf deze op de achterkant van het A4 met vragen. 

Waarom:

• het helpt je beter concentreren 
  
• het levert je een goede studiehulp op 
  
• het helpt je tijdens de toets 
  

Lezen in lagen

Waarom

Als je hiermee begint dan heb je het geraamte van de tekst al in je hoofd, de rest van een paragraaf stop je in het geraamte.

Hoe

• Lees de eerste zin van iedere paragraaf, daarna komen veelal voorbeelden. Dit geldt niet altijd, maar wel vaak.  
• Lees ieder zin met een vetgedrukt of schuingedrukt woord. 
• Lees alle andere zinnen die belangrijk lijken. Dit doe je soms. Het werkt niet bij alle studieboeken. 

Dus wat moeten we niet doen?

Wat we wel moeten doen?

Wat nemen jullie mee?